Negen fatale gevaren voor hart ziekten

[Dossier: Hart- en vaatziekten]

Negen fatale gevaren

Veel mensen denken nog steeds dat hart- en vaatziekten te wijten zijn aan het eten van veel vet. Maar uit de nieuwste onderzoeken komen negen andere boosdoeners naar voren. Gelukkig kunt u deze bestrijden.

Door: Lynne McTaggart

De geneeskunde heeft, als het om hart- en vaatziekten ging, lange tijd met een beschuldigende vinger naar vetten en cholesterol gewezen, maar het wordt steeds duidelijker dat de ware boosdoener met name onze moderne voeding is. En dan vooral alles met een lange houdbaarheidsdatum op de verpakking. Onderzoeken wijzen steeds vaker twee dingen aan die uw hart fataal kunnen worden: transvetten en geraffineerde suikers.
Zoals John Mansfield opmerkt in zijn in 2012 verschenen boek The six secrets of successful weight loss, waren er tot halverwege de negentiende eeuw weinig mensen met obesitas, diabetes of coronaire hartziekte (ziekten van de kransslagaders). Het allereerste geval van coronaire hartziekte werd pas in 1912 gemeld. Wat is er sindsdien veranderd?
Simpel gezegd: de introductie halverwege de twintigste eeuw van geraffineerde koolhydraten, waaronder geraffineerde suikers, witte bloem en witte rijst, en daarna de introductie van ‘nepvet’, zoals margarine.
Mansfield legt uit: ‘In de periode tussen 1910 en 1970 is het gehalte aan traditioneel dierlijk vet in de Amerikaanse voeding gedaald van 83 naar 62 procent. De boterconsumptie zakte van 8 kilo naar nog geen 2 kilo per persoon per jaar. In diezelfde periode steeg het gebruik van plantaardige dieetolie in de vorm van margarine, bakvet en geraffineerde olie met maar liefst 400 procent. En de consumptie van suiker en bewerkte voedingsmiddelen steeg met ongeveer 60 procent.’
Naast deze dodelijke pijlers van ons moderne dieet zijn er nog zeven andere risicofactoren voor hart- en vaatziekten die ofwel compleet worden miskend door de moderne geneeskunde of nog steeds niet worden begrepen.
Als u hartproblemen hebt, onderzoek dan eerst de volgende mogelijke oorzaken en corrigeer die voordat u uw toevlucht zoekt tot statines (cholesterolverlagende medicijnen) of een streng vetarm dieet – twee maatregelen die op de lange termijn niet blijken te werken.

1. Suiker
Insuline reguleert onze bloedsuiker en helpt glucose in onze cellen op te slaan, waarna dat, direct of later, als brandstof gebruikt wordt. Insuline wordt gemaakt in de alvleesklier. Het wordt aan het bloed afgegeven als ons bloedsuikergehalte stijgt nadat we hebben gegeten.
Als ons lichaam te vaak door te veel suiker wordt gebombardeerd, moet het zoveel insuline produceren dat het de activiteit van de insulinereceptoren verlaagt om zichzelf te beschermen tegen de giftige gevolgen van te veel insuline. En als het lichaam de aanwezigheid van insuline niet meer herkent, gaat het steeds meer van dat hormoon produceren om de hoeveelheid glucose in het bloed te reguleren. Dat heet insulineresistentie.
Die situatie luidt vaak het begin in van het metaboolsyndroom en diabetes type 2, waarbij de uitgeputte alvleesklier niet langer voldoende insuline kan produceren om het bloedsuikergehalte te reguleren.
Bewerkte voedingsmiddelen bevatten meestal extra suikers en geraffineerde koolhydraten, die al snel voor een overvloed aan glucose in ons lichaam zorgen. Gevolg is dat er daardoor te veel gevraagd wordt van de alvleesklier en dat ondermijnt het vermogen om voldoende insuline te produceren om aan de vraag te voldoen.
Onderzoekers aan de Amerikaanse Centers for Disease Control and Prevention (het Amerikaanse RIVM) ontdekten een significant verband tussen suikerconsumptie en de kans op hartziekten, toen ze de voedingsgewoonten van meer dan 40.000 Amerikanen analyseerden. Mensen die te veel suiker aten, werden zwaarder en kregen overgewicht, waardoor de kans op hart- en vaatziekten en op overlijden groter werd.1
Sommige wetenschappers zijn al afgestapt van het idee dat LDL een zogenaamd slecht cholesterol is. Hoewel onze slagaders inderdaad verstopt kunnen raken door cholesterol, is het daar ook aanwezig om schade aan de bloedvatwand te repareren: schade ontstaan door ontstekingen die een reactie zijn op fysiologische stress als gevolg van suikerrijke, bewerkte voedingsmiddelen.

Oplossing: Neem uw menu onder de loep. Stop met het eten van bewerkte voedingsmiddelen en alle ‘witte troep’: geraffineerde granen zoals wit brood en witte rijst. Eet biologisch en maak alles met verse ingrediënten. Pas ook op voor verborgen suikers zoals dextrose, gerstemout en glucose-fructosestroop; dat is gewoon suiker, alleen heet het anders.

2. Nepvetten
Veel bewerkte en vetarme voedingsmiddelen bevatten te weinig essentiële vetzuren. Ze kunnen voor een disbalans in ons lichaam zorgen, doordat ze het ‘goede’ HDL-cholesterol verlagen en de hoeveelheid triglyceriden verhogen: het vet dat in onze lichaamscellen wordt opgeslagen.2 Een van de gevaarlijkste vetarme voedingsmiddelen is margarine, gemaakt van geharde oliën.
Hydrogenering of harden is een proces dat de voedingsmiddelenindustrie in staat stelt meervoudig onverzadigde vetten in voeding te gebruiken in plaats van boter en varkensvet. Tijdens het hydrogeneren worden oliën verhit, waarna er waterstofgas aan wordt toegevoegd om ze langer houdbaar en steviger te maken. In dit chemische proces worden synthetische transvetzuren (TFA’s) geproduceerd die een andere moleculaire structuur hebben dan de vetzuren die mensen en dieren normaal gesproken in hun lichaam hebben. Bij het proces worden ook transisomeren gecreëerd, waarvan sommige zeer giftig zijn.3
De hoeveelheid TFA’s in bewerkte voedingsmiddelen varieert van 5 tot 75 procent van de totale hoeveelheid vet. Het is moeilijk na te gaan hoeveel transvetten een product bevat, want het is in Nederland niet verplicht om dit op het etiket te vermelden. De aanwezigheid ervan staat wel altijd op de verpakking, de hoeveelheid niet. TFA’s kunnen een desastreus effect hebben op het vermogen van ons lichaam om essentiële vetzuren te gebruiken, aldus de Amerikaanse voedingsdeskundige Leo Galland in zijn boek uit 1988: Superimmunity for kids.
TFA’s zijn nog kwalijker als ze worden verhit: dan ontstaat er een stof die lijkt op de polymeren in plastic. Geharde vetten treft u aan in snacks zoals chips, koek en gebak.
George Mann, een arts uit het Amerikaanse Nashville, heeft veel onderzoek gedaan naar dit onderwerp. Hij zegt dat de lipoproteïnereceptoren in onze cellen door TFA’s worden aangetast. Deze aantasting belet het lichaam om LDL-cholesterol te verwerken, waardoor onze lichaamscellen hun cholesterolaanmaak verhogen. Dat kan op den duur tot een verhoogd cholesterolgehalte leiden. Uit talloze onderzoeken blijkt inderdaad dat het cholesterol in ons bloed snel stijgt als mensen TFA’s consumeren.4
Uit een acht jaar durende studie door de medische faculteit van Harvard onder 85.000 vrouwen bleek dat degenen die margarine aten, een verhoogd risico op coronaire hartziekte hadden.5 Hoe meer TFA’s u eet (en hebt opgeslagen als lichaamsvet), hoe hoger het risico. Uit een onderzoek in Wales bleek dat er een sterk verband bestaat tussen de hoeveelheid TFA’s in ons lichaamsvet en het overlijden aan een hartaandoening.6

Oplossing: Vermijd vetten die gehydrogeneerd zijn. Die treft u vooral in bewerkte voedingsmiddelen en margarine aan, tenzij op de verpakking iets anders staat. Kies liever voor roomboter of kokosolie.

3. Vleeswaren
Nieuw onderzoek wijst conserveermiddelen die in bewerkte voedingsmiddelen zitten aan als een oorzaak van hoge bloeddruk en aderverkalking. Fosfaten in bijvoorbeeld kaasproducten en coladranken kunnen de productie van FGF23 (fibroblastengroeifactor 23) stimuleren: een hormoon dat de hoeveelheid natrium en calcium in ons lichaam reguleert. Als we veel FGF23 in ons bloed hebben, moeten de nieren meer calcium absorberen, en dat leidt tot verkalking van de slagaders. Een hoge concentratie van dat hormoon is ook in verband gebracht met een hoog natriumgehalte en chronische nierziekte, aldus onderzoekers aan de Universiteit voor diergeneeskunde in Wenen. En we weten dat mensen met chronische nieraandoeningen meer kans hebben op hart- en vaatziekten.7
Ook de consumptie van vleeswaren wordt in verband gebracht met hartfalen, vooral bij mannen. Bij elke 50 gram vleeswaren die dagelijks wordt genuttigd, stijgt de kans om aan hartfalen te overlijden met 38 procent. Mensen die veel vleeswaren eten, hebben twee keer zoveel kans om aan een hartaandoening te overlijden als mannen die af en toe, en slechts kleine porties, van zulke producten eten.8

Oplossing: Stop met het eten van bewerkte ham, spek, salami en andere vleeswaren, stop ook met kaasproducten en drink geen frisdranken.

4. Stress
Naast oorzaken die met voedingsgewoonten te maken hebben, werd tijdens een groot internationaal onderzoek, de Interheart study, ontdekt dat psychosociale factoren zoals aanhoudende zware stress ervoor kunnen zorgen dat de kans op een hartinfarct tweeënhalf keer zo hoog wordt.9
Chronische stress maakt dat u voortdurend in de vecht-of-vluchtmodus zit. Uw insulineproductie stijgt om ervoor te zorgen dat u genoeg energie hebt om snel te reageren en uw lichaam vraagt om voeding met een hoge glykemische index: voeding die snel in suiker wordt omgezet. Zoals Marilyn Glenville in haar boek Fat around the middle schrijft, wordt vet- of suikerrijk voedsel dat u tijdens perioden van stress eet, meestal opgeslagen in vet rond uw taille. Dat komt doordat het rond de lever wordt opgeslagen, waar het snel in energie kan worden omgezet als dat nodig is. Op den duur maken een teveel aan suiker en vetreserves dat ons lichaam ongevoelig wordt voor insuline.
Natuurlijk hebben we allemaal weleens last van stress (als we de trein of een deadline willen halen), maar alleen chronische stress leidt tot hartziekte: als we ons bijvoorbeeld machteloos voelen en sociaal geïsoleerd, zonder uitzicht op verbetering.
Malcolm Kendrick, auteur van De cholesterolhype, heeft een lijstje gemaakt van de soorten stress die volgens hem hart- en vaatziekten kunnen veroorzaken. De belangrijkste zijn:
– een intimiderende baas
– discriminatie
– langdurige geldzorgen
– een zwak sociaal netwerk en het gevoel ‘er niet bij te horen’
– een partner die liefdeloos is of u mishandelt

Oplossing: Word lid van een of meer groepen, bijvoorbeeld een boekenclub of kerk, voor de nodige sociale en emotionele steun. Als uw baan het probleem is, kijk dan uit naar ander werk. En zoek een goede manier om uw stress te reduceren, bijvoorbeeld lichaamsbeweging, meditatie, ontspanning door autosuggestie, enzovoorts. Maak daar dagelijks gebruik van.

5. Een verhoogd fibrinogeen en CRP
Zelfs conservatief ingestelde medische organisaties, zoals de Amerikaanse Hartstichting (AHA), erkennen inmiddels de rol van ontsteking bij hart- en vaatziekten. Het verband is door verschillende studies bevestigd. Ontsteking is de afweerreactie van ons lichaam op stress en infectie. In de geneeskunde betekent ‘stress’ een aanval op het lichaam: door slechte voeding met veel snacks en bewerkte voedingsmiddelen, door blootstelling aan verontreinigende stoffen, door spanning, depressie of een gevoel van eenzaamheid en hulpeloosheid.
In een onderzoek werd ontdekt dat het niet zozeer de cholesterol zelf is die tot hart- en vaatziekten leidt, maar de combinatie van cholesterol en de stollingsfactor fibrinogeen: een eiwit dat verhoogde ontstekingsactiviteit aantoont. Degenen met zowel veel fibrinogeen als LDL-cholesterol in hun bloed hadden zes keer zo vaak een hart- en vaatziekte. Omgekeerd ontwikkelden mensen met weinig fibrinogeen in hun bloed zelden een hartziekte, zelfs als hun LDL hoog was.10
Mannen met het hoogste fibrinogeengehalte hadden meer dan twee keer zoveel kans op hart- en vaatziekten dan die met de laagste fibrinogeenwaarden. Rokers blijken veel fibrinogeen in hun bloed te hebben, wat het verband verklaart tussen roken en hartinfarct.
Als het waar zou zijn dat hart- en vaatziekten met vetopeenhoping samenhangen, zoals de cholesteroltheorie suggereert, dan zou het gehalte aan C-reactief proteïne (CRP) geen nauwkeurige voorspeller zijn van toekomstige hartproblemen. Toch is dat zo, blijkt uit onderzoek: de hoeveelheid CRP in ons bloed is een aanwijzing voor ontstekingsactiviteit en kan de kans op een beroerte, diabetes, hartinfarcten en overlijden door hart- en vaatziekten nauwkeurig voorspellen, al jaren voordat dit gebeurt.11
Statines blijken als onbedoeld voordeel te hebben dat ze de hoeveelheid CRP verlagen. Mensen met een lager CRP herstellen beter van een hartziekte, zelfs als de statine het LDL-cholesterol niet weet te verlagen.12 Ook dit duidt op de rol die ontsteking speelt. In een studie waarin 506 mannen die een hartinfarct hadden gehad, werden vergeleken met 1025 gezonde personen, bleek ontsteking een belangrijke aanwijzing te vormen voor hart- en vaatziekten. De mannen met de hoogste CRP in hun bloed hadden meer dan twee keer zoveel kans op hart- en vaatproblemen.13

Oplossing: Ontsteking kan worden veroorzaakt door omgevingsfactoren, maar in de meeste gevallen is de boosdoener een reactie van uw eigen lichaam op bepaalde voedingsmiddelen. Om een voedselovergevoelighed op te sporen, kunt u het beste contact zoeken met een gespecialiseerde arts of therapeut.

6. Homocysteïne
Nieuw onderzoek wijst erop dat het risico op hart- en vaatziekten hoger kan worden door homocysteïne: dat aminozuur is in hogere concentraties aanwezig bij mensen met een beroerte of een andere vaataandoening. Het verband met ziekten werd in 1969 voor het eerst vastgesteld, toen bij autopsie op mensen met atherosclerose (aderverkalking) extreem hoge hoeveelheden homocysteïne werden gevonden. 14 Maar een verband met schade aan de bloedvaten werd van tafel geveegd; dat werd toegeschreven aan bepaalde effecten van de stofwisseling bij deze patiënten.
Jaren later analyseerden onderzoekers van de Universiteit van Washington 27 onderzoeken naar homocysteïne en vaataandoeningen. Daaruit bleek dat homocysteïne een duidelijke voorspeller was van de kans op een hartinfarct en een vernauwde halsslagader.15 Uit het grootste onderzoek naar de gezondheid van ons hart, de Amerikaanse Framingham Heart Study, bleek zelfs dat de kans op een vernauwde halsslagader evenredig stijgt met de hoeveelheid homocysteïne in het bloed.16
Ook het invloedrijke onderzoek van Harvard onder bijna 15.000 mannelijke artsen liet deze uitkomsten zien: de mannen met het hoogste gehalte aan homocysteïne in hun bloed hadden drie keer zoveel kans op een hartinfarct als degenen met het laagste homocysteïnegehalte.17 Uit een Noorse studie bleek een toenemend verband tussen het homocysteïnegehalte en sterftecijfers.18
Het aminozuur homocysteïne is een tussenproduct van de normale omzetting van eiwitten in ons lichaam. In het gezamenlijke Europese actieproject Homocysteïne en Hart- en vaatziekten, waarin 22 partijen samenwerkten, werd geconcludeerd dat er een wisselwerking is tussen homocysteïne enerzijds en cholesterol en triglyceriden anderzijds, waardoor de kans op hart- en vaatziekten bij een hoog homocysteïnegehalte aanzienlijk toeneemt, ook al is het cholesterol normaal of laag.19

Oplossing: Slik een vitamine-B-complex: dat blijkt uw homocysteïnegehalte te verlagen. Het supplement moet minstens 1 mg methylfolaat (natuurlijke vorm van foliumzuur), 100 mg vitamine B6, 50 mg thiamine en 400 microgram B12 bevatten.

7. Ontstoken tandvlees
Het Nationale Universiteitcollege voor Tandheelkunde in Seoel (Zuid-Korea) heeft onderzoek gedaan onder 265 patiënten die een beroerte hadden gehad en 214 personen zonder beroerte. Hieruit bleek dat degenen met parodontitis – ontstekingen en infecties van het tandvlees, de rand van het tandvlees en het daaronder gelegen kaakbot – vier keer zo vaak een beroerte hadden gehad. Dat is twee keer zoveel als het risico dat diabetici lopen.20
Ook in een klein Italiaans onderzoek is parodontitis in verband gebracht met aderverkalking: de verkalking en vernauwing van de slagaders. Uit het onderzoek bleek dat mensen met atherosclerose in de halsslagaders duidelijk minder gezond tandvlees hadden dan degenen zonder vernauwingen in hun halsslagaders, ook nadat andere risicofactoren waren meegewogen.21 Een analyse van 31 gepubliceerde artikelen liet een verband zien tussen ontstoken tandvlees en atherosclerose, hartinfarcten en hart – en vaatziekten.22 Het is duidelijk: de gezondheid van ons tandvlees en die van ons hart hangen samen.
Zowel ontstoken tandvlees als hart- en vaatziekten zijn een gevolg van slechte voedingsgewoonten en een tekort aan voedingsstoffen zoals co-enzym Q10: een vitamine-achtig enzym dat in bijna elke lichaamscel te vinden is. Dit enzym is nodig bij de energieproductie in onze cellen en het beschermt de celmembraan tegen oxidatieschade. Het is overvloedig aanwezig in de cellen van ons hart, vanwege de hoge energiebehoefte daar. Uit onderzoek blijkt dat misschien wel 96 procent van de mensen met ontstoken tandvlees een tekort aan co-enzym Q10 heeft. 23
Ook een tekort aan vitamine C is in verband gebracht met ontstoken tandvlees en hart- en vaatziekten. Uit een onderzoek onder Finse en Russische mannen bleek dat degenen met parodontitis vaker een lage hoeveelheid vitamine C in hun bloed hadden: een beruchte risicofactor voor een hartinfarct.24
Omega 3-vetzuren spelen waarschijnlijk ook een rol in de gezondheid van tandvlees. Uit een recente studie van Harvard bij meer dan 9000 Amerikaanse volwassenen bleek dat ‘een hogere consumptie van docosahexaeenzuur (DHA) en in mindere mate eicosapentaeenzuur (EPA) verband hielden met minder gevallen van parodontitis’.25 Omega 3-vetzuren staan bekend om hun ontstekingsremmende eigenschappen en hun heilzame effect op de gezondheid van het hart.

Oplossing: Gebruik supplementen met co-enzym Q10, vitamine C en omega 3-vetzuren (in de vorm van vis- of lijnzaadolie). Laat uw gebit minstens elk halfjaar grondig reinigen.

8. Een tekort aan chroom
Nadat de Britse voedingsdeskundige Stephen Davies jarenlang duizenden patiënten had onderzocht, ontdekte hij dat naarmate patiënten ouder worden, het chroomgehalte in hun bloed steevast daalde. Maar voor onze insulinereceptoren hebben we een bepaalde hoeveelheid chroom nodig. Zeker dertien gecontroleerde studies hebben laten zien dat we, door de hoeveelheid chroom in ons dieet of door suppletie die hoeveelheid met een factor 10 te verhogen (vergeleken met wat we nu gemiddeld binnenkrijgen), de kans op insulineresistentie kunnen verminderen en voor een gezonde bloedsuiker kunnen zorgen.26

Oplossing: Neem een mineralensupplement dat chroom bevat.

9. Te weinig beweging
Als u niet genoeg beweegt, gaat het vermogen van uw lichaam om de bloedsuiker te reguleren achteruit. Uit een onderzoek in Boston bleek dat één extra dosis lichaamsbeweging de opname van glucose door de skeletspieren al verbetert.27 Eigenlijk helpt elke vorm van lichaamsbeweging tegen insulineresistentie, doordat het transport van glucose erdoor verbetert. Lichaamsbeweging voorkomt zo diabetes type 2, die ontstaat wanneer de alvleesklier niet langer voldoende insuline kan produceren om voor een gezonde bloedsuiker te zorgen.

Oplossing: Beweeg dagelijks minimaal 20 minuten achtereen. De beste vorm is gewoon een stevige wandeling.

Literatuur:
1 1. JAMA Intern Med, 2014; 174: 516–24
2 2. www.atkins.com/how-it-works/library/articles/the-role-of-dietary-fats-and-cholesterol-in-heart-health
3 3. Lancet, 1994; 343: 1268–71
4 4. J Lipid Res, 1992; 33: 399–410
5 5. Lancet, 1993; 341: 581–5
6 6. Br J Prev Soc Med, 1975; 29: 82–90
7 7. EMBO Mol Med, 2014; 6: 744–59
8 8. Circ Heart Fail, 2014; 7: 552–7
9 9. Lancet, 2004; 364: 937–52
1 10. Arterioscler Thromb, 1994; 14: 54–9
1 11. J Periodontol, 2008; 79 [8 Suppl]: 1544–51
1 12. N Engl J Med, 2005; 352: 20–8
1 13. BMJ, 2000; 321: 199–204
1 14. Am J Pathol, 1969; 56: 111–28
1 15. JAMA, 1995; 274: 1049–57
1 16. N Engl J Med, 1995; 332: 286–91
1 17. JAMA, 1992; 268: 877–81
1 18. N Engl J Med, 1997; 337: 230–6
1 19. Eur J Cardiovasc Prev Rehabil, 2009; 16: 150–5
2 20. J Periodontol, 2008; 79: 1652–8
2 21. Atherosclerosis, 2010; 213: 263–7
2 22. Ann Periodontol, 2003; 8: 38–53
2 23. Alt Med Rev, 1996; 1: 11–7
2 24. Clin Diagn Lab Immunol, 2003; 10: 897–902
2 25. J Am Diet Assoc, 2010; 110: 1669–75
2 26. Diabetes Technol Ther, 2006; 8: 677–87
2 27. Annu Rev Med, 1998; 49: 235–61

[Kader:] Tandenpoetsen tegen hartproblemen
Onderzoekers vermoeden dat ontstoken tandvlees zich niet alleen tot de mond beperkt, maar dat de ontsteking op den duur het hele lichaam kan treffen. Inmiddels weten we dat ontstoken tandvlees een cruciale rol speelt bij een hele reeks andere ziekten, waaronder hart- en vaatziekten. Deze ontstekingstheorie kan verklaren waarom parodontitis in verband is gebracht met andere ziekten die het hele lichaam treffen zoals diabetes,1 reumatoïde artritis,2 alzheimer,3 en chronische nierinsufficiëntie.4
Uit een Italiaans onderzoek blijkt dat de behandeling van ontstoken tandvlees ook heilzaam is voor de rest van het lichaam. Toen de onderzoekers de halsslagaders bekeken van 35 mensen met milde tot matige tandvleesontsteking – maar die verder gezond waren – bleken ze voor de behandeling veel ontstekingsmarkers in hun bloed te hebben. Een jaar na de behandeling van hun ontstoken tandvlees hadden de deelnemers niet alleen minder bacteriën in hun mond, maar ook een dunnere vaatwand. Een dikke vaatwand hangt samen met atherosclerose.5

Literatuur:
1 1. Ann Periodontol, 2001; 6: 125–37
2 2. Arthritis Res Ther, 2010; 12: 218
3 3. Alzheimers Dement, 2008; 4: 242–50
4 4. Curr Opin Nephrol Hypertens, 2010; 19: 519–26
5 5. FASEB J, 2009; 23: 1196–204
[Kadertekst:] De waarheid over transvetten
De inmiddels overleden voedingswetenschapper Mary Enig was verbonden aan de faculteit Chemie en Biochemie van de Universiteit van Maryland. Toen zij de transvetzuren (TFA’s) analyseerde die ze aantrof in zo’n 600 voedingsmiddelen, berekende ze dat de Amerikanen 11 tot 28 gram van deze ongezonde vetten per dag binnenkrijgen: dat komt neer op een vijfde van hun totale vetconsumptie.1
Om een idee te krijgen van hoe dit gebeurt: 1 grote portie friet, gebakken in deels gehydrogeneerde olie, bevat 8 gram TFA, zoveel zit ook in 60 gram smeltkaas.
Onderzoekers van de Indiase Guru Jambheshwar Universiteit voor Wetenschap en Technologie hebben gemeld dat TFA’s weleens verantwoordelijk zouden kunnen zijn voor 30.000 tot 100.000 doden door hart- en vaatziekten per jaar in alleen de VS.2 In de landen rond de Middellandse Zee is het aantal gevallen van hart- en vaatziekte daarentegen juist laag. Dat komt doordat de consumptie van TFA’s daar laag is: de belangrijkste soort vet in het mediterrane dieet is olijfolie.3
Dit artikel is afkomstig uit het nieuwste boek van What doctors don’t tell you: Heart Disease: Drug-free alternatives to prevent and reverse heart disease (Hay House, 2016), red. Lynne McTaggart.
 

Wilt u dit artikel lezen?

Als abonnee kunt u dit artikel gratis lezen door in te loggen op uw account. Nog geen abonnee? Sluit nu een abonnement af.

Andere artikelen van Lynne McTaggart

Voorwoord: De waarheid bestaat niet

Reflectie: Mediteren tegen Alzheimer

Voorwoord: Gekke vrouwen

Voorwoord: Het einde van allergieën

Op de Vloer

Column Bram Bakker; Innerlijke rust

Alleen al van die uitdrukking kreeg ik jeuk, tot voor kort. Aan ‘rust’ deed ik niet en ‘innerlijk’ vond ik ook maar iets voor zweverige softies. Misschien begon het te schuiven toen ik het boek Rust van Robert Bridgeman las, lang voordat ik bevriend met hem raakte. De...

Marktwerking en zorg?

Veel politici spreken zich uit over marktwerking in de zorg. Volgens sommigen helpt concurrentie om kosten te beteugelen. Volgens anderen leidt het juist tot meer kosten en minder kwaliteit. De uitspraken van voor- en tegenstanders zijn niet altijd onderbouwd. Ten...

Gastcolumn: Emoties kun je als voedsel verteren

Er is de afgelopen jaren een gestage toename te zien van het aantal mensen dat psychische aandoeningen ontwikkelt.1 Dat is zorgelijk, maar eigenlijk ook relatief eenvoudig te veranderen. De kern van het probleem is dat veel mensen hun emoties niet adequaat kunnen...

De borsten

Zacht, rond, fier, stevig, klein, hangend, veranderd of zelfs afwezig na een operatie… Borsten zijn er in vele prachtige soorten en maten. Ze bestaan uit vetweefsel, bindweefsel, ligamenten én borstklieren; elke borst is gevuld met zo’n vijftien tot twintig lobben die...

Holistische hulp bij een kinderwens

Zwanger worden, het lijkt zo vanzelfsprekend. Toch heeft 1 op de 5 stellen vruchtbaarheidsproblemen - en dat worden er steeds meer. In haar praktijk begeleidt Ingrid Schoonveld vrouwen met een onvervulde kinderwens. Schoonveld werkte al jaren in de communicatiesector...

Lynne McTaggart avatar

Over de auteur

What Doctor’s Don’t Tell You, het moederblad van Medisch Dossier is eind 1998 opgericht door Lynne McTaggart samen met haar man Bryan Hubbard. Daarnaast is McTaggart toonaangevend wetenschapsjournalist en auteur van meerdere succesvolle boeken. Ook is zij woordvoerder op het gebied van bewustzijn, kwantumfysica en geneeskunde.
Lees meer artikelen van Lynne McTaggart