Jongens hebben veel meer kans dan meisjes op een autismestoornis en nu denken wetenschappers te weten waarom. Meisjes moeten veel meer genetische mutaties in de hersenen hebben, voordat ze door de aandoening worden getroffen, zeggen onderzoekers van de Yale School of Medicine.
Jongens hebben vier keer meer kans op een autismestoornis en dat komt doordat er bij hen minder hersenmutaties nodig zijn, voordat de stoornis optreedt. Bij een meisje zijn er meer ‘genetische treffers’ nodig om vatbaar te zijn.
Autisme treft ook verschillende hersengebieden bij jongens en meisjes. Uit eerdere onderzoeken bleek dat bij jongens het hersengebied genaamd de achterste superieure temporale sulcus minder responsief leek. Dit deel van de hersenen helpt bij het verwerken van auditieve en visuele stimuli en is actiever bij kinderen zonder autisme. De Yale-onderzoekers, die de hersenen van 45 meisjes en 47 jongens met autisme bestudeerden, ontdekten dat bij meisjes een ander gebied vatbaarder was, namelijk het striatum, dat de cognitie, beloning en gecoördineerde beweging regelt.
De meisjes met autisme hadden ook veel meer genetische mutaties, bekend als copynumber-variaties, in het striatum.
Bron: Brain 2021; awab064