Vitamine B-ter

Angst en spanning behoren tot de meest voorkomende aandoeningen. Vaak wordt bij deze klachten medicatie voorgeschreven, maar veel patiënten zouden waarschijnlijk meer baat hebben bij een simpel vitaminepilletje, ontdekte Celeste McGovern.

Elisa Black ging op haar 25ste weer thuis wonen omdat op zichzelf wonen niet ging. Ze sloot zichzelf drie maanden lang in haar kamer op, ervan overtuigd dat ze dood zou gaan als ze naar buiten ging.
Eliza was altijd al een nerveus kind geweest. Op jonge leeftijd was ze geobsedeerd door grote modderplassen, bang dat die haar ouders zouden verzwelgen. Ze ontwikkelde steeds weer nieuwe fobieën: smetvrees, angst om lepra te krijgen, angst voor water, angst om in het openbaar te eten omdat ze misschien moest overgeven. Ze werd geteisterd door paniekaanvallen. Ze had, vertelt ze in het boek dat ze schreef over haar fobieën, voortdurend last van ‘het eeuwige gevoel dat zich elk moment een ramp kon voltrekken’. Dat is een angstgevoel dat we misschien allemaal weleens hebben gehad, maar dat bij sommige mensen, zoals bij Elisa, constant aanwezig is en alles overheerst.
Elisa probeerde van alles. Ze liep bij psychiaters en slikte bergen medicatie: paroxetine, citalopram, venlafaxine en sertraline. Ze bezocht psychologen en probeerde cognitieve gedragstherapie, hypnose en exposuretherapie (confrontatie met de angst). Ze experimenteerde met yoga, lichaamsbeweging, meditatie, natuur- en kruidengeneeskunde, en nog veel meer.
Uiteindelijk, na jaren waarin ze steeds stukliep en zichzelf verweet niet hard genoeg haar best te doen, kwam ze iets tegen wat eindelijk wel werkte. Dat iets was vitamine B.
Elisa vertelt haar verhaal in The anxiety book: A true story of phobias, flashbacks and freak-outs and how I got my inner calm back (2016). Haar relaas is slechts een van de duizenden verhalen van mensen die uiteindelijk zijn overgestapt op een behandeling met micronutriënten (voedingsstoffen waarvan je maar heel weinig nodig hebt) om psychisch gezond te worden. Al die mensen hebben een blijvende oplossing voor hun problemen gevonden, zonder de bijwerkingen van psychofarmaca.

Een ziekte met vele gezichten
Angst is een van de meest voorkomende psychiatrische ziekten. Van alle Amerikanen krijgt 18 procent ermee te maken, 1, in ons land treft de ziekte meer dan 1 miljoen (volwassen) mensen.2
Angststoornissen komen vaker voor onder vrouwen dan onder mannen, en de term omvat uiteenlopende aandoeningen, zoals paniekstoornis, sociale fobie, gegeneraliseerde angststoornis (ook wel piekerstoornis genoemd), posttraumatische stressstoornis (PTSS) en obsessieve-compulsieve stoornis of dwangstoornis (OCD). Ze zorgen vaak voor sociale en persoonlijke beperkingen en beperkingen op het gebied van werk. Het RIVM berekende dat alleen al de directe zorg voor mensen met angststoornissen in 2011 626 miljoen euro kostte. Dat is dus exclusief de indirecte zorgkosten of kosten van arbeidsongeschiktheid. Alsof angst op zich nog niet erg genoeg is, gaat deze vaak over in andere stemmingsstoornissen, zoals depressie en bipolaire stoornis. Die laatste, ook wel manisch-depressieve stoornis genoemd, wordt gekenmerkt door manische ‘pieken’, waarin iemand uitgelaten en overactief is, en depressieve ‘dieptepunten’ met grote somberheid en futloosheid.
Behandeling geen succes
In de medische literatuur wordt toegegeven dat angst ‘ontzettend moeilijk succesvol te behandelen is’ en dat naar schatting minstens een derde van de patiënten niet reageert op de standaardbehandelingen.1 Maar dat is misschien nog een optimistische schatting. Diverse studies naar de behandeling van angst schetsen een minder rooskleurig beeld. Eén ervan keek bijvoorbeeld naar patiënten met een gegeneraliseerde angststoornis, paniekstoornis of een persisterende depressie na vijf jaar behandeling. Slechts 12 procent van hen bleek volledig genezen. Nog eens 47 procent ervoer verbetering, maar die was ‘niet helemaal bevredigend’ vanwege aanhoudende symptomen. En 40 procent meldde een ‘slecht totaalresultaat’ en was nog steeds ziek.3
‘Hoewel er aanzienlijke vooruitgang is geboekt, reageren veel patiënten met een angststoornis niet adequaat op de huidige medicinale behandelingen,’ luidde de conclusie van een overzicht van angstbehandelingen.4 Dat is nog maar zacht uitgedrukt.

Gevaren van medicijnen
Die in het overzicht genoemde vooruitgang is niet om over naar huis te schrijven. Al meer dan vijftig jaar schrijven artsen kalmerende middelen voor, meestal benzodiazepinen zoals oxazepam en lorazepam. Maar het werd steeds duidelijker dat deze middelen een grote kans op verslaving gaven, met ernstige, duidelijk beschreven ontwenningsverschijnselen. Bovendien was er risico op hersenschade en een kans van 50 procent op alzheimer5, reden waarom het tegenwoordig wordt afgeraden om meteen met kalmerende middelen te beginnen.
Al decennialang is de eerst aangewezen behandeling bij angst die met antidepressiva: met serotonine- en noradrenalineheropnameremmers. Daarna worden andere categorieën antidepressiva voorgeschreven: tricyclische antidepressiva en monoamino-oxidaseremmers (MAO-remmers). Bij mensen die hier niet op reageren, kunnen artsen antipsychotica zoals risperidon (Risperdal) of aripiprazol (Abilify) voorschrijven. Maar behalve dat ze meestal niet werken, hebben deze psychofarmaca allemaal bijwerkingen waar patiënten vaak zo misselijk en slaperig van worden dat ze al snel geen zin meer hebben om deze middelen in te nemen.
En het wordt nog erger. Een grote studie waarin veertien jaar lang geregeld hersenscans werden gemaakt, bevestigde waar velen al bang voor waren: antipsychotica veroorzaken hersenschade. Ze verminderen namelijk geleidelijk de hoeveelheid hersenweefsel, wat leidt tot cognitieve stoornissen, zoals geheugenproblemen.6
Deze categorie medicijnen houdt ook verband met een reeks andere gezondheidsproblemen, waaronder het metaboolsyndroom (obesitas, hoge bloeddruk, diabetes), tardieve dyskinesie (een neurologische ziekte met onwillekeurige en oncontroleerbare bewegingen), haperende spraak, tremoren (trilling van lichaamsdelen), angst, rusteloosheid, innerlijke onrust, agitatie en depressie. Niet echt de ‘behandeling’ waar patiënten die aan angsten lijden op zitten te wachten.

Orthomoleculaire behandeling
‘Medicijnen maken gezonde mensen ziek. Hoe kunnen medicijnen dan zieke mensen gezond maken?’ Dat was de simpele vraag die de inmiddels overleden Canadese psychiater Abram Hoffer stelde. Hij verdiepte zich in de behandeling van psychische ziekten op basis van voeding. Als een van de eersten zag hij overeenkomsten tussen bepaalde symptomen van schizofrenie en de symptomen van pellagra ofwel een tekort aan vitamine B3 (niacine). Bij beide treden verwardheid en dementie op.
‘Als er geen vitamine B3 in onze voeding zou zitten, zouden we allemaal binnen een jaar psychotisch zijn,’ schreef Hoffer. ‘Lang voordat de psychose zich zou openbaren, zou een pandemie aan neuroses uitbreken, in alle soorten en maten: depressie, hypochondrie, angst en dwangstoornissen, en persoonlijkheidsproblemen.’7
In de jaren vijftig begon Hoffer schizofreniepatiënten te behandelen met een dieet zonder suiker en geraffineerde koolhydraten, en daarnaast hoge doses vitamine B3 en soms vitamine B6, naar het schijnt met enorm succes.8
Omdat vitaminen en mineralen bij vrijwel elk biologisch proces betrokken zijn, kunnen tekorten hieraan verspreid door het hele lichaam symptomen veroorzaken. B-vitaminen spelen een belangrijke rol in de celstofwisseling en we hebben voldoende voorraad nodig om het lichaam en de hersenen van energie te voorzien.
Het is logisch dat er dingen misgaan als er te weinig van is. Het is zelfs zo dat alle bekende symptomen van een tekort aan de verschillende B-vitaminen in verband zijn gebracht met aandoeningen aan het zenuwstelsel.
De reguliere geneeskunde blijft erbij dat onze voeding meer dan voldoende van deze voedingsstoffen bevat en dat tekorten zeldzaam zijn. Maar veel mensen zijn het daar niet mee eens. Charles Popper, psychiater aan de Harvard Universiteit, zegt: ‘De meeste mensen hebben een tekort aan voedingsstoffen, zelfs in bevolkingsgroepen die voldoende te eten hebben, en vooral patiënten met psychiatrische ziekten worden getroffen, waaronder jongeren en volwassenen met een stemmmingsstoornis.’
Volgens Popper zorgen moderne landbouwtechnieken, het verlies van voedingsstoffen in de grond, het bewerken van voedsel en de grootschalige consumptie van sterk bewerkt ‘junkfood’ en van suikers dat de opname van deze voedingsstoffen afneemt en de behoefte eraan juist toeneemt. Factoren als deze, stelt hij, hebben allemaal bijgedragen aan de toename van psychische ziekten.9

Genmutatie
Er komt steeds meer bewijs dat maar liefst een op de vijf mensen een mutatie heeft van het MTHFR-gen: dat gen hangt samen met de productie van het enzym MTHFR, nodig voor de opname van vitamine B11 (foliumzuur). Door deze mutatie heeft het lichaam moeite B-vitaminen te verwerken. Dit leidt tot een tekort aan deze voedingsstoffen, wat voor allerlei problemen kan zorgen, van angst en depressie tot miskramen, beroerte, hart- en vaatziekten en diabetes.
Bij een test bleek Elisa Black (zie ook artikel op pag. xx)deze genmutatie te hebben. Toen haar arts haar folinezuur (een actieve vorm van vitamine B11) en methylcobalamine (een biologisch beschikbare vorm van vitamine B12 die de stofwisseling ondersteunt) voorschreef, bracht dat een ingrijpende verandering teweeg. ‘Had ik maar eerder geweten dat zoiets simpels – en iets zonder bijwerkingen – als B-vitaminen een betrouwbare remedie was, dan had ik mijn smetvrees veel eerder onder de knie gekregen, en al mijn geld niet aan ontsmettingsmiddelen hoeven uit te geven,’ zegt ze.
Toch zijn de meeste huisartsen nog niet op de hoogte van MTHFR-mutaties en hun mogelijke rol bij psychische ziekten. Carolyn Ledowsky, natuurgeneeskundige en grondlegger van MTHFR Support, zegt: ‘De meeste medici zullen ontkennen dat er een verband is met angst of depressie.’ Maar zij denkt dat maar liefst 70 procent van de patiënten met deze mutatie angstklachten heeft.
‘De meeste MTHFR-patiënten met angstklachten hebben ook te weinig vitamine B6 en zink in hun lichaam,’ voegt Ledowsky eraan toe. ‘Als dat wordt aangepakt, en het B11- en B12-gehalte weer zijn hersteld, nemen de angstklachten binnen drie weken met ongeveer 80 procent af.’
Functioneel geneeskundige Gill Carnahan adviseert patiënten een DNA-test te laten doen om te bepalen of ze drager zijn van een MTHFR-genvariant en zo ja, om dan extra supplementen te gaan slikken. ‘Zorg ervoor dat u de belangrijkste voedingsstoffen aanvult, zoals methylcobalamine, methylfolaat (natuurlijke vorm van respectievelijk vitamine B12 en foliumzuur), N-acetylcysteïne, riboflavine (vitamine B2), curcumine, visolie, vitamine C, D en E, en probiotica.’ [Zie kadertekst].
Maar het is een wankel evenwicht, waarschuwt Carnahan, want mensen met een MTHFR-mutatie in beide kopieën van het gen (dus mensen met een bijzonder slechte werking van het MTHFR-enzym) moeten heel voorzichtig zijn met methylcobalamine en methylfolaat, want hun lichaam kan misschien geen hoge doses verwerken. ‘En wees uiterst voorzichtig met niacinesupplementen, want die kunnen methylering [een algemeen biochemisch proces in het lichaam] onderdrukken.’10
‘Alles bij elkaar is er voldoende bewijs voor het gebruik van hoge doses B-vitaminen bij de behandeling van spanning en angst. Er is zelfs een onderzoek dat uitwijst dat er nog meer voordeel kan worden geboekt als B-vitaminen gecombineerd worden met een breed assortiment mineralen,’ schrijven Julia Rucklidge, hoogleraar psychologie aan de Universiteit van Canterbury, en Bonnie Kaplan, hoogleraar gezondheidswetenschappen aan de Universiteit van Calgary in Canada, in een recente literatuurstudie.11 Steeds vaker hebben onderzoekers voorkeur voor het gebruik van ‘breedspectrum’ vitaminen en mineralen, in plaats van megadoses van één bepaalde voedingsstof zoals niacine of vitamine B12.
Rucklidge en Kaplan hebben onderzoek gedaan naar een bepaald merk multivitamine (EMPowerplus), dat werd ontwikkeld door Tony Stephan. Zijn vrouw Debbie had een bipolaire stoornis en pleegde in 1994 zelfmoord. Hij was ten einde raad toen zijn zoon Joseph, destijds een tiener, en zijn volwassen dochter Autumn ook allebei de diagnose bipolair kregen. Ze slikten allebei veel medicatie en liepen een verhoogd risico op suïcide.
De artsen hadden tegen Stephan gezegd dat er weinig perspectief was voor zijn kinderen en dat hij ‘de werkelijkheid moest accepteren’ en zich op het ergste moesten voorbereiden. Maar tijdens een toevallig gesprek met een vriend, David Hardy, die veevoer produceerde, zag Stephan overeenkomsten tussen de symptomen van psychische ziekten bij mensen en bepaald gedrag bij varkens. Het was de gewoonte om opgehokte slachtvarkens die prikkelbaar waren, bepaalde voedingsstoffen bij te voeren. Hardy had succes geboekt met bepaalde vitaminen en spoorelementen.
Ze richtten samen in de keuken een provisorisch laboratorium in en creëerden een menselijke variant van Hardy’s varkensvoer door vier verschillende producten met verschillende ingrediënten te combineren. Dat probeerden ze uit op Stephans zoon Joseph. Toen die het supplement vijf dagen geslikt had, was hij compleet veranderd. ‘Plotseling werd hij zacht,’ herinnert zijn vader zich. ‘Zijn gedrag veranderde. Hij werd positiever over zijn leven.’
Ondertussen werd Stephans dochter Autumn in de gaten gehouden omdat ze suïcidaal was. Ze had veel psychofarmaca gekregen vanwege haar paranoia en paniekaanvallen. Ook mocht ze niet alleen zijn met haar baby, vanwege haar moorddadige gedachten. Vijf dagen nadat ze het ‘aangepaste varkensvoer’ kreeg, was ze over haar dieptepunt heen. Ze was voor het eerst in staat een douche te nemen zonder dat ze haar kleren aanhield uit angst te worden aangevallen. Het ging vervolgens steeds beter met haar en in de jaren daarna genas ze volledig.
Verbaasd over het resultaat gingen Stephan en Hardy met hun product naar onderzoekers en wetenschappers. Het huidige product met 36 ingrediënten is een van de meest geteste multivitaminen voor de psychische gezondheid.
Dat is bijzonder, aangezien dergelijk onderzoek decennialang is tegengehouden door de conventionele opvattingen over de oplossing voor psychische gezondheidsproblemen. Ook werd dergelijk onderzoek gedwarsboomd omdat er aan medicijnen veel meer te verdienen valt dan aan natuurlijke stoffen.
Rucklidge en Kaplan voerden gecontroleerde onderzoeken uit onder mensen met angst en PTSS na de aardbeving van 2010-2011 in Christchurch (Nieuw-Zeeland) en na de overstromingen in en rond de Canadese stad Calgary. Na slechts vier tot zes weken de door hen ontwikkelde multivitamine geslikt te hebben, verbeterde de stemming en energie van de deelnemers en verminderde hun angst aanzienlijk (en zelfs ‘heel sterk’).12
Twee casestudies, van een jongen van elf met een psychose en OCD (dwangstoornis), en een jongen van twaalf met een bipolaire stoornis, bevestigden dat de behandeling met micronutriënten ‘beter werkte dan de conventionele behandeling’. De verbeteringen verdwenen weer toen met inname van het supplement werd gestopt.13
Rucklidge onderzoekt nu de effecten van een soortgelijke formule bij zwangere vrouwen Zowel de multivitamine van Stephan en Hardy als het supplement voor zwangerschap wijken sterk af van de gangbare multivitaminen, die in de winkel verkrijgbaar zijn, zegt Rucklidge. Ze bevatten veel hogere doses vitaminen die bij de hersenen betrokken zijn, en een breed scala aan spoorelementen.
Literatuur
1 Dialogues Clin Neurosci, 2015; 17: 305-17
2 www.volksgezondheidenzorg.info
3 Psychol Med, 1998; 28: 1149-57
4 J Clin Psychiatry, 2010; 71: 839-54
5 BMJ, 2014; 349: g5205
6 Arch Gen Psychiatry, 2011; 68: 128-37
7 Psychosomatics, 1970; 11: 522-5
8 Can Fam Physician, 1975; 21: 78-82
9 Child Adolesc Psychiatr Clin N Am, 2014; 23: ix-xii
10http://doccarnahan.blogspot.co.uk/2013/05/mthfr-gene-mutation-whats-big-deal.html
11 Expert Rev Neurother, 2013; 13: 49-73
12Hum Psychopharmacol, 2012; 27: 440-54; Psychiatry Res, 2015; 228: 373-9
13BMJ Case Rep, 2012; doi: 10.1136/bcr-2012-007213; J Child Adolesc Psychopharmacol, 2009; 19: 453-60

Kadertekst:
De magere resultaten van de standaardbehandeling
In een studie onder patiënten met een gegeneraliseerde angststoornis, paniekstoornis of een persisterende depressie bleek na vijf jaar behandeling slechts 12 procent van hen volledig genezen. Nog eens 47 procent merkte verbetering, maar die was ‘niet helemaal bevredigend’ vanwege aanhoudende symptomen. En 40 procent meldde ‘een slecht totaalresultaat’ en was nog steeds ziek.3
12 % volledige genezing
47 % ‘niet helemaal bevredigend’
40 % ‘slecht totaalresultaat’

Vitaminen voor het brein
Tweevoudig Nobelprijswinnaar en moleculair bioloog Linus Pauling, die pleitte voor het gebruik van hogere doses vitamine C bij allerlei medische problemen, was geboeid door het werk van psychiater Abram Hoffer. In 1968 introduceerde Pauling de term ‘orthomoleculair’ voor het voorkomen en behandelen van ziekten door het lichaam te voorzien van optimale hoeveelheden voedingsstoffen, waaronder vitaminen. Bij dit nieuwe terrein in de geneeskunde hoorde ook de ‘orthomoleculaire psychiatrie’ zoals Hoffer die beoefende.
Er is nooit een diagnostisch onderzoek geweest dat kan aantonen dat een psychiatrische ziekte – zoals een angststoornis – het gevolg is van een chemische disbalans in de hersenen. Maar uit onderzoek naar de voedingstoestand van psychiatrische patiënten blijkt dat zij vaak een tekort hebben aan bepaalde B-vitaminen en mineralen.1
Onlangs bleek uit een Turkse studie bij 52 kinderen en adolescenten met OCD (dwangstoornis) dat ze aanmerkelijk lagere vitamine B12- en D-spiegels hadden en een hogere homocysteïnespiegel dan de 30 gezonde deelnemers uit de controlegroep.2 Mutaties van het MTHFR-gen (zie hoofdartikel) hebben ook invloed op de verwerking van dit aminozuur. Er blijkt een oorzakelijk verband te zijn tussen een verhoogde homocysteïnespiegel en schizofrenie,3 en ook vergroot zo’n mutatie de kans op dementie en alzheimer.4
Literatuur
1 Prostaglandins Leukot Essent Fatty Acids, 2006; 74: 75-85; Am J Psychiatry, 2004; 161: 1705-8
2 Psychiatry Res, 2017; 254: 232-7
3 BMC Med Genet, 2015; 16: 54
4 Brain, 2013; 136: 2707-16

Natuurlijke remedies tegen angst
Uit onderzoek blijkt dat de volgende remedies effectief zijn tegen uiteenlopende angstklachten.
Eet vis, visolie en lijnzaad. Een tekort aan docosahexaeenzuur (DHA) – een omega 3-vetzuur en bestanddeel van visolie – in voeding is vaak in verband gebracht met een grotere kans op angststoornissen. Essentiële vetzuren kunnen spanningsklachten rond de zwangerschap verlichten, cortisolwaarden verlagen, en zowel premenstruele als overgangsklachten bij vrouwen verminderen.1
Voorgestelde dosering: er is visolie, lijnzaad of lijnzaadolie verkrijgbaar met een hoog percentage DHA of met pure DHA. Streef naar 20 gram of meer per dag van zowel DHA als eicosapentaeenzuur (EPA)
Slik magnesium. Dierstudies toonden een verband aan tussen een magnesiumtekort en angststoornissen.2 Daarnaast kan een combinatie van magnesium en vitamine B6 milde angst en angst bij PMS (premenstrueel syndroom) bij vrouwen verminderen.3
Voorgestelde dosering: magnesiumoxide: 200-600 mg; vitamine B6 (pyridoxine): 50 mg
Neem ook vitamine C. Hoge doses vitamine C met vertraagde afgifte kunnen angstklachten verminderen, en een verhoogde bloeddruk als reactie op spanning verlagen.
Voorgestelde dosering: 8 gram (in doseringen van 2 gram verspreid over de dag)
Gebruik curcumine: dit bestanddeel van kurkuma, dat vaak aan Aziatisch eten wordt toegevoegd en dat ook als supplement verkrijgbaar is, blijkt de synthese van DHA te versterken, met name DHA afkomstig van plantaardige lijnzaadolie.4
Voorgestelde dosering: tweemaal daags 500 mg (als capsule)
Zorg goed voor uw darmbacteriën. Het eten van meer prebiotica kan de schade herstellen die stress veroorzaakt. Prebiotica vormen voeding voor de goede darmbacteriën. Prebiotica zitten in plantaardige vezels zoals rauwe cichorei, aardperen, rauw paardenbloemblad, rauwe knoflook, rauwe prei, rauwe asperges en rauwe en gekookte ui. Laboratoriumonderzoek wijst erop dat prebiotica ook kunnen zorgen dat de goede bacteriën beschermd zijn tijdens stressvolle perioden, zeggen onderzoekers van de Universiteit van Colorado. Prebiotica kunnen zelfs bijdragen aan het herstel van een gezond slaappatroon, wat op zijn beurt weer helpt tegen angstklachten.5
Probiotica zoals yoghurt, kefir (zie p. …) en gefermenteerde groenten zoals zuurkool zorgen ervoor dat er weer goede bacteriën in uw darmen komen.
Kom in beweging. Onderzoekers uit Texas die tientallen studies bekeken, ontdekten dat lichaamsbeweging invloed heeft op die hersendelen die depressie en angst tegengaan. Al na 25 minuten lichaamsbeweging is er stemmingsverbetering en afname van spanning waarneembaar.6
Het advies is om twee tot tweeënhalf uur per week matig tot hoog intensief te bewegen
Gebruik sint-janskruid: het extract van sint-janskruid (Hypericum perforatum) wordt al lange tijd in de traditionele geneeskunde gebruikt en het mag in Duitsland officieel worden voorgeschreven voor de behandeling van angst, depressie en slaapproblemen. In onderzoek is aangetoond dat het even goed werkt als antidepressiva, maar veel minder bijwerkingen heeft.7 Over hoe het kruid precies werkt, is nog veel onduidelijkheid.
Voorgestelde dosering: 300-1000 mg per dag
Literatuur
1 JBI Database System Rev Implement Rep, 2017; 15: 402-53
2 Neuropharmacology, 2012; 62: 304-12
3 Nutrients, 2017; 9: 429; doi: 10.3390/nu9050429
4 Biochim Biophys Acta, 2015; 1852: 951-61
5 Front Behav Neurosci, 2017; 10: 240; doi: 10.3389/fnbeh.2016.00240
6 Front Psychiatry, 2013; 4: 27; doi: 10.3389/fpsyt.2013.00027
7 BMJ, 1996; 313: 253-8

 

Wilt u dit artikel lezen?

Als abonnee kunt u dit artikel gratis lezen door in te loggen op uw account. Nog geen abonnee? Sluit nu een abonnement af.

Andere artikelen van Celeste McGovern

Depressief door antidepressiva

Citrusschillen

Genetische manipulatie; Synthetisch voedsel weet wat je eet

Vruchtbaarheid verbeteren

Weer helder zien

Column Bram Bakker; Innerlijke rust

Alleen al van die uitdrukking kreeg ik jeuk, tot voor kort. Aan ‘rust’ deed ik niet en ‘innerlijk’ vond ik ook maar iets voor zweverige softies. Misschien begon het te schuiven toen ik het boek Rust van Robert Bridgeman las, lang voordat ik bevriend met hem raakte. De...

Marktwerking en zorg?

Veel politici spreken zich uit over marktwerking in de zorg. Volgens sommigen helpt concurrentie om kosten te beteugelen. Volgens anderen leidt het juist tot meer kosten en minder kwaliteit. De uitspraken van voor- en tegenstanders zijn niet altijd onderbouwd. Ten...

Gastcolumn: Emoties kun je als voedsel verteren

Er is de afgelopen jaren een gestage toename te zien van het aantal mensen dat psychische aandoeningen ontwikkelt.1 Dat is zorgelijk, maar eigenlijk ook relatief eenvoudig te veranderen. De kern van het probleem is dat veel mensen hun emoties niet adequaat kunnen...

De borsten

Zacht, rond, fier, stevig, klein, hangend, veranderd of zelfs afwezig na een operatie… Borsten zijn er in vele prachtige soorten en maten. Ze bestaan uit vetweefsel, bindweefsel, ligamenten én borstklieren; elke borst is gevuld met zo’n vijftien tot twintig lobben die...

Holistische hulp bij een kinderwens

Zwanger worden, het lijkt zo vanzelfsprekend. Toch heeft 1 op de 5 stellen vruchtbaarheidsproblemen - en dat worden er steeds meer. In haar praktijk begeleidt Ingrid Schoonveld vrouwen met een onvervulde kinderwens. Schoonveld werkte al jaren in de communicatiesector...

Celeste McGovern avatar

Over de auteur

Celeste McGovern rapporteert al meer dan twee decennia over een breed scala aan kwesties op het gebied van wetenschap, geneeskunde, buitenlandse hulp en cultuur. Haar bekroonde onderzoeksjournalistiek is gepubliceerd in de nieuwsmagazines The Report in Canada, Reader's Digest, The Calgary Herald, Citizen Magazine, The National Catholic Register, What Doctor's Don't Tell You en natuurlijk Medisch Dossier
Lees meer artikelen van Celeste McGovern