Er zijn veelbelovende nieuwe lichttherapieën voor oogaandoeningen die samenhangen met het ouder worden. Hoe goed werken ze? Door Celeste McGovern.
Je merkt aan kleine dingen dat je je gezichtsvermogen begint te verliezen, aldus Judi Dench. De bekende Britse actrice zegt dat ze het lezen van de krant en het maken van kruiswoordpuzzels mist, sinds ze in 2012 de diagnose maculadegeneratie kreeg.
Ze leest haar scripts niet meer zelf, maar laat die door vrienden voorlezen, zodat ze haar tekst uit het hoofd kan leren. En ze vindt het vreselijk frustrerend om ’s avonds het gezicht van degene met wie ze dineert niet te kunnen zien. Maar het ergste vindt ze dat ze gedwongen werd haar rijbewijs in te leveren in 2017: dat noemt ze het ‘meest traumatische moment van haar leven’.
‘Ik weet gewoon dat ik iemand doodrijd als ik nu achter het stuur kruip’, vertelde de 87-jarige actrice op de radio.
Als de interviewer vraagt of ze haar gezichtsvermogen helemaal zal verliezen, zegt ze: ‘Dat wil ik niet zeggen. Ik kan genoeg zien… Je past je aan. Dus ik negeer het volledig.’
Ze is een van vele ouderen – in Nederland zijn er meer dan 100.000 mensen met maculadegeneratie – die zich ‘aanpassen’ aan de ziekte. Volgens de Amerikaanse Centers for Disease Control and Prevention is maculadegeneratie de belangrijkste oorzaak van blindheid in de ontwikkelde wereld. Wereldwijd zijn er 196 miljoen mensen met de aandoening en nog eens 60 miljoen mensen hebben glaucoom, een andere belangrijke oorzaak van blindheid. Die cijfers zullen tegen 2040 naar verwachting stijgen naar respectievelijk 288 miljoen en 110 miljoen mensen wereldwijd.1
Zowel maculadegeneratie als glaucoom zijn progressieve neurodegeneratieve oogziekten, die het gezichtsvermogen langzaam maar zeker aantasten, al doen ze dat op een verschillende manier en treffen ze een ander deel van het oog. Beide ziekten zijn leeftijdsgebonden. Op dit moment kun je het proces wel vertragen, maar de schade aan je ogen en je gezichtsvermogen is onomkeerbaar als de oogzenuwen eenmaal zijn aangetast.
Maar afgelopen jaren zijn er in Canada, Europa en de VS nieuwe lichttherapieën getest. Deze behandelingen pakken oogziekten bij de hoofdoorzaak aan: oxidatieve schade en ontsteking. Ze vertragen niet alleen de onvermijdelijke progressie, maar stoppen de ziekte op cellulair niveau en verbeteren de oogfunctie.
Behandeling maculadegeneratie
Voor maculadegeneratie is nog geen behandeling mogelijk. Wel kan de oogarts medicijnen injecteren in het oog om te voorkomen dat er bloedvaatjes onder het oog gaan groeien of lekken. Je kunt je voorstellen dat dit een pijnlijke behandeling is en niet zonder risico’s. Denk aan verwonding of infectie van het oog.
Bij de natte vorm van maculadegeneratie wordt soms laser gebruikt om lekken in de bloedvaten onder de macula (een deel van het netvlies) te dichten, of om bloedvaten helemaal weg te branden als ze het zicht verstoren.
Bij lasertherapie voor droge maculadegeneratie gebruikt de oogarts een piepkleine laserstraal om drusen (kleine eiwitafzettingen) onder het oog te vernietigen. Uit een Cochrane-review bleek echter dat deze behandeling wel helpt om drusen te verwijderen, maar het gezichtsverlies niet kan stoppen.2
Micro-organismen en gezonde ogenWe weten dat de micro-organismen in onze darmen het functioneren van zenuwcellen en hersenen beïnvloeden evenals onze stemming en geestelijke gezondheid. Dat heet de ‘hersen-darm-as’. Misschien heb je ook weleens gehoord van de ‘huid-darm-as’: hoe het darmmicrobioom de gezondheid van je huid beïnvloedt en samenhangt met verschillende huidziekten. Inmiddels hebben onderzoekers het ook over een ‘oog-darm-as’ en gaan ze na hoe de gezondheid van het oog beïnvloed wordt door de micro-organismen in de darm.1 Afwijkingen in het ecosysteem van het darmmicrobioom blijken verband te houden met verschillende oogziekten, waaronder leeftijdsgebonden maculadegeneratie. Die afwijkingen zijn allemaal toe te schrijven aan een verandering van het immuunsysteem en aan onderliggende ontstekingen. Zo heeft de bacterie Lactobacillus paracasei KW3110 belangstelling gewekt vanwege de beschermende effecten op schade aan menselijke netvliescellen die ontstaat door blauw licht. Een vervolgstudie liet de invloed zien van L. paracasei KW3110 op leeftijdsgebonden ontstekingen en een veranderd darmmicrobioom bij verouderde muizen. Ze kregen zes maanden lang de lactobacillen en dat bleek een ontstekingsremmend effect te hebben. Dat was te zien aan een significante vermindering van cytokinen en chemokinen (de ontstekingsmoleculen IL-17, KV en IL-13) bij de behandelde muizen vergeleken met de controlegroep.3 Uit een ander experiment bleek dat L. paracasei ontsteking kan onderdrukken in de fotoreceptor-cellen van muizen met retinopathie (schade aan het netvlies) door licht. De auteurs concludeerden dat er meer onderzoek nodig is, maar dat L. paracasei mogelijk preventief kan werken tegen degeneratieve netvlies-aandoeningen.4 Bronnen |
Behandeling glaucoom
Bij glaucoom raakt de oogzenuw beschadigd. Als je glaucoom niet behandelt, gaat je gezichtsvermogen achteruit. Vaak ontstaat de schade sluipend, zonder merkbare symptomen. Daarom moet je regelmatig oogonderzoek laten doen, om een hoge oogdruk op tijd op te sporen en te behandelen.
Al tientallen jaren wordt glaucoom behandeld door de oogdruk te verlagen en zo te voorkomen dat de aandoening verergert. Maar je kunt ook glaucoom krijgen zonder dat je een hoge oogdruk hebt. Omgekeerd kun je een hoge oogdruk hebben zonder glaucoom.
Toch bestaat de behandeling meestal uit oogdruppels: prostaglandinen en rhokinaseremmers, die de afvoer van vocht uit het oog bevorderen, of bètablokkers en koolzuuranhydraseremmers, die de vochtproductie in het oog afremmen, of combinaties van deze behandelingen. Allemaal om de oogdruk te verlagen.
Al deze medicijnen hebben bijwerkingen, van rode, jeukende of branderige ogen, kleurveranderingen in de ogen en wazig zien tot vermoeidheid, verlies van libido, depressie en bijwerkingen van het hartritme of de bloeddruk. Als je ze lang gebruikt, zijn ze ook slecht voor het oogoppervlak, wat kan leiden tot droge ogen en andere aandoeningen.3
Fotobiomodulatie bestrijdt rechtstreeks de processen die ten grondslag liggen aan leeftijdsgebonden maculadegeneratie en andere oogziekten, zoals glaucoom en droge ogen-syndroom
Lichttherapie
Een alternatief dat oogartsen sinds kort gebruiken, is lasertherapie. Laser wordt in uiteenlopende vormen al 25 jaar gebruikt om de oogdruk te verlagen. Toch voelen veel artsen altijd meer voor een behandeling met medicijnen.
Bij lichttherapie wordt laser toegepast op het trabeculair netwerk: een weefselgebied dat fungeert als een soort maas, waar het oogvocht doorheen moet, wat weerstand geeft. Zo ontstaat oogdruk. De laser veroorzaakt een biologische of chemische verandering in het weefsel die de uitstroom van vocht vergroot, waardoor de oogdruk daalt.
‘Ik leg het patiënten uit door te zeggen dat we het oog lichttherapie geven’, zegt oogarts Savak Teymoorian van de Harvard Eye Associates. ‘Het is net zoiets als je huid die een kleurtje krijgt: je lichaam absorbeert de lichtenergie en als reactie daarop reinigt je lichaam eerst het natuurlijke afvoersysteem van het oog. Je lichaam doet het werk, maar je hebt wel eerst een signaal nodig.’
Argon Laser Trabeculoplastiek (ALT) was de eerste laserbehandeling die bij glaucoom werd gebruikt. ALT maakt gebruik van een warmtelaser, die littekenvorming kan veroorzaken. ALT is grotendeels vervangen door een mildere procedure: de Selectieve Laser Trabeculoplastie (SLT). Soms wordt die ook wel ‘koude’ lasertherapie genoemd, omdat er geen warmte vrijkomt.
De patiënt krijgt verdovende druppels in elk oog en legt dan zijn kin op een steun, zodat hij recht in het apparaat kijkt, dat de glaucoomspecialist tegen het oppervlak van het oog plaatst.
Het apparaat richt de laser op het trabeculaire netwerk, één oog tegelijk. De patiënt hoort alleen een klikkend geluid en ziet een geelgroene lichtflits. De ingreep duurt nog geen vijf minuten per oog, en binnen een kwartier is de behandeling van beide ogen klaar.4
Het LiGHT zien
SLT is een pijnloze ingreep, veroorzaakt minder littekens dan ALT en blijkt succesvol bij ongeveer 78 procent van de patiënten bij de controle na één jaar. Dat schrijven Britse onderzoekers die het Laser in Glaucoma and Ocular Hypertension (LiGHT)-onderzoek uitvoerden: een brede, gerandomiseerde gecontroleerde trial in het Moorfields Eye Hospital in Londen.5
De onderzoekers wezen glaucoompatiënten willekeurig (gerandomiseerd) toe aan een van de twee groepen: een groep die eerst lasertherapie kreeg om hun verhoogde oogdruk te behandelen (en later zonodig oogdruppels) en een groep die alleen de standaardbehandeling kreeg, namelijk oogdruppels om de oogdruk te verlagen. Vervolgens vergeleken ze het effect van de verschillende therapieën op de levenskwaliteit van de patiënten.
Het onderzoek, dat in 2019 in The Lancet werd gepubliceerd, meldde dat de levenskwaliteit in beide groepen in de eerste drie jaar van de therapie hetzelfde was. Maar driekwart van de patiënten die eerst met laser werden behandeld, had in de drie jaar dat ze werden gevolgd géén oogdruppels nodig om hun oogdruk te verlagen.
Patiënten die eerst met laser werden behandeld, hadden ook minder vaak een staaroperatie nodig (officiële naam: cataract, waarbij de ooglens vertroebelt). En geen enkele patiënt die laser had gehad, had in de eerste drie jaar een operatie nodig voor glaucoom. Bij de patiënten die alleen met oogdruppels werden behandeld, waren 11 oogoperaties nodig (van de 622 ogen). Bovendien was de laserbehandeling veiliger: patiënten hadden minder neveneffecten dan bij oogdruppels of een operatie. En de behandeling was nog goedkoper ook.
![]() |
Nieuwe richtlijnen
De LiGHT-studie zorgde voor een grote verandering in de behandeling van glaucoom. In Nederland is de voorkeursbehandeling nog altijd oogdruppels. Pas als de oogdruk onvoldoende of helemaal niet daalt, komt een laserbehandeling in beeld.
Maar het Britse National Institute for Health and Care Excellence (NICE, zeg maar de Britse Gezondheisraad) paste in januari 2022, onder verwijzing naar de LiGHT-studie, zijn richtlijnen aan. Daar is SLT nu de eerst aangewezen interventie voor open-kamerhoekglaucoom (de meest voorkomende vorm van glaucoom) in plaats van oogdruppels.6
‘Het gebeurt niet vaak dat een onderzoek zoals de LiGHT-studie zo’n grote invloed heeft en het is fantastisch dat NICE onze resultaten zo solide vond dat ze op basis daarvan een belangrijke verandering wilden doorvoeren in de richtlijnen’, zegt oogarts en hoofdonderzoeker Gus Gazzard van het Moorfields Eye Hospital.
Andere richtlijnen, waaronder die van de American Academy of Ophthalmology’s Preferred Practice Pattern en de European Glaucoma Society, hebben onlangs ook hun richtlijnen gewijzigd naar aanleiding van de LiGHT-studie: ze adviseren nu SLT als eerste therapie in plaats van medicatie. Het zal waarschijnlijk niet lang meer duren, voordat deze richtlijnen ook in Nederland gelden.
Helderder
SLT verlaagt de intraoculaire druk (IOD: de inwendige druk in het oog) met gemiddeld 30 procent, volgens de Glaucoma Research Foundation. De effecten kunnen één tot vijf jaar aanhouden, soms nog langer. Een veelvoorkomende bijwerking is een ontsteking, die ook weer overgaat. Maar in 5 procent van de gevallen stijgt de IOP in plaats van te dalen.
‘In zeldzame gevallen stijgt de IOP tot een zeer hoge druk en daalt niet meer’, aldus de informatie voor patiënten van het Moorfields Eye Hospital. Dat is een ‘zeer ongebruikelijk verschijnsel’ en dan is er een glaucoomoperatie nodig.4
Er kunnen nog andere complicaties optreden en sommige zijn ernstig, zoals brandwonden en iritis (een ontstoken iris: het gekleurde deel van het oog rond de pupil). Maar de risico’s zijn over de hele linie minder groot dan bij glaucoommedicijnen of een operatie om de oogdruk te verlagen.7
SLT kan worden herhaald, maar het is onzeker hoe vaak of hoe effectief dit is. Volgens de Glaucoma Research Foundation kiezen sommige artsen ervoor om bij de eerste keer slechts de helft van het trabeculaire netwerk te behandelen. Ze kunnen de tweede helft dan later behandelen, als de effectiviteit van de eerste ingreep afneemt (dan is het geen herhalingsbehandeling) om de opbrengst van de therapie te verlengen.
Nieuwe generatie lichttherapieën
Nu SLT de primaire behandeling voor glaucoom aan het worden is, worden meer verfijnde lasertherapieën onderzocht. Directe selectieve lasertrabeculoplastiek (DSLT) is een aangepaste vorm van SLT, maar dan zonder dat het apparaat het oog raakt. Het is nog eenvoudiger en sneller dan standaard SLT. Er worden trials gedaan in zeven landen, waaronder de VS en het VK.8
Ook zijn er Micropulse Laser Trabeculoplastiek (MLT of MDLT met de D van diodelaser) en Intense Pulsed Light (IPL): twee nieuwe ooglaserbehandelingen die mogelijk nóg veiliger zijn en net zo effectief als SLT of ALT.
MLT en IPL verminderen de hoeveelheid warmte-energie die aan het oogweefsel wordt afgegeven en die in potentie schadelijk is. Dat komt doordat de energie in kleine stootjes (micropulses) wordt afgegeven, zodat het weefsel tussendoor kan afkoelen. Uit onderzoek blijkt dat de behandeling dezelfde voordelen heeft als andere laserbehandelingen, maar met minder neveneffecten, en de hoop is dat het de SLT nog verder zal overtreffen.9
Laag-vermogen Lichttherapie
Een veelbelovend middel voor de behandeling van oogaandoeningen, en van nog veel meer medische aandoeningen, is lichttherapie met een laag vermogen. Daarbij wordt infrarood licht van nabij- tot ver-infrarood (van 600 tot 1000 nanometer) gebruikt. Een andere naam is fotobiomodulatie. Deze therapie heeft de laatste jaren wereldwijd de aandacht getrokken, omdat ze een breed scala aan ziekten kan behandelen, waaronder neurodegeneratieve oogziekten, door de functie van cellen te herstellen.
Rood tot bijna-infrarood licht is koud licht, dus is er geen schade door warmte. Het werkt waarschijnlijk door fotoreceptieve cellen in het lichaam te treffen, die lichtenergie omzetten in chemische energie, wat een aanjager is voor herstel en genezing. In tegenstelling tot conventioneel laserlicht met een hoge intensiteit, heeft bijna-infrarood licht niet de schadelijke effecten die het gevolg kunnen zijn van het verhitten van weefsel, zoals coaguleren of verdampen.
Laag-vermogen lichttherapie herstelt de functies van beschadigde mitochondriën door bijvoorbeeld het enzym cytochroom c te verhogen. ‘Ogen en neuronen zijn afhankelijk van cytochroom c om energie te produceren voor metabolische processen’, zo staat in een recent overzichtsartikel over het onderwerp.
Het gebeurt niet vaak dat een trial zoals de LiGHT-studie zo’n grote invloed heeft. Het is fantastisch dat NICE onze resultaten zo solide vond dat ze de richtlijnen hebben veranderd
‘NIR- [nabij infrarood] licht kan deze weefsels binnendringen en helpen bij het herstel van zenuwcellen bij methanolvergiftiging, trauma en neuropathie van de oogzenuw, netvliesletsel en retinitis pigmentosa [een verzameling erfelijke netvliesaandoeningen], en maculadegeneratie.’10
Fotobiomodulatie verhoogt de mitochondriale functie, vermindert oxidatieve schade en onderdrukt ontstekingen. Het bestrijdt dus precies de processen die ten grondslag liggen aan leeftijdsgebonden maculadegeneratie en andere oogziekten, zoals glaucoom en droge ogen-syndroom.
In een overzichtsstudie uit 2021 werden verschillende recente onderzoeken naar laag-vermogen lichttherapie onder de loep genomen. Het bleek dat de lichttherapie de resultaten bij patiënten met maculadegeneratie verbeterde. In één van de onderzoeken werden 348 ogen met verschillende stadia van maculadegeneratie behandeld met 670 nm rood licht. Dat zorgde voor een meetbare verbetering van de gezichtsscherpte en het kleurenzicht.11
De TORPA-studie keek naar fotobiomodulatie voor droge leeftijdsgebonden maculadegeneratie. Het bleek de gezichtsscherpte en contrastgevoeligheid bij patiënten boven de 50 onmiddellijk te verbeteren. Een jaar na de behandeling was dit nog steeds zo. Alle 18 geteste ogen vertoonden verbetering.12
In een groter vervolgonderzoek, dat werd uitgebreid tot 42 ogen en waarbij gebruik werd gemaakt van meerdere golflengten van licht, werd eveneens een significante verbetering van de gezichtsscherpte en contrastgevoeligheid geconstateerd, onmiddellijk en drie maanden nadat de behandeling van drie weken was afgelopen. Bovendien nam het drusenvolume af en werd de centrale drusendikte significant verminderd, zonder pijn of bijwerkingen.13
Ook de pilot LIGHTSITE I-studie door Canadese, Zwitserse en Amerikaanse onderzoekers uit 2019 evalueerde lichttherapie bij 46 ogen van mensen in de vroege stadia van droge leeftijdsgebonden maculadegeneratie. Ze kregen 670 nm rood licht in negen behandelingen. De gezichtsscherpte nam tot vier letters toe, maar daalde zes maanden na de behandeling weer tot het beginniveau. Dat wijst erop dat er een bepaalde constante behandeling nodig is om de voordelen vast te houden.14
Na deze baanbrekende resultaten werden verdere studies (LIGHTSITE II en LIGHTSITE III) gestart. De LIGHTSITE II-studie werd uitgevoerd in het Verenigd Koninkrijk, Duitsland, Frankrijk, Spanje en Italië. In totaal deden er 44 patiënten met droge leeftijdsgebonden maculadegeneratie mee (53 ogen van 17 mannen en 27 vrouwen met een gemiddelde leeftijd van 74,1 jaar).
De patiënten kregen gedurende drie tot vier weken lang drie behandelingen met fotobiomodulatie per week. Deze pijnloze behandelingen duurden vier tot vijf minuten per oog.
Negen maanden na de behandeling hadden de behandelde patiënten een blijvende verbetering van de gezichtsscherpte, met een gemiddelde verbetering van 4 letters. De patiënten die geen echte behandeling hadden gehad, gingen slechts 0,5 letters vooruit. ‘De patiënten hadden na 9 maanden nog steeds een aanhoudende verbetering van BCVA [best corrected visual acuity: gecorrigeerde visus] […] Meer dan 33 procent van de met licht behandelde ogen verbeterde 5 letters na 9 maanden […] PMD-behandeling werd ook in verband gebracht met geen significante drusengroei na 9 maanden, in tegenstelling tot de groep die een nepbehandeling kreeg.’ De onderzoekers zagen geen veiligheidsrisico’s.15
LIGHTSITE III is een lopend onderzoek dat wordt uitgevoerd in meerdere centra in de VS. ‘De eerste resultaten van de LIGHTSITE III-studie zijn echt zeer bemoedigend’, zegt Diana Do, professor oogheelkunde en lid van de Retina Division van het Byers Eye Institute van de Stanford Universiteit, die een van de klinische locaties is voor het onderzoek.16
Preventieve behandeling met rood licht
Therapieën met laag-vermogen licht zetten grote, maar langzame stappen in de wereld van klinische trials. Gelukkig zijn er altijd nog praktische manieren om deze nieuwe techniek meteen op basaal niveau toe te passen en dat kan mogelijk beschermen tegen oogziekten.
Uit een recent onderzoek bleek dat elke ochtend een paar minuten naar een dieprood licht kijken het gezichtsvermogen kan verbeteren, vooral als het achteruit begint te gaan.
Onderzoekers van het Institute of Ophthalmology van het University College London testten lichttherapie bij 20 vrijwilligers (34-70 jaar). Ze moesten elke ochtend tussen 8 en 9 uur drie minuten lang een LED-lamp met 670 nm rood licht gebruiken.
Elke ochtend een paar minuten naar een dieprood licht kijken, kan het gezichtsvermogen verbeteren, vooral als het achteruit begint te gaan
Ze ontdekten dat er gemiddeld een grote verbetering was in het kleurenzicht van de deelnemers: het kleurcontrast verbeterde met maar liefst 20 procent. Dat duurde tot uren na de blootstelling aan het licht, en bij sommigen hield het effect een hele week aan.
Lichttherapie versterkt het netvlies, dat sneller veroudert dan enig ander orgaan: de fotoreceptoren (staafjes en kegeltjes) gaan al achteruit tegen als we
40 zijn.
Maar elke dag drie minuten in rood licht kijken met een lange golflengte (670 nanometer) als je net wakker bent, kan dit verouderingsproces vertragen. Het is een goedkope manier om je gezichtsvermogen te verbeteren, zeggen de onderzoekers, en je kunt dit al bereiken met een eenvoudige 8mW/cm2-zaklamp, die licht met een lange golflengte uitzendt. Zaklampen en LED-lampen met die golflengte zijn online verkrijgbaar.
Het is wel belangrijk dat je het ’s morgens vroeg doet: bij degenen die de sessie ’s middags deden, was er geen verbetering van het gezichtsvermogen.17
![]() |
Invloed van het microbioom
Het onderzoek naar de rol van microbiota op de gezondheid van de ogen neemt snel toe en zal uiteindelijk waarschijnlijk raakvlakken hebben met lichttherapie. ‘Fotobiomica’ is een nieuw onderzoeksterrein: lichttherapie wordt rechtstreeks op de buik van muizen en mensen toegepast om het darmmicrobioom zodanig te veranderen dat het de gezondheid ten goede komt. De therapie wordt gecombineerd met voeding om de darmmicrobiota te beïnvloeden.18
Voeding speelt natuurlijk een belangrijke rol bij gezonde ogen. In een onderzoek uit 2016 analyseerden Harvard-onderzoekers het voedingspatroon van meer dan 100.000 mannen en vrouwen in twee langetermijnstudies. Ze ontdekten dat degenen die de meeste bladgroenten aten, 20 tot 30 procent minder kans hadden op glaucoom.19
Het National Eye Institute financierde twee grootschalige onderzoeken – de Age-Related Eye Disease Study (AREDS) en AREDS2 – om de effecten van voedingssupplementen op maculadegeneratie na te gaan. De proefpersonen kregen de volgende supplementen:
500 mg vitamine C
400 IE (= 268 mg) vitamine E
15 mg bètacaroteen
2 mg koper
80 mg zink
Onderzoekers meldden dat de vitaminen en mineralen het 5 jaarsrisico bij maculadegeneratie om zich van een gemiddeld naar een gevorderd stadium te ontwikkelen, met 25 procent verminderden, en het risico op gezichtsverlies met 19 procent. In het AREDS2-onderzoek kregen de deelnemers 10 mg luteïne en 2 mg zeaxanthine als antioxidanten, in plaats van 15 mg bètacaroteen, maar de resultaten bleven gelijk.20
Ook aangetoond is dat niacine (vitamine B3) invloed heeft op de gezondheid van je ogen. In een onderzoek in het tijdschrift Nutrients in 2018 keken onderzoekers naar de voeding van 6.000 mannen en vrouwen boven de 40 en berekenden hoeveel niacine ze binnenkregen. Degenen met de hoogste inname van niacine – 24 mg per dag – hadden 64 procent minder kans op glaucoom vergeleken met degenen die dagelijks minder niacine in hun voeding hadden, namelijk 21 mg.21
Wat je eet heeft een directe invloed op je voedingstoestand. En één manier waarop dat gebeurt, is doordat je voedsel je darmmicrobioom sterk beïnvloedt.22 Het duurt niet lang meer voordat we weten hoe we bacteriën die de darmen genezen en goed zijn voor onze gezondheid, ook die van de ogen, kunnen stimuleren.23
Bronnen
1 Ophthalmology, 2014; 121(11): 2081–90
2 Cochrane Database Syst Rev, 2009; (3): CD006537
3 Graefes Arch Clin Exp Ophthalmol, 2021; 259(5): 1243–51
4 Manchester Royal Eye Hospital, ‘Information for patients: Selective Laser Trabeculoplasty.’ September 2021
5 Br J Ophthalmol, 2018; 102(5): 593–8
6 UK National Institute for Health and Care Excellence, ‘Glaucoma: Diagnosis and management.’ Januari 2022
7 Clin Ophthalmol, 2016; 10: 137–43
8 Br J Ophthalmol, 2021; bjophthalmol-2021-319379
9 Vision (Basel), 2022; 6(1): 8
10 Int J Med Sci, 2021; 18(1): 109–19
11 Clin Ophthalmol, 2021; 15: 3709–20
12 Investig Ophthalmol Vis Sci, 2012; 53(14): 2049
13 Acta Ophthalmol, 2017; 95(4): e270–7
14 Retina, 2020; 40(8): 1471–82
15 Modern Retina, ‘LIGHTSITE II: Photobiomodulation a novel therapy for dry AMD.’ 12 september 2021
16 LumiThera, ‘LumiThera announces US LIGHTSITE III Clinical Trial meets primary efficacy endpoint in improving vision in dry Age-Related Macular Degeneration subjects.’ 23 maart 2022
17 Sci Rep, 2021; 11: 22872
18 Photobiomodul Photomed Laser Surg, 2019; 37(11): 681–93
19 JAMA Ophthalmol, 2016; 134(3): 294–303
20 US National Eye Institute, ‘AREDS/AREDS2 Clinical Trials.’ 19 november 2020
21 Nutrients, 2018; 10(4): 387
22 BMJ, 2018; 361: k2179
23 Chiropractic Economics, ‘Photobiomics: A look to the future of combined laser and nutrition therapy.’ 5 oktober 2021