Jan Dekker (63), de oprichter van het platform FoodFirst Network, heeft één missie: Nederland gezonder maken. Het is belangrijk dat mensen makkelijker, lekker en gezond kunnen leven. Het aantal mensen met overgewicht, obesitas en diabetes neemt namelijk toe in Nederland. Zelfs onder jongeren zijn diabetes en obesitas een toenemend probleem.
Het is voor velen een hele opgaaf om gezond te zijn, te worden en te blijven. Dekker wil met FoodFirst Network mensen helpen bij het maken van de juiste voedingskeuzes. Het platform staat klaar met video’s en recepten die zijn toegespitst op een specifieke leefstijl. Denk bijvoorbeeld aan voedselallergieën, een gezonde levensstijl, diabetes of de wens om af te vallen.
Twee jaar werd aan de oprichting gewerkt voordat FoodFirst Network live ging vorig jaar december. Na het eerste half jaar zijn er al enkele succesverhalen bekend. Zo zag initiatiefnemer Dekker mensen van de medicatie afgaan voor bijvoorbeeld diabetes, verloor iemand 10 kilo door méér maar béter te gaan eten, en ging iemand met een voedselallergie van 4 naar 26 bruikbare recepten.
Voordat Dekker het platform oprichtte, stond hij aan de zijlijn bij RTL4’s Life & Cooking met Carlo Boszhard, Irene Moors en Rudolph van Veen en was hij mede-oprichter van de Nederlandse televisiezender 24Kitchen. Ook met tv-kok Rudolph van Veen. Mede door de kookprogramma’s en onderzoeken over voeding en leefstijl ontdekte Dekker welke positieve en negatieve effecten eten kon hebben.
Misleiding
‘We worden letterlijk bij de neus genomen als consument. Het gaat om geld in de industrie, niet om het daadwerkelijk “gezond voeden” van mensen,’ durft Dekker te stellen. FoodFirst Network heeft daarom als doel juiste informatie over te brengen, die niet gekleurd is door de voedselindustrie en de farmaceutische industrie.
Dekker vindt het ‘megamisleidend’ hoe we worden geïnformeerd. ‘Denk aan de voeding in de supermarkt die is bewerkt, zoals chips, cola en witbrood. Daar zijn mensen niet bij gebaat. Het staat bovendien vaak op ooghoogte, waardoor we eerder worden verleid.’ Ook het straatbeeld met bijvoorbeeld de McDonald’s en KFC helpen niet.
Dekker laat zich voor het platform dan ook adviseren door een onafhankelijk team van artsen, koks, voedingsdeskundigen, diëtisten en experts op het gebied van gedragsverandering en beweging. Uiteindelijk is het natuurlijk de consument die de keuze maakt. Daar is Dekker het mee eens, maar volgens hem is gedragsverandering het ‘allermoeilijkste’ wat er is: ‘Vaak moet het eerst heel erg misgaan, willen mensen veranderen. Een hartinfarct, gedotterd worden. Van artsen in mijn omgeving weet ik dat 70 procent terugkomt bij de cardioloog. Sommigen zeggen “dan leef ik maar korter”.’ Dekkers motto is het echter het tegenovergestelde: ‘Geld verliezen vind ik niet erg, maar mijn gezondheid wel.’
Leefstijl aanpassen
De meeste Nederlanders hebben een gebrek aan energie, weet Dekker. ‘Daar kun je met voeding, bewegen en rust iets aan veranderen.’ Hij geeft toe dat dit laatste er bij hem ook wel eens bij inschiet. ‘Je leefstijl aanpassen, is natuurlijk het moeilijkste wat er is. Begin op een moment dat je eraan toe bent, zodat je ernstige ziekte en overgewicht kunt voorkomen.’ Uiteindelijk gaat het om een mentale, sociale, fysieke en holistische balans. Dus neem tijd om te koken en rust om bij te komen. Juist dat geeft energie, aldus Dekker.
Dekker geeft als leidraad de 80-20 regel oftewel het Pareto-principe. Door u te richten op het aspect dat de grootste invloed heeft, kunt u een probleem efficiënt aanpakken. Dus 80 procent vers en onbewerkt voedsel eten en minder koolhydraten tot u nemen. Denk aan verse voeding en bijvoorbeeld aan linzen, zilvervliesrijst of volkoren pasta in plaats van witbrood en witte rijst.
De andere 20 procent gaat over bewust, ongezond genieten, zolang het maar bewuste keuzes zijn. ‘Geen “guilty pleasures” meer dus. Gezonde voeding maakt echt gelukkiger.’ Zelf is Dekker bijvoorbeeld met het gebruik van toegevoegde suiker gestopt en drinkt hij doordeweeks geen alcohol meer. Je moet voeding nemen waarvan je lichaam blij wordt. Dekker zegt: ‘Vaak wordt gevraagd of elke dag een wijntje dan echt gezond is. Als je mentaal blij wordt van elke dag een wijntje, prima. Bijkomend voordeel van niet drinken is alleen: je slaapt beter in en je wordt minder vaak wakker ’s nachts.’
Voor mensen met diabetes en obesitas is het natuurlijk wel beter als zij niet elke dag wijn, een koekje of chocolade eten, aldus Dekker. ‘Je kunt best af en toe een gebakje nemen, maar eet niet die hele taart op of bij een koekje het hele pak koekjes. Blijf ook niet hangen in schuldgevoel als je wel af en toe iets ongezonds neemt. Je moet het gewoon niet overdrijven.’
Dekker geeft toe dat zijn levensstijl jaren geleden ook niet al te best was. Inmiddels is hij 18 kilo afgevallen. ‘Vroeger dacht ik bij nasi, “lekker, doe nog maar een bord”. Daar ben ik wel van teruggekomen. En een wijntje drink ik nu alleen in het weekend. Snoep staat nooit op het menu.’
Beroep en leefstijl
Met FoodFirst Network wil de initiatiefnemer inzetten op preventie. ‘De voedingsindustrie heeft de morele plicht om gezonde producten te produceren en om eerlijk te zijn over wat ze in levensmiddelen stoppen. FoodFirst Network wil bovendien andere industrieën inspireren. We moeten mensen echt helpen. Niet meteen medicijnen voorschrijven. Huisartsen moeten anders denken en gaan inzetten op leefstijl, waarbij voeding nummer een is, gevolgd door bewegen.’
Daarnaast is de mentale gezondheid heel belangrijk. Depressie en burn-out komen in toenemende mate voor onder jongeren, waardoor problemen rond arbeidsuitval zich voordoen. Ook onder ouderen, wat vaak wel een andere oorzaak heeft. ‘Om mensen gezond te houden, moeten daarom ook werkgevers verplicht nadenken over de diepere zingeving op de werkvloer. Het feit dat een bedrijf bijdraagt aan de maatschappij is voor jongeren bijvoorbeeld steeds belangrijker. Maar ook de werkomgeving en het aanbod qua catering. Bedrijven moeten een toonbeeld zijn op het gebied van goede voeding en een gezonde werkomgeving.’
Dekker noemt het Radboud UMC in Nijmegen als voorbeeld. Het ziekenhuis voert serieuze verbeteringen door om ‘fitte dokters’ aan het bed te krijgen. In de zorgsector is het ziekteverzuim namelijk ruim 5 procent. ‘Elke dag kroketten en saucijzenbroodjes eten moet eruit. En serieus, ik heb het gezien hoor in een ziekenhuis, hoe een arts zijn bord vulde op deze manier. Zorg dat dergelijke producten alleen op vrijdag beschikbaar zijn in de kantine. Dokters en verpleegkundigen moeten een voorbeeld zijn voor de patiënt.’
Volle producten
Het gaat erom dat u de lekkere trek het hoofd biedt. FoodFirst Network adviseert dan ook om te kiezen voor volle zuivelproducten in tegenstelling tot het advies van het Voedingscentrum, waarbij het devies is om halfvolle producten te nemen. Dus neem in plaats van magere yoghurt, volle yoghurt of kwark, maar ook volle melk in plaats van halfvol en roomboter op brood.
‘De Gezondheidsraad vindt overigens dat zowel vol als halfvol binnen een goed aanbod passen, maar wij als FoodFirst Network kiezen voor vol. Vol is meer verzadigend, waardoor je minder snel honger hebt. Gezonde vetten dragen niet bij aan dikker worden. Dit zijn de suikers en zetmeelrijke producten en daar teveel van eten,’ verduidelijkt Dekker.
Ook de porties groenten zijn in de recepten van FoodFirst Network groter dan de dagelijkse aanbevolen hoeveelheid van 250 gram bij het Voedingscentrum. Dekker: ‘Wij adviseren absoluut om meer groente, fruit, noten en zaden te eten en af en toe iets ongezonds om te genieten. Mensen hoeven ook niet af te zien om gezond te leven. Ik zeg ook wel, “je moet niet minder eten, maar meer”. Daar zijn mensen verbaasd over. Mensen zeggen wel eens trots, “ik sla het ontbijt over, dus dat is goed.” Nee daar gaat het juist mis.’ Hij geeft als voorbeeld mensen die diëten: ‘Door minder te eten, houden ze het niet vol of hebben zij last van een jojo-effect. Als er iets niet werkt, is het wel diëten. Stop met diëten, stop met calorieën tellen, ga meer eten. Het is tegenstrijdig voor veel mensen, maar het ligt eraan wat je eet. Mensen moeten zichzelf niet zo pijnigen,’ zegt Dekker.
De basis
Voeding waar zo min mogelijk is uitgehaald of ingestopt, en die niet is bewerkt. Dat ziet Dekker als basis voor gezonde voeding. U kunt zelfs een stapje verder gaan en kiezen voor bijvoorbeeld sla die vers van het land komt, in plaats van gewassen en voorgesneden sla of een krop die al een week ligt. Soms is diepvries ook beter, zoals doperwten, maar die moeten natuurlijk geen jaren oud zijn. Dekker is ook blij met trends als stadstuinen en experimenten waarbij groenten zoals sla en kruiden ‘in huis’ kunnen worden gekweekt. ‘Dat is echt de toekomst.’
Dekker denkt dat de maatschappij er ook baat bij heeft als het schooltuintje weer terugkomt, zodat kinderen leren dat spruitjes niet in een blauw of geel netje groeien in de winkel. ‘Voedselvoorlichting geven is heel belangrijk. We moeten kinderen hier veel meer bij betrekken.’
Smakenreeks
Bovendien zijn de eerste duizend dagen van het kind belangrijk, omdat de ontwikkeling in reuzensprongen gaat. ‘Het kindje moet de eerste twee jaar alle smaken zoet, zout, zuur, bitter en umami (hartig) leren kennen. Borstvoeding is natuurlijk nog altijd de beste voeding, maar begin daarna niet aan de potjes. Neem je kind mee in de smakenreeks. Geef puur, vers en onbewerkte groenten en fruit te eten,’ zegt Dekker.
Momenteel is er een grote groep kinderen die geen groente lust, terwijl dat zo belangrijk is, zegt Dekker. ‘Een cateraar heeft wel eens onderzocht wat er in broodtrommeltjes op school zit, en die trof wel eens een mokkapunt aan of een halve koude hamburger van de dag ervoor. Dit zijn incidenten, maar een witte boterham met hagelslag of chocopasta daar zit ook niks in. Je kunt ook groente op brood geven, tomaat of een stukje kaas en 100 procent pindakaas is ook prima natuurlijk. Geef niet altijd zoet, ga zoeken naar balans. En leer ze volkorenbrood eten, echt volkoren.’
Pil of smaakpapil
Ruim 1,2 miljoen Nederlanders hebben diabetes, waarvan ongeveer 12.000 kinderen en jongvolwassen. Iedere week komen er 1.200 mensen met diabetes bij. De verwachting is dat in 2025 het aantal Nederlanders met diabetes nog flink zal toenemen als we niets doen aan leefstijlverandering.
‘Diabetes wordt bijna als iets normaals gezien. Ik heb medicijnen of een spuit, dus daarmee ben ik geholpen. Terwijl veel mensen met de juiste voeding ook zonder medicijnen kunnen leven of nooit aan de insuline hoeven. Veel mensen kunnen er echt van afkomen,’
ziet Dekker.
Vroeger noemde men het nog ouderdomssuiker, maar nu is het diabetes. ‘Misschien moeten we van de term diabetes af. Het is suikerziekte, dat maakt bewuster dat het een ziekte is. Pillen maken je niet beter. Je gaat van één naar steeds meer pillen. Op een gegeven moment gaat de spuit erin.’ Dekker stelt dat de drijfveer dan ook ‘van pil naar smaakpa-pil’ of ‘van spuit naar fruit’ moet zijn.
Uitgehold
In vele opzichten moeten we daarom nadenken over voeding. ‘Ook het imago van gezonde voeding moet verbeteren. Gezonde voeding hoeft helemaal niet duur te zijn. Het probleem is het aanbod. Bijvoorbeeld drie pizza’s voor vijf euro. Dat is misleidend.’ We zullen hard moeten werken aan voeding met voldoende voedingsstoffen, zegt Dekker. ‘Vooral voor groente en fruit. Is dit nog wel de broccoli van vroeger? De voedingswaarde is achteruit gehold, doordat alles in turbosnelheid wordt geteeld. De tuinbouw moet daarbij echt opstaan en gaan kijken naar de nutriënten.’ Volgens Dekker gaat het wel degelijk om de kwaliteit van vers en niet alleen om de prijs. ‘Retailers en de consument moeten begrijpen dat gezond eten van levensbelang is, de groenteman is onze “medicijnman”.’
Bovendien dreigen de landbouwgronden uitgeput te raken door het gebruik van kunstmest en intensieve teelt. Hierdoor ontstaat een tekort aan mineralen die niet meer worden aangevuld, maar die ook niet in onze voeding en in die van dieren terechtkomen. Planten moeten wel de juiste mineralen bevatten, maar daar werkt de tuinbouw in Nederland gelukkig hard aan, weet Dekker.
Ook vlees heeft minder voedingswaarde. Hoewel we overigens ook prima zonder vlees kunnen, omdat eiwit uit plantaardige voeding gehaald kan worden, volgens Dekker. ‘Door minder vlees te gaan eten, lossen we een aantal andere problemen op, zoals terugdringen van methaangas en deels het CO2-probleem. Ieder individu kan daaraan bijdragen en niet alleen als je vegetariër bent. Ook als flexitariër.’
Dekker ziet gelukkig wel een afname in het gebruik van pesticiden. ‘In de kassen worden insecten bijvoorbeeld bestreden met insecten. Stapje voor stapje gaan we de goede kant op. We kunnen niet rigoureus om, daarvoor moeten nog wel wat serieuze stappen genomen worden.’
Voedseltransitie
De Nationale Voedseltop wil dat ons land binnen tien jaar een van gezondste delta’s ter wereld is, maar dan moeten er nu al mensen ter verantwoording worden geroepen, volgens Dekker. ‘Ik hoop wel dat ik de verandering meemaak waarbij de maatschappij bewust met voeding bezig is. Maar het zijn natuurlijk enorme industriële vraagstukken.’
Dekker heeft soms het idee dat hij tegen de stroom in roeit. ‘Maar ik geloof heilig dat de samenleving in staat is om een industrie onderuit te trekken. Kijk naar de tabaksindustrie die ligt steeds meer onder vuur, en terecht. Door als consument te stoppen met het kopen van producten die niet goed zijn, geef je ook een signaal af.’
De levensmiddelenindustrie heeft echter wel de plicht om geen rommel te verkopen. ‘Het is volledig begrijpelijk dat bedrijven winst moeten maken. We moeten allemaal brood op de plank, maar het gaat er natuurlijk om hoe,’ zegt Dekker. ‘Wees dus transparant. Het gaat erom dat we de consument eerlijke informatie geven. Nu worden we allemaal beïnvloed door marketing- en communicatiecampagnes die vaak gericht zijn op ongezonde voeding.’ Daarom moeten voedselverpakkingen worden aangepakt, volgens Dekker. ‘Waarbij de consument de slechte producten gewoon niet meer moet kopen. Dan verdwijnen ze vanzelf.’
‘Daarnaast zou ik het liefst een suikertaks zien in Nederland, net zoals in Engeland. Retailer Albert Heijn verwijdert momenteel 1 miljard suikerklontjes uit het schap. Dat vind ik een hele mooie vooruitgang. Dan geef je een echt statement af als retailer.’
Samen
Het doel van FoodFirst Network is de samenleving te steunen. Dit doet het platform door op te trekken met gelijkgestemden, zoals bijvoorbeeld Karine Hoenderdos van het platform PuurGezond of Diëtheek. ‘We hebben het over het eten van de toekomst, anno 2025. Niet over het “dieetboekje” dat in 1963 is geschreven. Hoe kunnen we voldoende eten en minder trek tussendoor hebben?’
Daarnaast staat FoodFirst Network in nauw contact met beweegadviseurs en sportscholen. ‘Veel mensen die sporten doen maar wat en mensen weten niet eens dat ze in de suikerverbranding zitten en niet in de vetverbranding. Door goed te gaan eten en op de juiste manier te bewegen of te sporten, kom je in de vetverbranding en begin je met afvallen.’
Is de motivatie om te bewegen lastig, dan adviseert Dekker om te gaan wandelen of fietsen, maar ga uzelf niet straffen. ‘Kijk gewoon wat bij u past en wat het effect is. Verandering vereist wel moed en doorzettingsvermogen, maar u kunt het ook stapje voor stapje proberen. Ook op ons platform.’
Jan Dekker hoopt verder dat FoodFirst Network hem overleeft. Achttien jaar duurde het voordat hij op deze ‘ultieme plek’ terechtkwam. ‘Het is echt wat ik moet doen. Het is niet dat ik dit van te voren heb bedacht, het is een missie. Het voelt een beetje alsof ik naar dit punt ben geduwd, als een opdracht.’
Yildiz Celie