Het grote experiment met genetisch gemodificeerd (GM) voedsel heeft gefaald. De twee grote voordelen ten opzichte van niet-gemodificeerde gewassen, die ons werden voorgespiegeld, zijn geen werkelijkheid geworden: de oogst is niet toegenomen en de hoeveelheid gebruikte pesticiden niet afgenomen.
GM-gewassen zijn ontwikkeld omdat ze sterker zouden zijn en beter bestand zouden zijn tegen schadelijke organismen die oogsten kunnen vernietigen. Maar twintig jaar nadat GM in Noord-Amerika werd geïntroduceerd, hebben de gewassen nog net zoveel pesticiden nodig als de gewassen in Europa, waar nog steeds niet-gemodificeerd zaad wordt gebruikt.
Uit een analyse van The New York Times blijkt dat Noord-Amerikaanse boeren zo mogelijk nog meer pesticiden gebruiken dan hun Europese concurrenten. De onderzoekers gebruikten gegevens van de Verenigde Naties, maar konden in Noord-Amerika ‘geen merkbaar betere opbrengst’ ontdekken dan in Europa.
Sinds in Noord-Amerika GM-gewassen, zoals maïs, katoen en soja, zijn geïntroduceerd, is het gebruik van giftige chemicaliën om insecten en schimmels te doden met een derde gedaald. Maar het sproeien van onkruidverdelgers is met 21 procent gestegen. Ter vergelijking: in Frankrijk is het gebruik van insecten- en schimmelverdelgers met 65 procent gedaald, en het sproeien van onkruidverdelgers met 36 procent.
De angst dat GM-gewassen voor ‘Frankensteinvoedsel’ zouden zorgen, dat schadelijk is voor onze gezondheid, is weliswaar onterecht gebleken, zegt de krant. Maar dit heeft de aandacht afgeleid van de echte problemen: dat de gewassen niet duurzamer zijn en geen rijkere oogsten opleveren.
www.nytimes.com/2016/10/30/business/gmo-promise-falls-short.html?_r=0
Finse rechtszaak tegen QR-code uit coronatijd
Rechtzaak tegen QR-code