Steeds meer mensen hebben te maken met schildklierproblemen. Bij lichte afwijkingen worden deze niet altijd behandeld. Ralph Moorman pleit ervoor dat wel te doen. In dit artikel legt hij uit wat je zelf kunt bereiken met voedings- en leefstijlinterventie.
Een huisarts of endocrinoloog adviseert, zodra de diag-nose vertraagde schildklier (ofwel hypothyreoïdie) is gesteld, meestal om te starten met het goed instellen van de schildklier door bloedonderzoeken te doen en indien nodig medicijnen voor te schrijven.
Een vertraagde schildklier kan diverse oorzaken heb-ben. Het kan zijn dat de schildklier zelf niet goed werkt, maar ook dat de oorzaak buiten de schildklier ligt. Een voorbeeld van het laatste is dat er iets niet goed gaat met de omzetting van het schildklierhormoon naar de actieve vorm T3. Helaas wordt hiernaar weinig onderzoek gedaan. Ook is er zelden aandacht voor de mogelijk dieperliggende oorzaken van de verschillende soorten schildklierproblemen. Dat is jammer want er zijn oorzaken waaraan je zelf weinig kunt doen, maar andere die je wel zelf kunt beïnvloeden.
In dit artikel wil ik het graag hebben over oorzaken van een vertraagde schildklier die je zelf kunt beïnvloeden met voedings- en leefstijlinterventies. Allereerst zet ik de meest bekende vormen van hypothy-reoïdie op een rij:
1. Ziekte van Hashimoto De ziekte van Hashimoto is verreweg de meest voor-komende oorzaak van een traag werkend schildklier (90 procent). Dit is een auto-immuunziekte waarbij het lichaam antistoffen maakt die de schildklierwerking bemoeilijken. Bekende antistoffen zijn hierbij anti-TPO en anti-TG. Deze antistoffen zijn te meten met een bloedtest.
2. Congenitale hypothyreoïdie Dit is een aangeboren vorm van een traag werkende schildklier, waarbij vanaf de babytijd de schildklier on-voldoende tot groei en ontwikkeling komt.
3. Postpartum thryreoïditis Bij deze aandoening is de schildklier na een bevalling ontstoken geraakt. Vaak begint dit met een kortdurende schildklierversnelling die wordt gevolgd door een vertraging. Deze vorm gaat meestal binnen een jaar vanzelf over.
4. Vertraagde schildklier door een hypofyse- en/of hypothalamus probleem. Als de hypofyse of hypothalamus de schildklier niet goed aanstuurt, kan een tekort aan schildklierhormonen ontstaan. Dit wordt ook wel secundaire hypothyreoïdie (oorzaak hypofyse) of tertiaire hypothyreoïdie (oorzaak hypothalamus) genoemd.
5. Een verminderde omzetting van T4 naar het actieve hormoon T3. De schildklier produceert het hormoon T4. Dit moet wor-den omgezet naar het actief schildklierhormoon T3. Als deze omzetting niet goed verloopt, kunnen symptomen en klachten ontstaan die horen bij een trage schildklier. Dit is echter geen medisch schildklierprobleem, maar iets wat buiten de schildklier zelf ligt.
6. Een ernstig jodiumtekort Schildklierhormonen bestaan uit het aminozuur tyrosine en jodium. Als er sprake is van een jodiumtekort kan on-voldoende schildklierhormoon worden aangemaakt.
Ziekte van Hashimoto
Als de ziekte van Hashimoto wordt gediagnostiseerd, zal de arts het protocol volgen en schildklierhormonen voorschrijven om het ontstane tekort te compenseren. Bij dit ziektebeeld wordt meestal schildkliermedicatie met het T4-hormoon, zoals thyrax, tirosint of levothy-roxine, voorgeschreven. Deze medicijnen zouden bij de juiste dosering geen bijwerkingen moeten geven.
T4 is het inactieve schildklierhormoon waarvan de voorraad op peil moet blijven, zodat het lichaam dit zelf kan om-zetten naar de vorm van actief schildklierhormoon T3 wanneer dit nodig is.
Toch blijven veel patiënten die al-leen schildklierhormonen krijgen toegediend, klachten als vermoeidheid houden. Dit kan, onder andere, komen doordat het immuunsysteem overactief is. Hashimoto is namelijk een auto-immuunziekte. Een arts focust in het algemeen slechts op de schildklierwaarden en niet op het immuunsysteem. Dat betekent dat het immuun-systeem niet tot rust wordt gebracht. Als er iets energie verbruikt en je vermoeid maakt, is het wel een geacti-veerd immuunsysteem.
Gelukkig kan er op dit vlak met voeding- en leefstijlaanpassingen veel resultaat bereikt worden en kan de diepere oorzaak ook worden aangepakt. De verschijnse-len bij Hashimoto kunnen verminderen en soms kun je, in overleg met de arts, de medicatie deels of zelfs geheel afbouwen als de ontsteking afneemt. In dat geval spreken we over in remissie komen, niet over genezen.
Mochten de weggenomen immuuntriggers, zoals een ongezond voedingspatroon en stressfactoren, terugkomen, dan kunnen de klachten ook weer de kop op steken. Het is van cruciaal belang om de symptomen in de gaten te houden en hierover goed te communiceren met de behandelaar. Als het immuunsysteem tot rust komt, kan de schildklier-ontsteking afnemen waardoor de schildklier weer beter gaat functioneren en er te veel schildklierhormonen in het bloed komen. De arts moet in dat geval de dosering schildklierhormonen verlagen.
De belangrijkste aandachtspunten om bij de ziekte van Hashimoto de immunologische oorzaken aan te pakken en het immuunsysteem tot rust te brengen, zijn:
1. Rust voor immuunsysteem
Het is van belang dat het immuunsysteem zo min mogelijk onnodig wordt geactiveerd door wat je eet. Als je je voeding niet optimaal kan verteren en verdragen, belast dit het immuunsysteem en kan het de ontstekingsactiviteit in het lichaam verhogen. Voedselovergevoeligheden zijn zeer persoonlijk, maar bij de ziekte van Hashimoto vallen in wetenschappelijk onderzoek, vooral graanpro-ducten met gluten, en zuivelproducten op als mogelijke uitlokkers.1-3 Vooral graanproducten kunnen zorgen voor een verhoogde darmdoorlaatbaarheid, ook wel hyper permeabele darm genoemd, of met een populairder on-wetenschappelijk woord ‘het lekkende darm syndroom’. Bij een verhoogde doorlaatbaarheid van de darm kun-nen er te grote voedingscomponenten in de bloedbaan terechtkomen. Hierdoor kan het immuunsysteem extra worden belast.4
2. Hoge bloedsuikers
Ook hoge bloedsuikers die ontstaan door insulineresis-tentie en een ongezond voedingspatroon, lokken ont-stekingen uit. Daarnaast zorgt overgewicht en vooral orgaanvet nog voor wat extra ontstekingsfactoren. Het is dus ook bij Hashimoto verstandig het metabool syn-droom (overgewicht, hoge bloeddruk, hoge bloedsuiker, hoog cholesterol) aan te pakken met gezonde voeding en leefstijl.
3. Chronische stress
Chronische stress ondermijnt het immuunsysteem.5
Resultaat
Het is uiteindelijk dus een brede voedings- en leefstijlaan-pak met meerdere factoren die voor succes kan zorgen. Het eerste positieve effect dat wordt ervaren, is vaak meer energie krijgen.
Later kan soms ook de schildklierontsteking verminderen met een verbeterde schildklierwerking als gevolg. Verlaging in anti-stoffen (anti-TPO en anti-TG) kan dan in het bloed worden gemeten. De arts moet de schildklierwaarden goed monitoren en soms kan de medicatie worden verlaagd.
Omzetting T4 naar T3 Een andere oorzaak van een verminderde werking van schildklierhormonen heeft eigenlijk niets met de schild-klier zelf te maken, maar met een probleem bij het omzet-ten van T4 naar T3.
De arts meet de bloedwaarde van T3 maar zeer zelden, omdat de enige medische optie dan is om T3 of cytomel voor te schrijven wat vaak meer nadelen dan voordelen heeft. Het hormoon T3 is namelijk direct actief en een verkeerde (te hoge) dosering kan onmiddel-lijk gevaarlijke symptomen geven zoals hartkloppingen.
Daarnaast is T3 maar kortdurend werkzaam, waardoor je het medicijn meerdere keren per dag zou moeten in-nemen. Artsen zijn daarom zeer terughoudend daarmee en werken vooral met T4 zoals thyrax, tirosint of levothy-roxine als schildkliermedicijn. Met voeding en leefstijl kun je wel iets doen omdat de oorzaken hiermee verband houden. De meest voorkomende oorzaken en oplossingen van een schildklierhormoonomzettingsprobleem zijn:
1. Progesterontekort
Het vrouwelijke hormoon progesteron stimuleert de om-zetting van T4 naar T3.6 Tijdens de vruchtbare jaren is dat ook meetbaar. De productie van progesteron en dus ook T3 stijgt na de eisprong en de bijbehorende versnelling van de stofwisseling is te meten aan de ochtendtempera-tuur die dan iets stijgt. Progesterontekort ontstaat vooral wanneer de eisprong niet goed lukt en er geen progesteron producerend geel lichaam ontstaat. Dit gebeurt vooral na de overgang, maar ook vóór de overgang vanaf het 35e levensjaar neemt progesteron al wat af. Met voeding- en leefstijl is in het geval van de overgang niet zoveel te doen aan progesterontekort. Bij vrouwen die na de overgang hormonale vervangingstherapie toepassen en progeste-ron nemen, kan de schildklierwerking wat versnellen.
2. Leverproblemen
De omzetting van T4 naar T3 vindt voor een groot deel plaats in de lever. Bij een vervette en/of niet goed func-tionerende lever staat deze dus onder druk. Met voe-dings- en leefstijlinterventie kan leververvetting (zowel alcoholisch als niet-alcoholisch) worden tegengegaan. De werking verbetert als de lever voldoende nuttige stoffen, zoals bladgroen, vitamine, mineralen en eiwitten, krijgt om haar werk te doen.
3. Te weinig koolhydraten en calorieën eten
Als je extreem weinig koolhydraten eet, zoals bij het ketogeen of een ander zeer caloriebeperkt dieet, kan het lichaam in een spaarstand schieten. Het gevolg daar-van is een verminderde omzetting van T4 naar T3. Volg dus geen crash diëten en haal het liefst minstens dertig procent van je energie-inname uit koolhydraten als je je schildklierwerking optimaal wilt houden.7,8
4. Chronische stress
Stress kan de omzetting T4 naar werkzaam T3 verla-gen, omdat T4 dan in een onwerkzame variant van T3 wordt omgezet, namelijk reverse T3.9 Ook in dit geval is het voorkomen en verhelpen van chronische stress dus zeer belangrijk.

Jodiumtekort
Jodiumtekort kan oorzaak zijn van een verminderde schildklierwerking. Je kunt simpelweg geen schildklier-hormonen produceren zonder jodium. De aanbevolen dagelijkse dosis van jodium is 150mcg per dag. Zeer goede natuurlijke voedingsbronnen van jodium zijn zeevis en zeegroente. Daarnaast is broodzout verrijkt met jodium, omdat zoveel mensen een tekort krijgen.
Ook sommige geraffineerde zoutsoorten bevatten extra jodium. Mul-tivitamines bevatten vaak de dagelijkse dosering van jodium. Toch zijn er nog veel mensen die een jodium-tekort hebben. Dit kan komen door een te lage inname, omdat deze mensen geen brood eten, zeezout gebruiken in plaats van geraffineerd zout en weinig tot geen zeevis en zeegroente eten.
Daarnaast kan het ook zijn dat ze jo-dium niet optimaal opnemen door hun voedingskeuzes. Zo kan de opname van jodium worden geremd door het eten van veel ongefermenteerde soja, rauwe koolsoorten en zoete aardappelen.10 Wanneer je deze voedingsmiddelen veel eet moet de jodiuminname dus nog wat hoger zijn dan aanbevolen.
Let op: jodiumsupplementen zijn een contra-indicatie bij de ziekte van Hashimoto, omdat dit mogelijk de ontsteking verergert. Het mechanisme hierachter is echter nog niet opgehelderd.11
Tot slot
Het nut van voedings- en leefstijlinterventie bij deze drie oorzaken van een trage schildklier wordt dankzij weten-schappelijk onderzoek én ervaringen in de praktijk steeds duidelijker. Toch blijft het, wat mij betreft, nog veel te vaak een medische benadering waarbij alleen de sympto-men worden behandeld. Dit is een gemiste kans. Hopelijk zal de samenwerking tussen het medisch en complemen-taire specialisme vaker worden gezocht in de toekomst. Misschien draagt dit artikel daaraan bij.
Meer informatie: ralphmoorman.nl
Bronnen
1. Giuseppe Losurdo et al. Extra-intestinal manifestations of non-celiac gluten sensitivity: An expanding paradigm. World J Gastroenterol. 2018 Apr 14;24(14):1521-1530.doi: 10.3748/wjg.v24.i14.1521.
2. Robert Krysiak 1 , Witold Szkróbka 1 , Bogusław Okopień 1 The Effect of Gluten-Free Diet on Thyroid Autoimmunity in Drug-Naïve Women with Hashimoto›s Thyroiditis: A Pilot Study. Exp Clin Endocrinol Diabetes. 2019 Jul;127(7):417-422. doi: 10.1055/a-0653-7108. Epub 2018 Jul 30.
3. Mehmet Asik et al. Decrease in TSH levels after lactose restriction in Hashimoto’s thyroiditis patients with lactose intolerance. Endocrine. 2014 Jun;46(2):279-84.doi: 10.1007/s12020-013-0065-1.
4. Aristo Vojdani. A Potential Link between Environmental Triggers and Autoimmunity. Autoimmune Dis. 2014; 2014: 437231. Published online 2014 Feb 12. doi: 10.1155/2014/437231
5. Tetsuya Mizokami 1 , Audrey Wu Li, Samer El- Kaissi, Jack R Wall. Stress and thyroid autoimmunity. Thyroid. 2004 Dec;14(12):1047-55.doi: 10.1089/thy.2004.14.1047.
6. Hossam A Awad 1 , Zienab A Alrefaie. An evidence for the transcriptional regulation of iodothyronine deiodinase 2 by progesterone in ovarectomized rats. J Physiol Biochem. 2014 Jun;70(2):331-9. doi: 10.1007/s13105-013-0307-y. Epub 2013 Dec 23.
7. Luigi Fontana 1 , Samuel Klein, John O Holloszy, Bhartur N Premachandra. Effect of long-term calorie restriction with adequate protein and micronutrients on thyroid hormones. J Clin Endocrinol Metab. 2006 Aug;91(8):3232-5.doi: 10.1210/jc.2006-0328. Epub 2006 May 23.
8. Engin Kose 1 , Orkide Guzel 2 , Korcan Demir 3 , Nur Arslan 4. Changes of thyroid hormonal status in patients receiving ketogenic diet due to intractable epilepsy. J Pediatr Endocrinol Metab. 2017 Apr 1;30(4):411-416. doi: 10.1515/jpem-2016-0281.
9. Salam Ranabir and K. Reetu. Stress and hormones. Indian J Endocrinol Metab. 2011 Jan-Mar; 15(1): 18–22.doi: 10.4103/2230-8210.77573
10. Ruchita Sharma1, Shantanu Bharti2, K. V. S. Hari Kumar3. Diet and thyroid – myths and facts. J Med Nutr Nutraceut 2014;3:60-5
11. T P Foley Jr The relationship between autoimmune thyroid disease and iodine intake: a review. Endokrynol Pol. 1992;43 Suppl 1:53-69.