22-09-2014

Hoge bloeddruk, hoog spel

De medische wereld blijft maar twijfelen over wat nu precies een onveilige bloeddrukwaarde is. Wanneer is uw bloeddruk nu eigenlijk te hoog?

Door Bryan Hubbard

Tot afgelopen december vonden Amerikaanse artsen een bloeddrukwaarde gevaarlijk hoog vanaf 140/90 mmHg. Het eerste getal is de systolische bloeddruk (bovendruk) in millimeters kwik, de maximale druk in de bloedvaten wanneer het hart zich samentrekt om het bloed rond te pompen. Het tweede getal is de diastolische druk (onderdruk), wanneer het hart in rust is.

Maar in januari verhoogden de VS die grenswaarde naar 150/90 mmHg voor iedereen vanaf zestig jaar – de leeftijdsgroep die grootverbruiker is van bloeddrukverlagende medicijnen. Dat gebeurde op advies van het achtste Joint National Committee (JNC8), een Amerikaans panel van bloeddrukdeskundigen.

Artsen in het Verenigd Koninkrijk gebruiken nog steeds een waarde van 140/90 mmHg als gevarengrens en ook Nederlandse artsen hanteren dat als norm. In Nederland wordt bovendien alleen de bovendruk (140 mmHg) gebruikt als criterium om bloeddrukverlagers voor te schrijven. Maar ook in onze contreien zouden de criteria in de toekomst wel eens kunnen worden verhoogd.

Sluipmoordenaar
Eigenlijk is het vreemd dat er zoveel onduidelijkheid heerst over veilige bloeddrukwaardes, zeker bij een aandoening die vaak het etiket van ‘stille sluipmoordenaar’ krijgt opgeplakt. Een hoge bloeddruk is namelijk een belangrijke risicofactor voor bijvoorbeeld een hartaanval, hartfalen, beroertes en nieraandoeningen. Zowel in Nederland als in het Verenigd Koninkrijk heeft ongeveer een op de drie volwassenen een te hoge bloeddruk, zeggen het Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu (RIVM) en de Britse gezondheidsdienst (NHS). En vaak weten mensen niet eens dat ze het hebben – vandaar dat ‘stille’. De kern van het probleem is dat een hoge bloeddruk het hart en de bloedvaten overbelast, waardoor deze na verloop van tijd beschadigd raken.

Wisselende waardes
Toch is het altijd al zo geweest dat niet alleen de wetenschap maar ook de heersende praktijk bepaalt wat de grenswaarde voor een te hoge bloeddruk is. Nog geen vijftig jaar geleden gebruikten artsen een simpele vuistregel om te beoordelen of de gezondheid van hun patiënt gevaar liep. Omdat de bloeddruk meestal stijgt met de leeftijd, nam de arts de leeftijd van de patiënt en telde daar 100 bij op. Een aanvaardbare limiet voor de bovendruk voor iemand van zestig was dus 160 mmHg.

Later werd deze methode toch te willekeurig en onveilig bevonden, en werd voor alle leeftijdsgroepen de exacte bovengrens van 160/100 mmHg afgesproken. Uiteindelijk werd ook die waarde naar de prullenbak verwezen en besloot de medische wereld in 1997 de gevarengrens bij te stellen naar de huidige waarde van 140/90 mmHG – totdat het JNC8 afgelopen december zijn nieuwe adviezen naar buiten bracht.

Verantwoorde gevarengrens
Het JNC8 is een panel van zeventien vooraanstaande Amerikaanse cardiologen en bloeddrukexperts dat richtlijnen opstelt op basis van beproefde methodes. Daarvoor analyseert het panel gegevens uit ‘gouden standaard’-onderzoeken: gerandomiseerde, placebogecontroleerde studies.
Het JNC8 heeft alle mogelijke moeite gedaan om duidelijk te maken dat het niets aan de definitie van een hoge bloeddruk heeft veranderd – terwijl het dat toch duidelijk wel heeft gedaan. ‘De bloeddrukwaarde van 140/90 mmHg van het vorige, zevende JNC blijft een verantwoorde gevarengrens’, zegt het JNC8. Maar vervolgens zegt het dat je bij 60-plussers pas alarm hoeft te slaan bij een bloeddruk van 150/90. De vorige grenswaarde blijft echter de beste keus voor jongere mensen, diabetespatiënten of chronische nierpatiënten, aldus het JNC8.

Zelfs dan moeten artsen hun patiënten eerst adviseren gezond te eten, goed op hun gewicht te letten en genoeg te bewegen, voordat ze bloeddrukverlagers voorschrijven, zegt het JNC8. Want het bewijs dat bloeddrukverlagers helpen – of dat nu ACE-(angiotensine-converterend enzym)-remmers, angiotensine II-receptorblokkers, bètablokkers of thiazidediuretica zijn – is maar matig. Met andere woorden: er is geen overtuigend bewijs dat ze afdoende werken.

Een arts mag bloeddrukverlagers dus pas in tweede instantie voorschrijven, en alleen als leefstijlveranderingen niet helpen. De enige uitzondering geldt voor patiënten van Afrikaanse afkomst. Voor hen lijkt het wel zinvol om bij een hoge bloeddruk direct met bloeddrukverlagers te beginnen.

Bètakillers
Door de grens voor een hoge bloeddruk te verhogen, zullen minder mensen bètablokkers gaan gebruiken − bloeddrukverlagers die levensgevaarlijk kunnen zijn. Dat laatste blijkt uit een recent Brits onderzoek naar de sterftecijfers bij patiënten die een operatie (geen hartoperatie) ondergingen waarbij ze volgens de standaardrichtlijnen bètablokkers kregen om hun hart te ontlasten.

Deze richtlijnen, die sinds 2009 in heel Europa van kracht waren, bleken in 2011 op gemanipuleerde onderzoeksgegevens te zijn gebaseerd. De hoofdverantwoordelijke voor de onderzoeksfraude was Don Poldermans, destijds hoogleraar cardiologie in Rotterdam en voorzitter van de Europese Vereniging voor Cardiologie (ESC). Het Britse onderzoek onthulde dat patiënten die tussen 2009 en 2011 een operatie hadden ondergaan en daarbij bètablokkers hadden gekregen, 27 procent meer kans hadden om aan een beroerte of een te lage bloeddruk te overlijden.

Volgens de Britse hartwetenschappers Darrel Francis en Graham Cole heeft die werkwijze in Europa sindsdien zo’n achthonderdduizend extra sterfgevallen veroorzaakt, waaronder tienduizend Britten. Ook in Nederland zouden jaarlijks zo’n honderd extra patiënten zijn overleden.
De bevindingen van Francis en Cole verschenen in januari op de website van het European Heart Journal van de ESC, maar werden na enkele uren alweer verwijderd. Thomas Lüscher, hoofdredacteur van het wetenschappelijke tijdschrift, zegt een fout te hebben gemaakt door de uitspraken te publiceren. ‘Dit is een ingewikkelde kwestie en daar moeten we niet op deze manier mee omgaan. Zulke beweringen zijn wetenschappelijk ongeldig en leiden tot paniek onder patiënten en artsen. In deze vorm zijn ze niet alleen uiterst ongepast, maar ook ethisch onverantwoord’, luidde zijn commentaar.

1 JAMA. 2014;311(5):507-20
2 NHG-Standaard Cardiovasculair risicomanagement, 2012, www.nhg.org
3 Nationaal Kompas Volksgezondheid, 23 juni 2014, RIVM, www.nationaalkompas.nl
4 Heart, 2014; 100: 456-64
5 Pharmaceutisch Weekblad, 24 januari 2014; www.pw.nl
6 The Sunday Times, 26 januari 2014; www.thesundaytimes.co.uk/sto/news/uk_news/Health/article1367722.ece

Meet zelf uw bloeddruk
Het is normaal dat uw bloeddruk gedurende de dag schommelt. Ook kan de bloeddruk in de ene arm verschillen van die in de andere.
Een bekend verschijnsel is de ‘wittejashypertensie’. Uw bovendruk (systolische bloeddruk) kan met wel 30 mmHg stijgen als uw dokter uw bloeddruk opmeet. Als u bang bent dat uw bloeddruk niet goed wordt opgemeten – en u bloeddrukverlagers moet slikken die u eigenlijk niet nodig hebt – dan kunt u ook zelf uw bloeddruk bepalen.
De beste bloeddrukmeters zijn de volledig automatische, digitale apparaten die de bloeddruk aan uw bovenarm meten, en dus niet aan uw pols of vinger. Zorg dat u de omtrek van uw bovenarm nauwkeurig opmeet, zodat u de juiste maat manchet kunt bestellen.
Informatie over betrouwbare bloeddrukmeters kunt u onder andere vinden op de website van de Nederlandse Hartstichting (www.hartstichting.nl). U kunt er zelf een aanschaffen, maar u kunt eventueel ook bij uw huisarts, het gezondheidscentrum of de thuiszorg een bloeddrukmeter huren of lenen.

Alternatief voor bloeddrukverlagers
Een hoge bloeddruk is een gevolg van onze moderne leefstijl: we eten te veel bewerkte voedingsmiddelen en bewegen te weinig. Bloeddrukverlagende medicijnen blijken in veel gevallen slechts ‘matig’ te werken. Ook hebben onderzoekers vraagtekens gezet bij de veiligheid van bètablokkers, een specifiek soort bloeddrukverlagers. Misschien kunt u daarom maar beter kiezen voor meer bewegen, meer verse groentes en fruit eten, en zo weinig mogelijk bewerkte voedingsmiddelen en kant-en-klaarmaaltijden gebruiken.

Wilt u dit artikel lezen?

Als abonnee kunt u dit artikel gratis lezen door in te loggen op uw account. Nog geen abonnee? Sluit nu een abonnement af.

Andere archief artikelen

Voeding en supplementen: Kinderen

Kinderen kunnen lastige en kieskeurige eters zijn. Voor ouders kan dit vragen oproepen. Krijgt mijn kind bin-nen wat hij of zij nodig heeft? En moet ik voor bepaalde voedingsstoffen een supplement geven? We bespreken wat kinderen per dag nodig hebben, en welke...

Blije huisdieren; Blije pootjes

De voetzooltjes van de tweejarige Labrador reu Goofy zijn erg droog en gebarsten. ’s Nachts likt hij ze onophoudelijk en verwijdert zo alle lotions en zalfjes die op zijn pootjes worden aangebracht. Hij lijkt er zelfs af en toe kreupel door te lopen. Dr. Sathish...

Het Laatste woord ;De illusie van de goochelaar

De ‘relatieve risicoverhouding’: zij stimuleert de verkoop van nieuwe medicijnen - waar een groot deel van de winst van Big Pharma wordt gemaakt - en geeft de massame-dia hun content. Zij laat het lijken alsof we allemaal heel erg bezig zijn met briljant zijn en het...

Uitgelezen: Menokilo’s

De boodschap die Leen Steyaert in dit boek aan vrouwen in de overgang wil geven, is dat je het streven naar je ideale gewicht moet loslaten. Zij leert je dat het belangrijker is om fit en gezond te zijn, dan het hebben van een paar kilo’s meer. In het eerste deel van...

Medicatie is vaak geen genezing

In 2020 kwam het boek Studeerden wij medicijnen of geneeskunde? van huisarts Lieneke van de Griendt uit. Een moedige daad: als huisarts collega’s uitnodigen te reflecteren op de uitoefening van hun vak, en nog een stap verder: ze aan te moedigen zichzelf af te vragen:...