07-08-2018

Wat artsen zwangere vrouwen niet vertellen

Artsen schrijven soms argeloos medicijnen voor aan zwangere vrouwen, maar Celeste McGovern keek naar de verontrustende risico’s voor de baby

Op eerste kerstdag 1956 werd in het Duitse Stolberg een baby’tje zonder oren geboren. De vader van het meisje was chemicus bij het chemiebedrijf Grünenthal. Dat bedrijf produceerde onder andere Distaval, een kalmerend middel. De man had monsters van dit middel van zijn werkgever gekregen en zijn vrouw had die ingenomen. Distaval – dat de werkzame stof thalidomide bevat, ook bekend als Softenon – werd vrij verkocht tegen allerlei kwalen, waaronder ochtendmisselijkheid. Niemand realiseerde zich op dat moment dat dit baby’tje de eerste was van duizenden baby’s met tragische misvormingen en handicaps die door dit geneesmiddel waren veroorzaakt.

Het zou nog bijna zes jaar duren voordat bekend werd hoeveel schade thalidomide aanrichtte. Tot die tijd waren artsen en gezondheidsinstellingen juist vol lof over de veiligheid en werkzaamheid van het middel. Intussen waren er ongeveer 10.000 baby’s met afwijkingen geboren, waaronder ontbrekende armen en benen, korte armpjes met zwemvlies-achtige handen, misvormingen van oren en ogen die blindheid en doofheid veroorzaakten, hersenschade, hartafwijkingen en nog veel meer. Daarnaast kregen duizenden vrouwen een miskraam, wat niet werd gemeld als overlijden door het geneesmiddel. Het middel werd in wel 46 landen verkocht.

Het zou daarna nog eens vijftig jaar duren voordat producent Grünenthal excuses aanbood omdat hij dit middel op de markt had gebracht.

Toenemend gebruik

Het thalidomideverhaal is een van de zwartste bladzijden in de geschiedenis van de moderne, op geneesmiddelen gerichte geneeskunde. Maar het drama heeft waarschijnlijk wel de manier waarop zwangere vrouwen en artsen naar mogelijke gevaren van geneesmiddelen kijken veranderd. En het heeft aangetoond hoe kwetsbaar ongeboren baby’s zijn voor giftige stoffen, omdat hun systemen zich nog ontwikkelen en heel snel groeien. Maar voor de huidige generatie moeders begint de herinnering aan thalidomide te vervagen.

Ze hebben wel gehoord van de gevaren van roken, alcohol en drugs, maar ze hebben alle vertrouwen in de geneesmiddelen die hun arts voorschrijft. De Amerikaanse CDC (Centers for Disease Control and Prevention) haalt een onderzoek uit 2011 aan met gegevens van 1976 tot 2008. Daaruit blijkt dat ongeveer 90 procent van de Amerikaanse vrouwen tijdens de zwangerschap minstens één geneesmiddel gebruikt, en ongeveer 70 procent minstens één geneesmiddel op recept.

Volgens de CDC is het gebruik van recept-geneesmiddelen in de eerste drie maanden van de zwangerschap de laatste dertig jaar met meer dan 60 procent gestegen. ‘Het gebruik van vier of meer geneesmiddelen in het eerste trimester is bijna verdrievoudigd, en het gebruik van vier of meer geneesmiddelen op enig moment in de zwangerschap is meer dan verdubbeld.’1

Dit komt bovenop het feit dat zwangere vrouwen tegenwoordig minstens één of twee vaccins krijgen aangeboden; eerdere generaties moeders kregen dat niet. Hoe mooi ze ook worden gepresenteerd, dit zijn geneesmiddelen met lichaamsvreemde chemische stoffen. Ze werken niet alleen in op het immuunsysteem van de moeder, maar ook op het zich ontwikkelende lichaam van de baby, en we weten nog niet goed hoe.

Zelfs het verschrikkelijke middel thalidomide is nog steeds niet volledig verdwenen: in sommige landen, waaronder Brazilië, worden er nog steeds miljoenen tabletten per jaar van geproduceerd. Daar wordt het gebruikt om lepra te behandelen. Ondanks de waarschuwingen waarvan het middel vergezeld gaat, beschreef een recent onderzoek 100 Braziliaanse baby’s, geboren tussen 2005 en 2010, met ontbrekende armen en/of benen en andere zeldzame en ernstige misvormingen die bij het middel horen, dat zwangere Braziliaanse vrouwen per ongeluk, of zonder de gevaren ervan te kennen, innemen.2 Volgens een onderzoek uit 2017 baren ook de nieuwe, aan thalidomide verwante stoffen die nu worden ontwikkeld, zorgen.3

De diepgaande effecten van thalidomide op de anatomische ontwikkeling zijn heel duidelijk. Maar in de afgelopen jaren hebben studies subtiele, maar alarmerende effecten van vaker gebruikte geneesmiddelen ontdekt, ook bij vrij verkrijgbare pijnstillers en vaccins. Dat roept vragen op over de huidige protocollen en adviezen voor zwangere vrouwen.

Vaccins

Sommige vrouwen gaan heel ver met gezond eten en het vermijden van gifstoffen als alcohol, pesticiden en zware metalen, waarvan bekend is dat ze slecht zijn voor de groei en gezondheid van hun baby. Toch weten maar weinig vrouwen dat de vaccins die hun door de industrie en door gezondheidsinstellingen worden aangeraden veel gevaarlijke bestanddelen bevatten, en dat studies naar de invloed van deze vaccins op de gezondheid van hun baby vaak niet langer dan een paar maanden duren, soms slechts enkele weken of dagen.

Er zijn helemaal geen langetermijngegevens beschikbaar over baby’s van wie de moeder een vaccin kreeg – bijvoorbeeld gegevens over het ontstaan van immuunziekten als astma, eczeem en allergieën. Er is geen onderzoek gedaan naar het effect van het inenten van zwangere vrouwen op het ontstaan van auto-immuunziekten, zoals diabetes type 1 en reuma tot multiple sclerose op latere leeftijd. En dat terwijl immunologen weten dat die ziekten het resultaat kunnen zijn van een overprikkeld immuunsysteem.

Opmerkelijk genoeg is er ook geen onderzoek gedaan naar andere ernstige ziekten waarbij het immuunsysteem een rol speelt, zoals kanker.

Miskramen

Veel westerse gezondheidsinstanties adviseren zwangere vrouwen tegenwoordig minimaal twee vaccins te halen: die tegen griep en tegen kinkhoest. In Nederland adviseert de Gezondheidsraad vooralsnog alleen een inenting tegen kinkhoest. De griepprik wordt hier alleen aangeboden aan zwangere vrouwen die al in de doelgroep zaten (bijvoorbeeld omdat ze een longziekte of diabetes hebben). De CDC-website over griep tijdens de zwangerschap is niet bepaald geruststellend. ‘Er zijn veel aanwijzingen dat de griepprik veilig gegeven kan worden tijdens de zwangerschap, hoewel deze gegevens voor het eerste trimester beperkt zijn,’ staat op de website.

De website noemt een recent onderzoek dat een grotere kans op miskramen ontdekte – wel 7,7 keer hoger – bij vrouwen vroeg in de zwangerschap, in de 28 dagen na het krijgen van hun laatste griepprik (de tweede van twee opeenvolgende jaarlijkse griepprikken). Vervolgens herhaalt de CDC echter zijn oorspronkelijke advies en adviseert de griepprik in elk stadium van de zwangerschap te halen, terwijl onderzoekers ‘aanvullende resultaten analyseren
en beoordelen’.4

In een poging de onderzoeksresultaten te bagatelliseren, benadrukt Amanda Cohn, senior adviseur vaccins bij de CDC, dat er meer gegevens nodig zijn. Tijdens een persconferentie zegt ze: ‘Ik denk dat het echt belangrijk is dat vrouwen begrijpen dat er een mogelijk verband is, dat gedurende meerdere (griep)seizoenen onderzocht moet worden.’

Zware metalen

De vaccins tegen kinkhoest die zwangere vrouwen krijgen, kunnen hulpstoffen met aluminium bevatten. Deze stoffen worden toegevoegd om het immuunsysteem van de moeder beter te laten reageren op het antigeen (de virusdeeltjes). De giftige werking van aluminium op het zenuwstelsel is in studies vastgesteld. Toch zeggen gezondheidsinstellingen zoals de Amerikaanse CDC en de Britse NHS gewoon dat de baby niet wordt blootgesteld aan ‘te veel’ zenuwgifstoffen en er geen schade van ondervindt. Maar de hoeveelheden die deze instellingen veilig noemen, zijn gebaseerd op ingeslikt, niet geïnjecteerd, aluminium.

Bovendien blijkt uit onderzoeken met dieren die in de baarmoeder werden blootgesteld aan aluminium, dat er veranderingen plaatsvinden in gedrag en in de chemische reacties in de zenuwcellen. Deze veranderingen blijven tot de volwassen leeftijd aanwezig.5

Er zit er nog een hele heksenketel aan andere sporenelementen in kinkhoest- en griepvaccins, waaronder de chemische zeepachtige stoffen polysorbaat 20 en polysorbaat 80. Deze stoffen worden beide in verband gebracht met ernstige bijwerkingen, waaronder enkele overlijdensgevallen en kinderen met een laag geboortegewicht, als ze in een vitamine E-preparaat in een ader worden toegediend,8 samen met formaldehyde, antibiotica, fragmenten van insectenvirussen en cellen die worden gebruikt om het vaccin te produceren, en allerlei extracten uit bloed of weefsel van andere dieren (zoals koeien) waarmee de insectencellen worden gevoed. Van geen van deze stoffen is getest wat de invloed ervan is op de immunologie of ontwikkeling van het ongeboren kind.

Activatie van het immuunsysteem

Mensen die de volksgezondheid een warm hart toedragen, benadrukken dat de griepprik vrouwen en hun baby’s beschermt tegen de ergste langetermijneffecten van infectie van de moeder, die in verband is gebracht met autisme en schizofrenie.9 Dezelfde infectieprocessen die tot deze desastreuze resultaten leiden, worden echter ook door vaccins veroorzaakt.

Zowel lichaamsvreemde virussen als de vaccins die deze virussen moeten imiteren, zorgen dat er krachtige chemische stoffen (cytokinen) vrijkomen uit immuuncellen in het bloed (dit verklaart waarom de meest voorkomende symptomen van het griepvaccin – hoofdpijn, gewrichtspijn en spierpijn, prikkelbaarheid, enzovoorts – dezelfde zijn als die van ‘echte’ griep). Van daaruit kunnen ze de in de hersenen verblijvende immuuncellen (microglia) activeren om zelf cytokinen te gaan produceren. Die cytokinen kunnen zenuwcellen beschadigen.

De cytokinen in de bloedsomloop van een zwangere vrouw kunnen uiteindelijk via de placenta de baby bereiken. Daar kunnen ze de microglia in de veel gevoeligere hersenen van de zich ontwikkelende baby activeren.

Auto-immuniteit

In 2007 zagen veeboeren in Europa een vreemde, nieuwe ziekte onder hun kalveren. De kalveren hadden bloedneuzen en zwarte, teerachtige mest, wat op inwendige bloedingen wees. Als ze werden geoormerkt of een ander klein wondje kregen, bleven ze hevig bloeden. Naast de bloedingen kregen ze koorts, en uiteindelijk gingen ze dood. Bij onderzoek van de kadavers vond men zware inwendige bloedingen en veel te weinig beenmerg.

De mysterieuze ziekte ‘bloederkalveren’ verspreidde zich in twee jaar over Europa en het Verenigd Koninkrijk. Ongeveer 4500 kalveren gingen dood. Veeartsen stonden voor een raadsel. Later onderzoek liet zien dat ongeveer 15 procent van de schijnbaar gezonde kalveren in de getroffen veestapels zogenaamde ‘subklinische ziekte’ had, dus wel de ziekte maar niet de symptomen, en een ‘sterk veranderd bloedbeeld’.10

De gecombineerde inspanning van onderzoekers heeft uiteindelijk de vermoedens van de boeren over de onderliggende oorzaak van deze epidemie bevestigd: het nieuwe vaccin Pregsure van Pfizer, dat drachtige koeien kregen om ze te beschermen tegen de ziekte boviene virale diarree. Het vaccin is in 2010 van de markt gehaald.

Er volgden een aantal onderzoeken door Europese ministeries van Landbouw en diergeneeskundig onderzoekers. Het bleek dat de moederkoeien door het vaccin agressieve antistoffen tegen het virus gingen produceren. Deze antistoffen zaten direct na de geboorte van het kalf in de melk, en vielen ook de bloedcellen van de pasgeboren kalfjes aan als die bij hun moeder dronken. Dit type aanval wordt een kruisreactie genoemd: het immuunsysteem keert zich per ongeluk tegen het eigen lichaam in plaats van tegen een vreemde indringer.

Bovendien leek een volgende dracht het immuunsysteem opnieuw te activeren, waarbij gevaccineerde koeien weer nieuwe antistoffen gingen vormen. Daardoor bleven ze nog lang nadat de vaccinaties werden gestopt zieke kalveren krijgen, die het niet overleefden.

Er is weinig gepubliceerd over de impact van het fenomeen bloederkalveren voor mensenbaby’s, maar in een artikel uit 2017 in het tijdschrift Expert Review of Vaccines werd melding gemaakt van het mogelijke risico.11

Pijnstillers

Gezondheidsinstanties adviseren zwangere vrouwen met koorts, hoofdpijn of andere pijn om paracetamol te nemen. Ze verzekeren vrouwen dat dit vrij verkrijgbare geneesmiddel in alle stadia van de zwangerschap veilig is. Onderzoeken van de laatste tijd wijzen er echter op dat paracetamol onbedoeld subtiele schade veroorzaakt aan de voortplantingsorganen van de baby’s en zelfs van hun kinderen.

Rod Mitchell van de Universiteit van Edinburgh meldde op een congres over vruchtbaarheid (Fertility, Liverpool, 2018) dat zijn team het effect van paracetamol en ibuprofen op de zaadballen en eierstokken van ongeboren baby’s had getest. De onderzoekers brachten weefselmonsters een week lang in contact met de geneesmiddelen. Daarna telden ze het aantal kiemcellen: de cellen die zich later ontwikkelen tot zaad- en eicellen. Ze ontdekten dat het aantal eicellen in de eierstokken tot 40 procent was gedaald, terwijl het aantal kiemcellen in de zaadballen met meer dan 20 procent was afgenomen.12

Van zowel paracetamol als ibuprofen denken we dat ze invloed hebben op prostaglandinen: stoffen die een belangrijke rol spelen bij de ontwikkeling van de voortplantingsorganen bij de foetus en bij het regelen van de eisprong, de menstruatiecyclus en het op gang brengen van de bevalling.

Dit wijst erop dat meisjesbaby’s die aan de veelgebruikte pijnstiller worden blootgesteld, geboren kunnen worden met minder eicellen. Dat betekent dat ze minder jaren vruchtbaar zijn en eerder in de overgang komen.

In een ander recent onderzoek van het team uit Edinburgh (dat niet van toepassing hoeft te zijn op mensen) kregen moederratten die tijdens de dracht pijnstillers kregen (vier dagen de op recept verkrijgbare pijnstiller indomethacine of negen dagen paracetamol) vrouwelijke nakomelingen met minder eicellen, kleinere eierstokken en kleinere worpen dan de ratten die niet aan pijnstillers waren blootgesteld.

De effecten van de pijnstillers waren al aan het einde van de dracht duidelijk. Ze bleken ook invloed te hebben op de volgende generatie ratten. Ook de vrouwelijke kleinkinderen van de moeder die tijdens de dracht pijnstillers had gekregen, hadden kleinere eierstokken en een veranderde voortplanting.13

Als jongens minder zaadcellen hebben is dat minder zorgelijk, omdat ze hun hele leven nieuwe zaadcellen blijven maken. Uit ander onderzoek bleek echter een verband tussen langdurig gebruik van paracetamol tijdens de zwangerschap en niet-ingedaalde zaadballen bij jongetjes.14 Tot één op de zes jongens kan voortplantingsproblemen hebben, wat vaak wordt toegeschreven aan te weinig testosteron tijdens de ontwikkeling in de baarmoeder. Uit een onderzoek uit 2015 van de Universiteit van Edinburgh bleek dat babymuizen die zeven dagen lang een therapeutische dosis paracetamol kregen, 45 procent minder testosteron in hun plasma en een 18 procent lager gewicht van zaadblaasjes hadden (een maat voor de blootstelling aan mannelijke geslachtshormonen).15

Steroïden

Een ander onderschat gevaar van geneesmiddelen tijdens de zwangerschap is het gebruik van steroïden, die zwangere vrouwen krijgen om de rijping van de babylongen te versnellen. Vroeger gingen te vroeg geboren baby’s vaak dood omdat hun longen nog niet voldoende waren ontwikkeld en ze te weinig longsurfactans hadden; deze baby’s kregen kort na hun geboorte ademnood. In de jaren 70 van de vorige eeuw kwamen synthetische glucocorticoïden op de markt, zoals betamethason. Deze stoffen kunnen de rijping van de longen van de baby in de baarmoeder versnellen. Dit verhoogde de overlevingskans van te vroeg geboren baby’s met wel 40 procent.

In de jaren 90 was het in de VS echter algemeen gebruik geworden om elke vrouw met een kleine kans op vroeggeboorte meerdere injecties met steroïden te geven, ‘voor het geval dat’. Artsen leken te denken ‘hoe meer hoe beter’, dus het gebeurde wel dat een vrouw 10 of 11 injecties had gekregen vóór de bevalling.

Pas in 2004 publiceerden onderzoekers van de Universiteit van Toronto de resultaten van hun onderzoek met cavia’s. Dat liet alarmerende bijwerkingen op het zenuwstelsel zien na het geven van drie injecties met glucocorticoïden tijdens de dracht, in hoeveelheden die vergelijkbaar waren met de gebruikelijke doses voor mensen.16 Daarna hebben ze aangetoond dat babycavia’s die in de baarmoeder werden blootgesteld, langzamer groeiden en vaker hyperactief waren. Ook de nakomelingen van deze cavia’s vertoonden veranderingen in gedrag en fysiologie. Mannetjes van de tweede generatie (de kleinkinderen van de drachtige cavia’s die het geneesmiddel kregen) toonden geen interesse in een nieuwe omgeving, terwijl vrouwtjes van de tweede generatie hyperactief waren en vreemde geluiden maakten. Onderzoeken met mensen lieten soortgelijke resultaten zien.

Effecten die generaties lang aanhouden

In onderzoek met jonge kinderen is vastgesteld dat blootstelling aan meerdere kuren steroïden tijdens de zwangerschap gepaard gaat met een lager geboortegewicht,17 hyperactiviteit18 en een verstoorde ontwikkeling van het zenuwstelsel.19

‘Er zijn nu sterke aanwijzingen dat blootstelling aan een overmaat aan glucocorticoïden tijdens een snelle ontwikkeling van de hersenen, blijvende gevolgen heeft voor de hormoonwerking en het gedrag bij de kinderen,’ schrijven onderzoekers van de Universiteit van Toronto.20 In hun laatste onderzoek uit 2017 beschrijven ze hoe deze diepgaande effecten worden doorgegeven, zowel via de mannelijke als vrouwelijke nakomelingen, aan drie opeenvolgende generaties.21

Antidepressiva

In de jaren 90 verzekerden artsen vrouwen dat antidepressiva geen enkel risico vormden voor hun ongeboren kind. Maar de laatste jaren zijn er verschillende onderzoeken verschenen die een veel zorgwekkender beeld schetsen.

Het laatste was een onderzoek uit 2017, gepubliceerd in de British Medical Journal. Dit onderzoek keek naar 18.487 zwangere vrouwen die in het eerste trimester van hun zwangerschap antidepressiva gebruikten. Deze vrouwen hadden ‘een verhoogde kans op een kind met afwijkingen van het hart, het skelet en de skeletspieren, de hersenen en het gelaat, het spijsverteringskanaal en de luchtwegen, en op een zogenoemde klaverbladschedel (een aandoening waarbij de schedel zich niet goed ontwikkelt en die een misvormd hoofd en heel soms hersenbeschadiging veroorzaakt),’ concludeerden de onderzoekers uit Montreal.

Het signaalmolecuul in de hersenen, serotonine, waarop antidepressiva moeten aangrijpen, speelt een rol bij de vroege orgaanvorming en is essentieel voor de ontwikkeling van alle embryocellen. ‘Daarom kan elke beschadiging die de signaalfunctie van serotonine zou kunnen verstoren, in principe tot een breed scala aan misvormingen leiden.’22

Vrouwen die merken dat ze zwanger zijn terwijl ze antidepressiva gebruiken, mogen er niet abrupt mee stoppen maar moeten een arts raadplegen om de middelen geleidelijk af te bouwen. Gelukkig zijn er ook veilige en natuurlijke manieren om depressie, infecties en pijn tijdens de zwangerschap te bestrijden.

Literatuur

  1. CDC, Treating for Two, 18 Aug 2016
  2. PLoS One, 2011; 6: e21735
  3. Curr Mol Med, 2017; 17: 108–117
  4. CDC, Flu Vaccine Safety and Pregnancy, 3 Oct, 2017
  5. Neurotoxicology, 1996; 17: 459–69
  6. BioMed Res Int, 2014; article ID 247218
  7. An Fac Med Lima 2007; 68: 222–37
  8. Pediatrics, 1986; 77: 593–7
  9. J Neurosci, 2007; 27: 10695–702
  10. BMC Vet Res, 2014; 10: 245
  11. Expert Rev Vaccines, 2017; 16: 65–71
  12. Fertility 2018 conference, Liverpool, UK; 4–6 Jan, 2018
  13. Sci Rep, 2016; 6: 19789
  14. Hum Reprod, 2012; 27: 1191–201
  15. Sci Transl Med, 2015; 7: 288ra80
  16. J Physiol, 2004; 558(Pt 1): 305–18
  17. Lancet, 2008; 372: 2143–51
  18. Am J Obstet Gynecol, 2004; 190: 588–95
  19. BMC Pregnancy Childbirth, 2014; 14: 272
  20. J Physiol, 2007; 581: 1033–42
  21. Sci Rep, 2017; 7: 11814
  22. BMJ Open, 2017; 7: e013372
  23. J Affect Disord, 2017; 208: 56–61
  24. BJOG, 2015; 122: 57–62; BMC Psychiatry, 2015; 15: 14
  25. Int J Neuropsychopharmacol, 2016; 19: pyw078

 

Wat kunt u beter doen?

Voor een betere stemming:

Zoek de zon op. Het is bewezen dat uw huid blootstellen aan de zon (zonder te ver-branden) om vitamine D
te vormen, een heel positieve invloed heeft op uw stemming.23

Lichaamsbeweging. Misschien moet u uw beweging aanpassen aan uw groeiende buik, maar lichamelijke inspanning, met name yoga, kan goed helpen tegen depressie tijdens de zwangerschap.24

Probeer omega 3-vetzuren.Omega 3-vetzuren kunnen problemen in de geestelijke gezondheid, waaronder depressie, zowel voorkomen als behandelen.25

Aanbevelingen voor gebruik: minstens 500 mg omega 3, waaronder eicosapentaeenzuur (EPA), waarvan minimaal 200 mg docosahexaeenzuur (DHA). Kies een product dat gefilterd is om gifstoffen zoals kwik te verwijderen.

Griep voorkomen:

Neem vitamine D-supplementen. Veel onderzoeken ondersteunen het gebruik van vitamine D-supplementen ter voorkoming van verkoudheid en griep. Een overzichtsartikel waarin de resultaten van 11.321 deelnemers werden samengevoegd, beschrijft dat vitamine D-supplementen de kans op acute infectie van de luchtwegen met 12 procent verminderde: een beter succes dan de griepprik, en zonder giftige stoffen.

Aanbevelingen voor gebruik: overleg met uw arts.

Pijn verlichten:

Spijsverteringsenzymen, lavendelmassage, reiki, homeopathie en acupunctuur zijn allemaal uitgeprobeerd en getest om hoofdpijn of rugpijn te verlichten.

Wilt u dit artikel lezen?

Als abonnee kunt u dit artikel gratis lezen door in te loggen op uw account. Nog geen abonnee? Sluit nu een abonnement af.

Andere archief artikelen

Het Laatste woord ;De illusie van de goochelaar

De ‘relatieve risicoverhouding’: zij stimuleert de verkoop van nieuwe medicijnen - waar een groot deel van de winst van Big Pharma wordt gemaakt - en geeft de massame-dia hun content. Zij laat het lijken alsof we allemaal heel erg bezig zijn met briljant zijn en het...

Uitgelezen: Menokilo’s

De boodschap die Leen Steyaert in dit boek aan vrouwen in de overgang wil geven, is dat je het streven naar je ideale gewicht moet loslaten. Zij leert je dat het belangrijker is om fit en gezond te zijn, dan het hebben van een paar kilo’s meer. In het eerste deel van...

Medicatie is vaak geen genezing

In 2020 kwam het boek Studeerden wij medicijnen of geneeskunde? van huisarts Lieneke van de Griendt uit. Een moedige daad: als huisarts collega’s uitnodigen te reflecteren op de uitoefening van hun vak, en nog een stap verder: ze aan te moedigen zichzelf af te vragen:...

Genetische manipulatie; Synthetisch voedsel weet wat je eet

Via de achterdeur komen talloze soorten genetisch gemodificeerde en gemanipuleerde voedingsmiddelen de voedselketen binnen. Veel mensen eten deze producten zonder dat ze dit weten of er een keuze in hebben. Cate Montana bespreekt in het laboratorium gekweekte...

Van ziekte en zorg naar gezond gedrag

Trainen van gezond gedrag en mentale fitheidAls kind genas Heidi Stiegelis van lymfeklierkanker. Sindsdien wilde ze de wereld op het gebied van zorg en leefstijl veranderen. En zo geschiedde. Vanuit haar psychologiepraktijk traint zij nu (zorg)professionals in het...