Bewerkte suikers en andere zoetmakers kun je volledig vermijden als je ingrediënten gebruikt die van nature zoet zijn.
Zo’n vijf jaar geleden merkte ik bij het eten van een veganistische marsepeinreep hoe kinderlijk enthousiast en blij ik ervan werd. Dat was voorbij binnen een minuut nadat de reep op was. Vervolgens vlogen allerlei gedachten door mijn hoofd, van ‘het was maar een klein beetje suiker, daar krijg ik net die energie van die ik even nodig had’ tot ‘het was maar een kleine reep, nog geen 50 gram, dat is geen grote traktatie, ik mag er best nog een’. Toch was ik trots op mezelf toen ik puur veganistisch ging eten. Alleen al de spontane genezing van mijn chronische middenoorontsteking was een grote prestatie. Ik kan dan ook instemmen met de groeiende populariteit van veganisme en de vele mensen die er hun gezondheid mee verbeteren. Het probleem is alleen dat zelfs in een dergelijk gezond voedingspatroon nog ongemerkt te veel bewerkte suikers kunnen zitten. Toen ik net begon met mijn ontdekkingsreis naar rauw plantaardig voedsel, merkte ik dat ik regelmatig last had van hunkering (craving) naar dat witte goedje.
Toen ik voor het eerst stopte met het eten van gekookt, bewerkt of geraffineerd voedsel at ik zestien bananen per dag. Door het ontbreken van een avondmaaltijd voelde ik me steeds onvoldaan. Op dat moment realiseerde ik me, dat ik verslaafd was aan suiker. En volgens mij zijn de meeste mensen dat, zonder het te weten. Vaak zegt een van mijn leerlingen dat hij of zij nooit geweten heeft dat in bijna alles wat we eten suiker zit, van chips en sauzen tot soep, ontbijtgranen, fruitsap, dressings en alcohol. De verslaving begint heel onschuldig in de kindertijd en zorgt uiteindelijk dat we allemaal meer naar zoet en suiker verlangen. En niet alleen gaan we hierdoor meer zoete voedingsmiddelen eten, we gaan er ook in het algemeen meer van eten. Naar schatting eet een gemiddeld mens momenteel 70 kilo zoetmakers per jaar.
Suikerverslaving
In een recent onderzoek in Frankrijk is getest of er een verband bestaat tussen de neiging van een mens om naar verslavende middelen te verlangen, zoals cocaïne, en voedingsmiddelen met een intense smaak, met name door veel suiker. Uit de resultaten bleek dat suiker – en een zoete smaak in het algemeen – bij de mens dezelfde belonings- en craving-reacties oproept als die van verslavende middelen. Suikerhoudende voeding is zelfs aantrekkelijker dan drugs: op biologisch niveau blijken de effecten van een zoete beloning op het zenuwstelsel nog sterker te zijn dan die van cocaïne. Dat levert een fysiologische verklaring op voor het feit dat zo veel mensen moeite hebben hun suikerconsumptie te beheersen als ze lange tijd voortdurend veel suiker hebben gebruikt.
Dadels
Een dadel is een gezond alternatief voor geraffineerde suikers. Volgens het recentste onderzoek van de London Metropolitan-universiteit kunnen we dadels beschouwen als een bijna ideaal voedingsmiddel. Ze leveren namelijk een groot aantal essentiële voedingsstoffen en potentiële gezondheidsvoordelen. Hoewel ze relatief veel koolhydraten bevatten, zijn ze tevens rijk aan mineralen als kalium, boor, calcium, kobalt, koper, fluor, ijzer, magnesium, mangaan, fosfor, natrium, zink en selenium. Ook de eiwitten in dadels bevatten 23 soorten aminozuren, waarvan er een aantal niet in de meest gegeten fruitsoorten zitten, zoals sinaasappelen, appels en bananen.
Afvallen met lage glycemische index
Het enige probleem van dadels is, dat ze een hoge glycemische-indexwaarde (GI) hebben. Deze indexwaarde is een maat voor het gedeelte suiker en zetmeel in koolhydraten om aan te geven hoe veel invloed het voedsel heeft op de stijging in het bloedsuikergehalte (glycemie) na een maaltijd. Hoe hoger de GI-waarde oftewel GI, hoe groter die invloed. Met andere woorden: de glycemische index geeft aan in welke mate bepaalde koolhydraten het lichaam aanzetten tot de aanmaak van insuline: hoe meer insuline het lichaam aanmaakt, hoe groter de kans dat iemand aankomt. Na voedsel met een hoge GI stijgt het bloedglucose snel en na een lage GI wat langzamer en langduriger. De energiestoot die een voedingsmiddel met een hoge GI oplevert, duurt niet lang en wordt al snel opgevolgd door een dipje in die energie, waardoor we een hongerig gevoel en trek in meer zoet krijgen. Daar komt bij dat voedingsmiddelen met een hoge GI ook een hoge calorische waarde hebben en het lichaam dus veel direct beschikbare energie uit het voedsel krijgt (in de vorm van glucose in het bloed). Die energie gebruikt het lichaam als eerste voordat het energievoorraden uit het eigen vet gaat aanspreken. Afvallen wordt zo dus moeilijk. Het eten van voedingsmiddelen met een lage GI levert juist minder en minder snel honger op. Daardoor hoeven we onze trek niet alleen op wilskracht onder controle te krijgen. De energie uit het voedsel wordt meer geleidelijk aangevoerd. Door een voedingspatroon met een goede GI krijgen we minder trek en minder de neiging om te veel te eten. Door dadels te gebruiken als saus, zoals in dit recept, zult u niet aankomen. Maar als u wilt afvallen, kunt u beter fruit met een lage GI eten, zoals kersen, pruimen, grapefruit, perziken, appel, gedroogde abrikozen en gedroogde pruimen.