Hormonen op hol

Overgangsklachten, zoals opvliegers en nachtzweten, zijn een veelvoorkomend probleem onder vrouwen tijdens de overgang. Een grote groep vrouwen gebruikt naar tevredenheid complementaire therapie om klachten te verminderen. Fyto-oestrogenen zijn een belangrijke behandeloptie, al zijn er aanhoudende vragen rondom de veiligheid. Mind-bodytechnieken, zoals hypnose, zijn tevens effectief en hebben geen bijwerkingen. Ze zijn daarom ook geschikt voor vrouwen die gebruikmaken van reguliere therapie.

De overgang is een natuurlijke periode in het leven van een vrouw. Tussen het veertigste en zestigste levensjaar begint de transitie van vruchtbaar naar niet meer vruchtbaar. De overgang is de hele periode rondom de laatste keer dat een vrouw ongesteld wordt. De menopauze wordt gedefinieerd als de laatste ongesteldheid. Gemiddeld zijn vrouwen 51 jaar als ze voor het laatst ongesteld zijn. Bij vrouwen die roken is het gemiddeld twee jaar eerder door een versneld verouderen van de eierstokken. De overgang ontstaat doordat de eicellen in de eierstokken opraken. Als eicellen niet meer rijpen, dan verandert de hormoonhuishouding van de vrouw. Het lichaam maakt minder oestrogeen aan. Hierdoor kunnen de typische overgangsklachten ontstaan, zoals opvliegers (korte warmte-aanvallen).1

Tijdens de overgang hebben veruit de meeste vrouwen een of meerdere overgangsklachten. Overgangsklachten bestaan uit onregelmatig ongesteld worden met meer of minder bloedverlies dan normaal, opvliegers, nachtzweten en gewichtstoename. Daarnaast hebben sommige vrouwen last van een verminderd libido of vaginale droogte, wat seksuele interactie minder prettig maakt. Andere klachten door de overgang zijn sombere gevoelens, prikkelbaarheid, boosheid, gewrichtspijn, hartkloppingen en vergeetachtigheid (cognitieve achteruitgang). Overgangsklachten kunnen leiden tot bloedarmoede, slaapproblemen en onzekerheid.

Welke klachten een vrouw ervaart en de ernst van de klachten verschilt echter per persoon. Bij de meeste vrouwen duren overgangsklachten niet langer dan vijf jaar. Toch ervaart een derde van de vrouwen nog opvliegers en nachtzweten na vijf jaar. Tot slot hebben vrouwen in de menopauze een verhoogd risico op botontkalking (osteoporose) en hart- en vaatziekten.1

Sommige vrouwen raken zeer vroeg in de overgang, al voor ze veertig zijn. Dit komt voor bij 1 op de 100 vrouwen. Oorzaken hiervan kunnen zijn een behandeling met bestraling of chemotherapie, het verwijderen van de eierstokken of erfelijkheid.1 Ook de blootstelling aan hormoonverstorende stoffen tijdens het leven zou invloed kunnen hebben op het moment dat de overgang begint (zie ook het kader ‘Toxinen, hormoonverstorende stoffen en de overgang’.2

Klachten rondom de overgang verminderen

Een gezonde voeding en leefstijl, voldoende beweging en genoeg slaap kunnen overgangsklachten verminderen. Door te stoppen met roken kun je minder opvliegers hebben.1 Als voeding en leefstijl onvoldoende effect hebben op de overgangsklachten, dan kan een arts medicijnen voorschrijven. De meestgebruikte reguliere behandeling is hormoontherapie. Afhankelijk van de klachten kunnen er verschillende hormonen worden voorgeschreven. Bij uitsluitend vaginale klachten wordt bijvoorbeeld een crème met het hormoon estriol voorgeschreven dat lokaal wordt gebruikt. Bij opvliegers en zweten worden pillen met hormonen gebruikt (estradiol, afhankelijk van de situatie in combinatie met progesteron). Vrouwen merken meestal na ongeveer drie maanden effect van de medicijnen.

De middelen kunnen echter bijwerkingen hebben die vergelijkbaar zijn met het gebruik van de anticonceptiepil. Vrouwen die langere tijd hormoontherapie gebruiken, hebben een licht verhoogde kans op een verstoorde bloedstolling (trombose, hartinfarct en beroerte) en kanker, met name baarmoederkanker en borstkanker. Daarnaast kunnen minder ernstige bijwerkingen optreden, zoals vocht vasthouden.1 Hormoontherapie is daarom ook niet voor iedereen geschikt. Vrouwen met een hoge bloeddruk, hoog cholesterol, overgewicht of een verhoogd risico op baarmoeder- of borstkanker of een verleden met trombose of embolie kunnen beter geen hormonen gebruiken tijdens de overgang. Doordat er de afgelopen jaren meer bewustzijn is gekomen onder artsen en vrouwen over de bijwerkingen van hormoontherapie, wordt dit tegenwoordig ook een stuk minder voorgeschreven.1

Dat vrouwen minder vaak hormoontherapie gebruiken tegen overgangsklachten, wil echter niet zeggen dat vrouwen minder last hebben van de overgang. Er is een trend ontstaan waarin vrouwen vaker natuurlijke middelen gebruiken om het lichaam te laten wennen aan een verminderde oestrogeenproductie. Wereldwijd gebruikt ongeveer de helft van de vrouwen een complementaire therapie voor overgangsklachten. Meer dan 60 procent vindt de complementaire therapie ook effectief.3

Fyto-oestrogenen, zoals isoflavonen uit soja en rode klaver, zijn hiervan een voorbeeld. Ook andere kruiden, vitaminen en mineralen kunnen overgangsklachten verminderen, zoals zilverkaars (zie ook het kader ‘Veelgebruikte kruiden tijdens de overgang’). Er is veel onzekerheid over de werking en veiligheid van kruiden en met name fyto-oestrogenen. Daarom is het goed om deze eens nader te bekijken.

Fyto-oestrogenen, wat zijn dat en hoe werken ze?

Fyto-oestrogenen zijn een groep plantstoffen met een vergelijkbare structuur als het lichaamseigen oestrogeen. De bekendste fyto-oestrogenen zijn isoflavonen, zoals genisteïne en daidzeïne uit onder andere soja. Ze komen ook voor in bijvoorbeeld rode klaver en alfalfa. Er bestaan echter verschillende klassen fyto-oestrogenen. Zo heb je naast de isoflavonen ook coumestanen, zoals coumestrol, stilbenen, zoals resveratrol, flavonoïden, zoals quercetine, en lignanen. Veruit het meeste onderzoek is gedaan met isoflavonen. Echter, recent komt er ook meer aandacht voor fyto-oestrogenen van andere klassen vanwege de rol die oxidatieve stress lijkt te spelen rondom overgangsklachten.4,5

De interesse in fyto-oestrogenen komt mede voort uit de observatie dat Aziatische mensen veel fyto-oestrogenen binnenkrijgen via de voeding, met name uit soja, en minder last hebben van overgangsklachten. Daarnaast hebben deze vrouwen ook minder vaak borstkanker en osteoporose.5,6

Omdat fyto-oestrogenen een vergelijkbare structuur hebben als het lichaamseigen oestrogeen, wordt gedacht dat de stoffen oestrogeen kunnen vervangen of gebruikt kunnen worden in plaats van synthetische hormoontherapie. Fyto-oestrogenen hebben echter een genuanceerder effect in het lichaam. Ze kunnen zowel de oestrogeenreceptor stimuleren als remmen. Oftewel, ze hebben zowel een oestrogeen- als een anti-oestrogeen effect. Welk effect ze in een lichaamscel hebben, is afhankelijk van de concentratie waarin de fyto-oestrogenen voorkomen, de oestrogeenreceptor op de cel, het type lichaamscel en de hoeveelheid lichaamseigen oestrogeen dat aanwezig is.5

Doordat de werking van zoveel factoren afhankelijk is, laten wetenschappelijke onderzoeken ook geen eenduidige effecten zien van het gebruik van fyto-oestrogenen bij overgangsklachten.6,7 Het lijkt erop dat het isoflavon genisteïne opvliegers en nachtzweten kan verminderen, mits er minimaal 30 mg per dag wordt gebruikt.7

Verder zouden genisteïne en resveratrol de kans op hart- en vaatziekten tijdens de overgang kunnen verminderen. Zowel via beïnvloeding van de oestrogeenreceptor als via het verminderen van oxidatieve stress.5,8

Er is een grote focus op de rol van oestrogeen rondom de menopauze, maar oxidatieve stress lijkt ook een belangrijke bijdrage te leveren.9 Bij oxidatieve stress ontstaat er een disbalans in het lichaam waarbij er meer vrije radicalen worden gevormd, dan er door het lichaamseigen antioxidantsysteem kunnen worden afgebroken. Vrije radicalen kunnen omliggende weefsels beschadigen en laaggradige ontsteking veroorzaken.

Plaatsen in het lichaam waar veel vrije radicalen worden gevormd, zijn de energiefabriekjes in onze cellen, de mitochondriën. Verschillende overgangsklachten zijn in verband gebracht met verhoogde oxidatieve stress, zoals opvliegers en nachtzweten.5,9 Opvallend is dat verschillende fyto-oestrogenen een sterk effect hebben op de productie van vrije radicalen door mitochondriën. Een voorbeeld hiervan is resveratrol. De meeste mensen kennen het als een antioxidant en als een stof die goed is voor de bloedvaten. Het is echter ook een fyto-oestrogeen.5 Wellicht moeten we de werking van fyto-oestrogenen daarom breder onderzoeken.

De veiligheid van fyto-oestrogenen

Vanwege de oestrogene en anti-oestrogene effecten van fyto-oestrogenen is er aanhoudende twijfel over het gebruik van fyto-oestrogenen bij oestrogeengevoelige tumoren, zoals bepaalde typen borstkanker. Ongeveer 60-70 procent van de borstkankercellen heeft een oestrogeenreceptor en deze moeten juist niet gestimuleerd worden om tumorgroei te voorkomen.

Consumptie van fyto-oestrogenen via de voeding, dus bijvoorbeeld via soja, zou kunnen beschermen tegen de ontwikkeling van borstkanker. Aziatische vrouwen die veel soja eten, hebben, zoals hiervoor al gezegd, bijvoorbeeld minder vaak borstkanker.8 Dit wil niet zeggen dat gebruik van een supplement met isoflavonen de kans op borstkanker vermindert of veilig is in gebruik. Je neemt de stoffen dan in een veel hogere dosering in en de plantaardige oestrogenen komen niet meer voor in combinatie met andere stoffen in soja (of rode klaver).

De ervaringen in Azië laten zien dat fyto-oestrogenen in de voeding veilig zijn. Fyto-oestrogenen uit de voeding lijken verder niet het risico op baarmoederkanker te vergroten, zoals synthetische oestrogenen in hormoontherapie dit wel in lichte mate doen. De langetermijneffecten van het gebruik van fyto-oestrogenen in een supplement zijn echter niet goed bekend. De European Food and Safety Authority (EFSA) heeft zich gebogen over de veiligheid van isoflavonen. Zij heeft geen nadelige effecten gevonden op borst- of baarmoederweefsel bij gebruik van 150 mg isoflavonen per dag gedurende 30 maanden.10

Uit veiligheidsoverwegingen is het echter voor vrouwen bij wie borstkanker in de familie voorkomt of die een oestrogeengevoelige tumor hebben (gehad) aan te raden om geen fyto-oestrogenen als supplement te gebruiken. Een voedingspatroon rijk aan fyto-oestrogenen hoeft echter niet vermeden te worden.

Mind-bodytechnieken

Mind-bodytechnieken zijn een verzameling aan behandelingen die invloed hebben op onze gezondheid via de geest. Voorbeelden zijn meditatie, mindfulness, hypnose en yoga. Het bijzondere van deze therapieën is dat ze gezondheidsbevorderend werken zonder toediening van externe stoffen, medicijnen of voedingssupplementen. Ze hebben dan ook een heel laag risico op bijwerkingen of negatieve effecten en hebben geen interacties met reguliere medicatie. Ook vrouwen die momenteel hormoontherapie gebruiken, zouden daarom mind-bodytechnieken kunnen toepassen.11

Verschillende mind-bodytechnieken kunnen effectief zijn bij overgangs-klachten, zoals hypnose, cognitieve gedragstherapie, biofeedback en ontspanningsoefeningen. 3 Vrouwen die mind-bodytechnieken gebruiken, ervaren een verbeterde slaap en humeur en minder opvliegers. Daarnaast zouden vrouwen die dergelijke technieken toepassen minder last hebben van cognitieve achteruitgang.11

Conclusie

Gezonde voeding en leefstijl, voldoende beweging en genoeg slaap liggen aan de basis van het voorkomen van overgangsklachten. Aanvullend kunnen vrouwen gebruikmaken van een voeding die rijk is aan fyto-oestrogenen of eventueel suppletie met minimaal 30 mg isoflavonen (genisteïne). Dit is met name effectief bij opvliegers en nachtzweten. Ook zouden fyto-oestrogenen de kans op osteoporose bij postmenopauzale vrouwen kunnen verminderen. Mind-bodytechnieken, waaronder hypnose en cognitieve gedragstherapie, kunnen overgangsklachten verder verminderen. Deze therapieën zijn tevens een optie voor vrouwen die hormoontherapie gebruiken, omdat ze geen interactie aangaan met de reguliere therapie.

Toxinen, hormoonverstorende stoffen en de overgang

We komen dagelijks in aanraking met een groot aantal chemische stoffen. Bijvoorbeeld in de lucht (luchtvervuiling), via onze voeding (pesticiden) en via cosmetica en schoonmaakmiddelen. (Zie ook het artikel Ziekmakende onkruidverdelgers.) Van sommige van deze stoffen is bekend dat deze hormoonverstorend kunnen werken. Onderzoeken laten zien dat veelvuldig contact met toxinen en hormoonverstorende stoffen tijdens verschillende levensfasen invloed kan hebben op het tijdstip dat vrouwen in de overgang raken.

Vrouwen die tijdens hun leven zijn blootgesteld aan lindane of mirex, twee typen insecticiden, raken vroeger in de overgang.1 Omdat de stoffen ook een negatieve impact hebben op het milieu, worden ze niet meer gebruikt in de landbouw. Lindane niet meer sinds 2009 en mirex niet meer sinds 1976. Echter, de afbraak van deze stoffen in de bodem verloopt langzaam en de stoffen circuleren nog steeds, zij het in mindere mate, in het milieu. Twee typen PFAS, namelijk PFOS en PFOA, zijn in verband gebracht met vroege menopauze. Met name PFOS kan het circulerende oestrogeen verlagen, waardoor vrouwen vroeger in de overgang kunnen komen.2

Tot slot zijn er twijfels over het langdurig gebruik van cosmetica. Met name parabenen, siloxanen, talk, diethanolamine en pthalaten worden verdacht van ongunstige gezondheidseffecten. Hiernaar zijn echter weinig onderzoeken gedaan en wetenschappers dringen vanwege de hoge blootstelling aan op vervolgonderzoeken.3

Bronnen
1 J Endocrinol. 2017 Jun;233(3):R109-R129.
2 J Clin Endocrinol Metab. 2011 Jun;96(6):1747-53.
3 Fertil Steril. 2016 Sep 15;106(4):978-90.

 

Veelgebruikte kruiden bij overgangsklachten

Naast de veelgebruikte fyto-oestrogenen zijn er nog andere voedings-supplementen die regelmatig gebruikt worden bij overgangsklachten. Voorbeelden zijn zilverkaars (Cimicifuga racemosa), wilde yam (Diascorea soorten), maca (Lepidium meyenii) en Dong Quai (Angelica sinensis). Recent publiceerde het RIVM een rapport waarin wordt gewezen op de mogelijke schadelijkheid van het gebruik van zilverkaars. In verschillende Europese landen zijn er echter kruidengeneesmiddelen met zilverkaars op de markt en deze worden naar tevredenheid gebruikt bij verschillende gezondheidsklachten, zoals menstruatie- en overgangsklachten.

De richtlijn voor inname is 40 mg extract van een zilverkaars-extract gedurende maximaal zes maanden.3 In het RIVM-rapport worden zorgen geuit over levertoxiciteit. Echter, kritische evaluatie van de European Medicine Agency (EMA) wijst uit dat in uitzonderlijke situaties het gebruik van zilverkaars kan leiden tot leverproblemen. Onderzoekers hebben echter geen oorzakelijk verband kunnen vinden tussen het gebruik van zilverkaars en levertoxiciteit bij mensen.2 Bij het volgen van de richtlijnen zijn er dan ook geen neveneffecten te verwachten en zilverkaars zou wel degelijk effectief opvliegers kunnen verminderen. Vanwege het oestrogene effect kunnen vrouwen met oestrogeen-gevoelige tumoren of borstkanker uit veiligheidsoverwegingen zilverkaars beter niet gebruiken.

Naar wilde yam, maca en Dong Quai zijn aanzienlijk minder studies gedaan en deze laten ook nog eens wisselende effecten zien. Crèmes met wilde yam lijken niet effectief te zijn in het verminderen van overgangsklachten, terwijl inname van een supplement met wilde yam mogelijk wel opvliegers kan verminderen. Dong Quai is met name onderzocht in combinatie met andere kruiden en laat in deze studies voorzichtige positieve effecten zien, al zijn er zorgen over de veiligheid van het kruid. Gebruik van maca lijkt beter te werken en is mogelijk ook veiliger. Grotere onderzoeken moeten de veiligheid van langdurig gebruik echter beter in kaart brengen.1

Bronnen
1 J Evid Based Integr Med. Jan-Dec 2019;24:2515690X19829380.
2 Risicobeoordeling zilverkaars, via rivm.nl
3 Cimicifugae rhizoma, via ema.europa.eu

Bronnen
1 De overgang, via richtlijnen.nhg.org
2 J Endocrinol. 2017 Jun;233(3):R109-R129.
3 J Evid Based Integr Med. Jan-Dec 2019;24:2515690X19829380.
4 World J Clin Oncol. 2014 Oct 10; 5(4): 705–712.
5 J Steroid Biochem Mol Biol. 2014 Sep;143:61-71.
6 Climacteric. 2015 Apr;18(2):260-9.
7 Cochrane Database Syst Rev. 2013 Dec 10;(12):CD001395.
8 Br J Pharmacol. 2017 Jun; 174(11): 1263–1280.
9 J Midlife Health. 2013 Jul-Sep; 4(3): 140–146.
10 EFSA Journal 2015;13(10):4246.
11 Integr Med Insights. 2014 Aug 3;9:17-23.

 

 

Wilt u dit artikel lezen?

Als abonnee kunt u dit artikel gratis lezen door in te loggen op uw account. Nog geen abonnee? Sluit nu een abonnement af.

Andere artikelen van Cindy de Waard

Beter naar je gevoel (leren) luisteren deel 2

Luister (niet) altijd naar je gevoel; Deel 1

Wat leren traditionele voeding en leefpatronen ons?

Aderverkalking: Een Stille Bedreiging voor de Gezondheid

Breekbare botten: Kun je osteoporose tegengaan?

Marktwerking en zorg?

Veel politici spreken zich uit over marktwerking in de zorg. Volgens sommigen helpt concurrentie om kosten te beteugelen. Volgens anderen leidt het juist tot meer kosten en minder kwaliteit. De uitspraken van voor- en tegenstanders zijn niet altijd onderbouwd. Ten...

Gastcolumn: Emoties kun je als voedsel verteren

Er is de afgelopen jaren een gestage toename te zien van het aantal mensen dat psychische aandoeningen ontwikkelt.1 Dat is zorgelijk, maar eigenlijk ook relatief eenvoudig te veranderen. De kern van het probleem is dat veel mensen hun emoties niet adequaat kunnen...

De borsten

Zacht, rond, fier, stevig, klein, hangend, veranderd of zelfs afwezig na een operatie… Borsten zijn er in vele prachtige soorten en maten. Ze bestaan uit vetweefsel, bindweefsel, ligamenten én borstklieren; elke borst is gevuld met zo’n vijftien tot twintig lobben die...

Holistische hulp bij een kinderwens

Zwanger worden, het lijkt zo vanzelfsprekend. Toch heeft 1 op de 5 stellen vruchtbaarheidsproblemen - en dat worden er steeds meer. In haar praktijk begeleidt Ingrid Schoonveld vrouwen met een onvervulde kinderwens. Schoonveld werkte al jaren in de communicatiesector...

Beter naar je gevoel (leren) luisteren deel 2

In het eerste deel van dit tweeluik las je waarom het een uitdaging kan zijn om naar je gevoel te luisteren. In dit tweede deel gaan we in op het maken van gezonde voedingskeuzen, door een situatie te creëren waarin je op je gevoel kunt leren vertrouwen. Belangrijke...

Cindy de Waard avatar

Over de auteur

Cindy de Waard is natuurgeneeskundige en farmaceutisch wetenschapper. Zij heeft zich enkele jaren beziggehouden met wetenschappelijk onderzoek op het gebied van darmgezondheid en richt zich op dit moment op het behandelen van mensen met darm gerelateerde klachten. Naast haar werkzaamheden als therapeut geeft zij gezondheidsvoorlichting met als doel het belang van een gezonde darm onder de aandacht te brengen.
Lees meer artikelen van Cindy de Waard