Actrice Angelina Jolie liet haar beide borsten amputeren omdat ze een mutatie in het BRCA-gen had. Die zorgde er weliswaar voor dat ze een verhoogde kans op kanker had, maar uit nieuw onderzoek blijkt dat ze had kunnen wachten.
Hollywood-filmster Angelina Jolie handelde misschien overhaast toen ze koos voor een dubbele borstamputatie, nadat ze had ontdekt dat ze een BRCA1-genmutatie had. Dat blijkt uit een nieuwe studie.
Hoewel ze een verhoogd risico had op borst- of eierstokkanker, had ze net zoveel kans als elke andere patiënt om de kanker te overleven. Het overlevingspercentage onder vrouwen die een borstamputatie ondergaan, is volgens onderzoekers van de Universiteit van Southampton in Engeland zelfs even hoog als onder hen die besluiten dat niet te doen. De belangrijkste boodschap voor alle vrouwen met een mutatie in hun BRCA-genen is dan ook: geen paniek, u hebt de tijd.
Jolie ontketende een mediahysterie, toen ze in 2013 bekendmaakte dat ze haar beide borsten had laten amputeren. Ze was drager van een afwijkend borstkankergen en haar artsen hadden haar verteld dat ze daardoor 87 procent meer kans had op borstkanker en 50 procent meer kans op eierstokkanker. (De meesten gaan uit van een 60 procent hoger borstkankerrisico).
Ze zei dat ze door haar operatie haar kans om kanker te krijgen tot slechts 5 procent had gereduceerd. Jolies moeder, Marcheline Bertrand, had dezelfde genafwijking en stierf in 2007 op 56-jarige leeftijd aan eierstokkanker. Ook Jolies tante en oma waren aan kanker overleden.
Een fout in onze genen
Iedereen heeft BRCA (BReast CAncer)-genen. Ze produceren eiwitten die tumoren onderdrukken en beschadigd DNA helpen herstellen. Maar als ze gemuteerd (defect) zijn, kunnen ze hun kankerbestrijdende eigenschappen verliezen, waardoor de kans op borst- en eierstokkanker stijgt. Bij mannen verhoogt een defect het risico op prostaatkanker.
In haar artikel in The New York Times, waarin ze haar besluit bekendmaakte, spoorde Jolie vrouwen aan om zich te laten testen, voor het geval ze ook gemuteerde genen hadden. Het ‘Angelina Jolie-effect’ zorgde in Amerika in de eerste 15 dagen na verschijning van het artikel voor een stijging van 64 procent in het aantal BRCA-testen. Dat kostte naar schatting van onderzoekers van de medische faculteit van Harvard 13,8 miljoen dollar (circa 11,7 miljoen euro). De kosten voor een onderzoek naar de twee genen (BRCA1 en BRCA2) liggen rond de $ 3000. Dat is meer dan een gemiddelde Amerikaan kan ophoesten. In Nederland liggen de kosten, inclusief gesprekken met de specialist, ongeveer even hoog (€ 2500 – € 3000), maar hier kost dat een verzekerde alleen het eigen risico.1
Ondanks de toename in screening bleef het aantal borstamputaties echter gelijk. De onderzoekers denken dat ook vrouwen zonder borstkanker in hun familie in paniek waren en deze dure test ondergingen.
Te veel en te snel
Dat het aantal borstamputaties gelijk bleef is niet zo verbazingwekkend, leggen de onderzoekers uit Southampton uit. Eén op de 800 vrouwen is drager van gemuteerde BRCA1- of BRCA2-genen, die slechts 5 procent van alle borstkankergevallen veroorzaken… En ze zijn niet zo dodelijk als iedereen denkt.
In hun studie volgden de onderzoekers het ziekteverloop van 2733 vrouwen tot 40 jaar die de diagnose borstkanker kregen. Van deze vrouwen had 12 procent (dus 338 vrouwen) een BRCA-mutatie. De overlevingspercentages werden gecheckt na twee, vijf en tien jaar: in het achtste jaar waren 651 vrouwen aan borstkanker overleden, maar er was geen verschil in overleving tussen de vrouwen met en zonder BRCA-mutatie. Dat gold zelfs voor vrouwen die ervoor hadden gekozen een dubbele borstamputatie te ondergaan. Met andere woorden: een radicale ingreep verhoogt uw overlevingskansen niet.2
BRCA-mutaties leken zelfs een tijdelijk beschermend effect te hebben onder vrouwen met de zeldzame, maar agressieve ‘triple-negatieve’ vorm van borstkanker. Gemiddeld is slechts 77 procent van vrouwen met triple-negatieve borstkanker vijf jaar na de diagnose nog in leven. Bij gewone borstkanker is dat 93 procent. De vrouwen die ook de BRCA-mutatie hadden, hadden na twee jaar zelfs een betere prognose, al moet gezegd dat dit daarna minder werd.
Hoofdonderzoeker Diana Eccles zegt: ‘Vrouwen die borstkanker in een vroeg stadium blijken te hebben en mutatiedrager zijn, krijgen vaak al snel een dubbele borstamputatie aangeboden. Maar onze bevindingen wijzen uit dat die operatie niet meteen samen met de andere behandeling, zoals chemotherapie, hoeft te gebeuren.’
Een eerdere studie, uitgevoerd door de onafhankelijke Cochrane Collaboration, deed een soortgelijke ontdekking. Het instituut bestudeerde alle onderzoeken naar preventieve borstamputaties (amputatie uit voorzorg): dat waren 39 studies waarbij ongeveer 7000 vrouwen betrokken waren. De conclusie was: het is niet wetenschappelijk bewezen dat de overlevingskans daardoor stijgt.
De onderzoekers merkten op dat het veel vrouwen misschien wel te veel wordt en dat ze te snel beslissen: vrouwen die voor een borstamputatie kiezen, kunnen hun kans op borstkanker overschatten.3
Maar er is meer
Bovendien hebben vrouwen met defecte BRCA-genen nog meer opties. Vrouwen met een BRCA-mutatie hebben gemiddeld 60 procent meer kans op kanker, maar ook voor hen kunnen factoren als omgeving en leefstijl van invloed zijn. Als een vrouw met deze genmutatie een gezondere leefstijl aanneemt – en vooral regelmatig gaat bewegen – kan dit volgens onderzoekers van het Radboud UMC in Nijmegen haar kans op kanker verkleinen.4
Uit een studie onder 270 vrouwen met een gemuteerd BRCA-gen bleek dat een verbazingwekkend hoog aantal van hen een ongezonde leefstijl had. Bijna de helft kreeg weinig lichaamsbeweging (gedefinieerd als minder dan eens per week sporten), 40 procent had overgewicht (BMI > 25), 27 procent rookte en 70 procent gebruikte alcohol. Ongeveer 40 procent had twee of meer van deze risicofactoren.
Lichaamsbeweging blijkt een belangrijke rol te spelen in het voorspellen of afwijkende borstkankergenen tot kanker zullen leiden. Vrouwen die actief zijn, verlagen hun kans met 25 procent, zeggen onderzoekers van het Kankercentrum in München. Ook actief bewegen als jongvolwassene heeft een beschermend effect. De kans dat de kanker terugkeert – of dat iemand eraan overlijdt – wordt gehalveerd door regelmatig te bewegen. Alles bij elkaar wordt volgens de onderzoekers het risico op borstkanker ‘aanzienlijk beïnvloed door lichaamsbeweging, voeding en lichaamsgewicht’.5
Ze benadrukken dat een vrouw die na haar achttiende meer dan 20 kg aankomt, haar kans op borstkanker verdubbelt… En dat geldt zowel voor vrouwen met als zonder gemuteerde BRCA-genen. Ook depressie, een pessimistische levensinstelling en niet goed kunnen omgaan met stress spelen een rol bij het kankerrisico.
In een aparte studie, waarin ze de leefstijl van 68 vrouwen met een BRCA-mutatie analyseerden, ontdekten de onderzoekers dat – niet zo verwonderlijk – ook roken een grote risicofactor was.6
Andere onderzoekers zijn nog directer en beweren dat we al onze erfelijke informatie en mutaties kunnen overrulen door gezondere leefstijlkeuzen. Volgens onderzoekers van het Instituut voor Geneeskundig Onderzoek in Belgrado weet epigenetica – de invloeden van buitenaf op onze genen – de genetica telkens weer te overtroeven. Het belangrijkste instrument om de genen te veranderen is onze voeding, en vooral bioactieve voeding (ook wel functionele voeding), zoals fruit, groenten, noten en oliën (zie ook pagina 25).7
Als u weet dat u een defect BRCA-gen hebt, is het begrijpelijk dat u in paniek raakt, helemaal als uw eigen moeder aan kanker is overleden. Maar Angelina Jolie had misschien meer tijd dan haar artsen beweerden. En een dubbele borstamputatie was niet de enige remedie: er waren mogelijk leefstijlveranderingen die haar risico omlaag hadden kunnen brengen. Maar ja, dat verzuimden haar artsen haar waarschijnlijk te vertellen.
Bryan Hubbard
Literatuur
1. BMJ 2016; 355: i6357
2. Lancet Oncol, 2018; 19: 169–180
3. Cochrane Database Syst Rev, 2010; 11: CD002748
4. J Genet Couns, 2017; 26: 785–91
5. Trials, 2016; 17: 368
6. Arch Gynecol Obstet, 2017; 296: 1135–44
7. Nutrition and Cancer, 2013; 65: 781–92
Borstkanker in cijfers
1 op de 8 vrouwen krijgt in haar leven borstkanker: dat is ongeveer12%
1 op de 800 vrouwen is drager van een defect BRCA1- of BRCA2-gen
Een defect gen verhoogt uw risico op borstkanker met 55-60%
Met lichaamsbeweging kunt u dit risico met 25% verlagen
Slechts 5% van ALLE borstkankergevallen wordt veroorzaakt door genen
4 van de 5 die een moeder of zus met borstkanker hebben, krijgen de ziekte zelf niet
De rol van osteo-protegerine (OPG)
Voeding, lichaamsbeweging en het regelen van uw menstruatiecyclus beïnvloeden allemaal uw kans op borstkanker, ook als u een BRCA-mutatie hebt.
Er is een verband tussen de hormonen die de menstruatiecyclus reguleren en de BRCA-genen, ontdekten onderzoekers van het University College in Londen.
De genmutaties beïnvloeden organen die de menstruatiecyclus regelen, en deze organen spelen op hun beurt weer een belangrijke rol bij het ontwikkelen van eierstok- en borstkanker. In een onderzoek bij muizen ontdekten de onderzoekers dat de dieren met een BRCA-mutatie minder osteoprotegerine in hun bloed hadden: moleculen die de start van borstkanker verhinderen.
OPG blokkeert een eiwit genaamd RANKL, dat de trigger is voor borstkanker. In plaats van een dubbele borstamputatie – wat volgens de onderzoekers pas als laatste middel moet worden ingezet – kunnen we vrouwen dus ook een medicijn of supplement geven dat de aanmaak van osteoprotegerine stimuleert.1
Literatuur
1. EBioMedicine, 2015; 2: 1131–9