Stel u voor: Uw baby is zes maanden, dik tevreden en komt goed aan, puur op basis van borstvoeding.U gaat hem vast leren wennen aan vaste voeding, precies zoals de Wereldgezondheidsorganisatie en het ministerie van Volksgezondheid heeft voorgeschreven. Maar bij een routinebezoek aan het consultatiebureau zegt de verpleegkundige dat u niet genoeg let op de gezondheid van uw kind. Nu hij zes maanden is, heeft hij extra vitaminen nodig omdat uw borstvoeding ‘te weinig’ vitamine D bevat.
Tekort aan vitamine D
Tegenwoordig lopen baby’s in het Verenigd Koninkrijk die borstvoeding krijgen en zes maanden of ouder zijn, het risico rachitis te krijgen – een ernstige ontwikkelingsstoornis die zich onder andere in abnormaal zwakke botten kan uiten. De hoofdoorzaak is een tekort aan vitamine D. Eigenlijk is de benaming ‘vitamine’onjuist; het gaat om een hormoon dat het lichaam aanmaakt na blootstelling aan ultraviolet B (UVB)-straling.
Het is ook in bepaalde voeding aanwezig, waaronder borstvoeding, maar de meeste vitamine D die we gebruiken is afkomstig van zonlicht. Britse moeders die borstvoeding geven, krijgen automatisch advies om hun baby na zes maanden vitamine D-supplementen te geven.
In de Verenigde Staten wordt geadviseerd nog eerder te beginnen: in de eerste twee maanden. Moeders die hun kind flesvoeding geven zijn hiervan ‘vrijgesteld’. In Nederland adviseert de Inspectie van de Volksgezondheid zelfs baby’s vanaf twee weken extra vitamine D te geven. Dit is allemaal nogal verwarrend. Schiet Moeder Natuur in dit opzicht dan zo tekort?
Nee, het ligt niet aan de moedermelk zelf, maar aan de moderne leefstijl die, in het ergste geval, betekent dat baby’s hun geboorterecht wordt ontzegd – namelijk het recht op zonlicht.
Volgens de Amerikaanse onderzoeker Cynthia Good Mojab is ‘de directe, terloopse blootstelling van de huid aan zonnestralen de meest normale, biologische manier voor mensen om voldoende vitamine D binnen te krijgen’1.
We doen ons kind dus beslist tekort als we hem stevig ingepakt, snel van huis naar auto, van consultatiebureau en overdekt winkelcentrum naar de auto en weer naar huis nemen.
Maar de meesten van ons doen dat ook niet. De meeste baby’s krijgen heus wel zon op hun huid, gewoon als ze mee uit worden meegenomen.
Uit een onderzoek dat in Cincinnati in Ohio werd uitgevoerd, bleek dat slechts twintig minuten per dag buitenshuis met handjes en gezicht blootgesteld aan daglicht, voor oudere baby’s voldoende is om genoeg vitamine D aan te maken.
Wandelen we bijna dagelijks met de baby buiten, dan zou dat genoeg moeten zijn om hem zelf voldoende vitamine D te laten aanmaken, ook voor baby’s met een lichtbruine tot donkere huid in een Noord-Europees klimaat.
Het melaninepigment in hun huid beschermt hen tegen zonnebrand bij sterke straling, dus vergeleken met baby’s met een lichte huid moeten ze misschien langer in de (zwakke Nederlandse) zon voor voldoende D.
Er is enig bewijs geleverd dat sommige dreumesen van Aziatische afkomst baat hebben bij extra vitamine D. Sommige kinderartsen meldden gevallen van rachitis onder Aziatische peuters die borstvoeding zonder vitaminesupplement kregen.
Het gaat dan wel om een extreem klein aantal, en andere gegevens over voeding en leefstijl werden buiten beschouwing gelaten2. Een onderzoek onder Aziatische tweejarigen toonde aan dat een derde onvoldoende vitamine D in het bloed had, hoewel alle baby’s gezond waren en geen enkel kind last had van rachitis.3
Vitamine D-gebrek voorkomen is de drijfveer achter de huidige algemene adviezen in het Verenigd Koninkrijk, die overigens niet gelden voor baby’s die flesvoeding krijgen, omdat daar al extra vitaminen aan toegevoegd zijn.
Uiteraard wens ik geen enkele baby toe dat hij iets tekortkomt in zijn voeding. Toch heb ik genoeg redenen om de officiële aanbevelingen in twijfel te trekken. Een advies dat aan iedereen wordt gegeven, zonder rekening te houden met individuele omstandigheden en zonder volledige achtergrondinformatie, heeft namelijk beslist veel nadelen.
De biologisch en lichamelijk normale manier om baby’s te voeden is borstvoeding. Naarmate de baby ouder wordt, vult u dat aan met vaste hapjes die steeds gevarieerder worden. Ook is het normaal dat jonge kinderen overdag meestal enige tijd buiten zijn, behalve als het heel erg koud is.
Waarom vragen we de moeders niet hoeveel tijd ze met hun baby buiten doorbrengen? Waarom proberen we eerst niet uit te zoeken of ze af en toe met hun kind naar de winkel of het park wandelen? Sommige vrouwen – en niet alleen migranten – zitten het grootste deel van de dag binnen; of hun baby’s worden achtergelaten in benauwde crèches. Er kunnen nog andere omstandigheden meespelen waardoor bepaalde kinderen te weinig zonlicht krijgen.
Het is veel verstandiger om alleen gezinnen waarop het van toepassing is, vitaminesupplementen te adviseren, en gezinnen waarvoor het niet geldt, niet onnodig ongerust te maken. We voorkomen dan ook dat het imago van borstvoeding nog verder wordt ondermijnd: onder druk van de flesvoedingscultuur gebeurt dat immers al genoeg.
Vitamine-D supplementen worden in druppels verstrekt die ook vitamine A en C bevatten – en het is niet bewezen dat die extra vitaminen noodzakelijk zijn voor baby’s die borstvoeding krijgen. Omdat ze echter in één ovatie met D worden gegeven, krijgen de baby’s toch extra A en C erbij.
Zoals Good Mojab zegt: ‘Als rachitis optreedt bij jonge kinderen die borstvoeding krijgen, wijst dat erop dat er iets helemaal mis is met de omstandigheden waarin de borstvoeding wordt gegeven, en niet met de moedermelk zelf. Maatschappelijke problemen en problemen in het milieu zelf zijn in die context dan ook reden voor een evaluatie, onderzoek en verbetering van de situatie.’
Heather Welford
HeatherWelford is freelance journaliste en schrijfster en auteur van verschillende boeken over voeding van jonge kinderen. Ze is ook adviseuse voor borstvoeding en tutor in dienst van de National Childbirth Trust.
BRONNEN:
1 Mothering, 2003; 117: 52-5, 57-63.
2 BMJ, 1999; 318: 39-40.
3 Eur J Clin Nutr, 1999; 53: 268-72.