Dossier straling
Hoe veilig is de mobiele telefoon?
Na tien jaar mobiel bellen neemt de kans op kanker toe, blijkens onafhankelijk onderzoek.
“Begrijpt iemand hier waarom de mobiele telefoon zou beschermen tegen hersenkanker?”
Hoe jonger de gebruiker, hoe groter het risico
De kennis is er, het probleem bestaat, dus we moeten nu in actie komen
Na tien jaar gebruik zouden mobiele telefoons kanker kunnen veroorzaken, in het bijzonder hersentumoren. Dit omslagpunt van tien jaar kwam aan het licht in onafhankelijk onderzoek naar het verband tussen veelvuldig gebruik en hersentumoren.
Zelfs het toonaangevende internationale onderzoek ‘Interphone’, dat zwaar leunt op sponsoring door de industrie, kwam tot de conclusie dat het risico na tien jaar toeneemt.
Waarom heeft het zo lang geduurd voordat dit feit, waar nu niemand meer omheen kan, werd ontdekt? Jarenlang werd ieder bewijs dat mobiele telefoons kanker kunnen veroorzaken telkens weersproken door ander onderzoek. Dit welles/nietes patroon schiep veel onduidelijkheid. Intussen groeide de industrie van mobiele telefoons exponentieel, wat een geldstroom opleverde waarbij ook overheden niet onbedeeld bleven.
Eindelijk roert de onafhankelijke wetenschap zich en komen wij een stap dichter bij de waarheid.
Op internet staat een overzichtsonderzoek dat nog in druk gepubliceerd zal worden, met de resultaten van 23 studies naar de relatie tussen mobiele telefoons en kanker. Deze ‘meta-analyse’ door een Amerikaans-Koreaans team van wetenschappers omvat bijna 38.000 personen. De onderzoeksvraag was in hoeverre gebruikers van een mobiele telefoon meer risico lopen op kwaadaardige of goedaardige tumoren van bijvoorbeeld de hersenen en de nek.
Goed versus slecht onderzoek
Hoewel in het algemeen geen groter risico werd gevonden tekende zich bij nauwkeurige observatie wel een duidelijk patroon af. Bij analyse van alleen de meest gedegen studies, waarbij de methodologisch zwakkere buiten beschouwing werden gelaten, vond het team een ‘significant positieve samenhang’. Met andere woorden: een relatie tussen mobiele telefoons en tumoren1.
‘Bij de start van het onderzoek was ik heel sceptisch over mogelijke schadelijke effecten. In zijn algemeenheid zijn die ook niet aantoonbaar. Maar als je de studies schift op kwaliteit en bij subgroepanalyse vind je wel reden tot bezorgdheid’, aldus Dr. Joel M. Moskowitz, co-auteur van het onderzoek, in de Los Angeles Times.
Volgens de kwalitatief beste onderzoeken was bij gebruikers van mobiele telefoons het risico 10-30 procent gestegen ten opzichte van personen die deze niet of nauwelijks gebruikten. Bovendien was die stijging na tien jaar aanmerkelijk groter.
In onderzoeken van mindere kwaliteit werd ofwel ‘geen samenhang’, ofwel een ‘negatieve samenhang’ gevonden, en zelfs een ‘beschermend effect’. Het is opvallend dat de studies van de beste kwaliteit alle plaatsvonden onder leiding van de oncoloog Dr. Lennart Hardell en zijn team in Orebro, Zweden. Bovendien waren deze niet afhankelijk van sponsoring door de industrie. De kwalitatief slechtere studies echter vonden meestal plaats in het kader van het INTERPHONE project, een onderzoek dat zich over 13 landen uitstrekt en dat gedeeltelijk wordt gesponsord door het Mobile Manufacturers Forum en het Global System for Mobile Communication Association (zie kader).
Hoewel men volhoudt dat de INTERPHONE onderzoekers niet beïnvloed worden door deze geldstromen, is het patroon dat uit de meta-analyse naar voren komt meer dan toevallig.
Terwijl Hardell een schadelijk effect van mobiele telefoons vaststelde vond men in de INTERPHONE onderzoeken verrassenderwijs juist een beschermend effect. Dat zou kunnen wijzen op beïnvloeding van de onderzoeksopzet door de sponsors.
Hoewel we hier speculeren, is het wel toevallig dat de meeste INTERPHONE onderzoeken niet geblindeerd waren: de wetenschappers wisten wie een tumor had en wie niet. Dit is een fout in de opzet die de resultaten kan vertekenen. Alle studies van Hardell daarentegen waren wel geblindeerd en zijn dus betrouwbaarder.
Effect van sponsoring
Het is niet voor het eerst dat onderzoekers van de mobiele telefoon stuiten op dit zogenaamde sponsoringeffect: een onderzoeksuitkomst die beïnvloed is door de financieringsbron. In 2007 voerden Dr. Anke Huss en haar team van de Universiteit van Bern in Zwitserland een systematisch onderzoek uit naar de samenhang met de geldschieter bij uitkomsten van onderzoek naar de relatie tussen mobiele telefonie en gezondheid. Zij ontdekten dat door de industrie gesponsorde onderzoeken tienmaal vaker aangaven geen gezondheidsschade te kunnen aantonen dan onderzoek dat met publieke gelden of donaties werd gefinancierd2.
Dr. Henry Lai van de Washington University in Seattle zag een soortgelijk patroon. Zijn uitkomsten uit biologisch onderzoek naar mobiele telefoons laten een duidelijke vertekening zien: in door de industrie gefinancierd onderzoek vond men slechts bij 28 procent van de gevallen een relatie met kanker, in onafhankelijk onderzoek echter bij 67 procent.
Volgens één van de onderzoekers is de kans dat dit toeval is uiterst miniem3.
Het hoeft niet te verbazen dat dit fenomeen vaker voorkomt bij wetenschappelijk onderzoek; in veel boeken en tijdschriften wordt het genoemd. De industrie formuleert de risico’s op een manier waarbij de schade wordt onderbelicht. Daardoor wordt de kans dat hun product van de markt gehaald of aan regels gebonden wordt kleiner, aldus Professor Lisa Bero van de University of California in San Francisco4.
Deze bias (vertekening) in het onderzoek naar mobiele telefoons doet sterk denken aan de ervaringen met de tabaksindustrie. Bero bijvoorbeeld, die overzichtsartikelen analyseerde uit de jaren tachtig en negentig over gezondheidseffecten van passief roken, kwam tot de ontdekking dat het melden van schadelijke effecten sterk samenhing met de belangen van de auteur.
De enige factor die samenhing met de conclusie dat passief roken niet schadelijk was bleek een belang van de auteur bij de tabaksindustrie, zo bleek uit deze studie5.
De financieringsbron zou ook kunnen verklaren waarom het onderzoek naar mobiele telefoons tot zulke uiteenlopende conclusies leidt. Volgens sommigen is veel van de techniek om risicogegevens te manipuleren – zoals alleen gunstige uitslagen vermelden of ongunstige bagatelliseren of bekritiseren – door de mobiele telefonie overgenomen uit de tabaksindustrie. Het antwoord op de vraag of mobiele telefoons gevaarlijk zijn hangt dus af van degene aan wie je dit vraagt.
De feiten op een rij
Omdat het moeilijk is op onderzoeksuitkomsten van de industrie te vertrouwen, moeten we kijken naar onafhankelijk onderzoek. En de boodschap daaruit is eensluidend en nogal alarmerend.
Veel onderzoek is gedaan door Dr. Hardell en zijn team. Het toont bij herhaling aan dat meer dan tien jaar gebruik van een mobiele of draadloze telefoon het risico op een hersentumor significant verhoogt.
In het laatste onderzoek vond het team een driemaal hoger risico op astrocytomen (een tumor die uitgaat van de stervormige gliacellen in de hersenen) aan de kant van het oor waarmee meer dan tien jaar gebeld werd. Bij gebruik al vóór het twintigste levensjaar was het zelfs vijfmaal zo hoog als bij controlepersonen. Dit gold ook voor het akoestisch neuroom, een tumor die uitgaat van de gehoorzenuw6.
Andere onderzoeksuitkomsten van Hardell e.a. zijn:
• per 100 uur gebruik van de mobiele telefoon neemt het risico op hersenkanker met 5 procent toe7;
• met elk jaar gebruik stijgt het risico 8 procent 7;
• na minimaal tien jaar digitaal telefoongebruik is het risico op een hersentumor 280 procent verhoogd8.
Volgens de International EMF Collaborative die in een uitgebreid rapport het onderzoek van Hardell becommentarieerde9, voldoen hun bevindingen exact aan wat verwacht kan worden als mobiele telefoons tot hersentumor leiden:
• hoe langer de cumulatieve tijd (de optelsom) van het gebruik, hoe hoger het risico7;
• hoe meer jaren vanaf het begin van het gebruik, hoe meer risico7;
• hoe krachtiger de straling van het mobieltje, hoe meer risico10;
• hoe langer het lichamelijk contact hiermee (gebruik van de telefoon aan de kant van de tumor) des te meer risico8;
• hoe jonger de gebruiker, hoe hoger het risico11.
Deze vormen van consistentie maken de conclusies zeer aannemelijk.
De ‘gesponsorde feiten’
Het grootste deel van de INTERPHONE studies daarentegen vond een beschermende werking tegen hersentumoren. Desondanks stelde professor Bruce Armstrong, hoofdonderzoeker van de Australische tak van dit onderzoek in zijn lezing bij de jaarvergadering van het Australian Centre for Radiofrequency Bio-effects Research (ACRBR) in november 2008: ‘Begrijpt iemand hier waarom de mobiele telefoon zou beschermen tegen hersenkanker? Klinkt dat geloofwaardig? Acht u dit aannemelijk, vooral in die mate? Nee! Het betekent dat er hier iets niet klopt, dat we hier een probleem hebben’. Er bleken 11 grote fouten in de onderzoeksopzet te zitten, die de uitkomst in hoge mate beïnvloedden (zie kader).
Toch vonden zelfs de INTERPHONE studies feiten die Hardell in sommige opzichten in het gelijk stelden. Een actualisering van de uitkomsten die in oktober 2008 online werd gepubliceerd noemde in sommige onderzoeken ‘een significant verhoogd risico op sommige hersentumoren, dat samenhing met tien jaar of langer mobiele-telefoongebruik’. Gegevens uit Frankrijk en Duitsland tonen aan dat wie minimaal tien jaar geleden mobiel begon te bellen ongeveer tweemaal zo vaak als normaal een glioom kreeg. Analyse van de gegevens uit Scandinavië en Groot-Brittannië tezamen liet zien dat na minimaal tien jaar gebruik een verhoogd risico op glioom bestond, maar alleen als steeds werd gebeld aan de kant van het hoofd waar de tumor begon.
Uit zes van de zeven studies bleek tien jaar een hoger risico op meningiomen (tumoren van de hersenvliezen) en twee van de zeven vertoonden eenzelfde patroon voor akoestisch neuromen (zelfs vier maal hoger bij gebruik steeds aan één kant van het hoofd)12.
Hoewel het onafhankelijke en het gesponsorde onderzoek elkaar dus meestal tegenspreken, zijn ze het wel eens over de cruciale periode van 10 jaar en het bellen aan een voorkeurszijde van het hoofd waar de tumor begint.
Dat is logisch omdat kanker pas jaren na zijn ontstaan aan het licht komt; en een voorkeurskant met een tumor heeft de meeste straling gekregen en is dus het kwetsbaarst.
Meer risico voor de jeugd
Doordat de INTERPHONE studie veel tekortkomingen heeft wordt het risico gebagatelliseerd. Dat is zorgwekkend omdat sommige wetenschappers vrezen dat het risico op hersenkanker in werkelijkheid veel en veel groter is dan wordt aangenomen (zie kader).
Een cruciale tekortkoming is dat jonge volwassenen en kinderen niet zijn meegenomen in het onderzoek. In de VS heeft meer dan de helft van alle kinderen hun eigen mobieltje en dat is in alle ontwikkelde landen waarschijnlijk het geval.
Verder zijn er sterke aanwijzingen dat blootstelling aan kankerverwekkers op jonge leeftijd meer en ernstiger risico’s geeft dan op volwassen leeftijd. Dus als mobiele telefoons werkelijk tot hersenkanker kunnen leiden is het gevaar voor de jeugd het grootst. Volgens het rapport Cellphones and Brain Tumours zijn het hoofd en de hersenen van kinderen geen miniatuuruitgave van die van volwassenen. Hun schedel is dunner, de waterverhouding is hoger, de myeline (die als isolatie van de neuronen zou werken) is nog in ontwikkeling, enzovoort. Daardoor dringt de straling van de mobiele telefoon een groter deel van de hersenen binnen.
De weinige onderzoeken die zich specifiek op jonge mensen richtten hebben inderdaad een groter risico op hersenkanker dan bij volwassenen gevonden. Een onderzoek van Hardell vond zeven maal meer risico voor de leeftijdgroep tussen 20 en 29, ten opzichte van 1,4 maal meer kans bij alle volwassenen6. Onlangs werd een vijfmaal hoger risico gevonden bij degenen die vanaf hun tienertijd of zelfs daarvoor nog al een mobieltje gebruikten; voor alle leeftijdsgroepen tezamen was dat driemaal zo hoog13. Koreaans onderzoek naar ioniserende straling bevestigt dat naarmate het kind jonger is de kans op hersentumoren hoger is3.
Hoewel de INTERPHONE studie dit bewijs negeert, waarschuwt de overheid in veel landen gelukkig toch al tegen het gevaar van gebruik van de mobiele telefoon door kinderen. De Franse regering nam het voortouw en verbood het mobieltje op lagere scholen vanwege de risico’s voor de gezondheid. In Engeland zijn nog geen overheidsregels hiervoor en in Nederland evenmin. In België wil de minister van volksgezondheid waarschijnlijk mobiele telefonie voor de basisschool gaan verbieden en voor de middelbare school aan banden leggen.
Een duidelijk verband
Naast de gegevens uit epidemiologisch onderzoek (naar effecten onder groepen mensen) groeit ook het biologisch bewijs. Zoals dit tijdschrift in november 2007 reeds rapporteerde, vond een aantal onderzoekers een samenhang tussen gebruik van een mobiele telefoon en permanente DNA-schade, een bekende oorzaak van kanker. In één onderzoek werd duidelijke verstoring gezien van de communicatie tussen cellen, terwijl dat een eerste vereiste is voor de normale celdeling. Die verstoring is kenmerkend voor kanker en dit effect treedt bij de mobiele telefoon al op bij een vermogensniveau van slechts een paar watt per meter14.
Het rapport toont aan dat dit proces ook binnen de hersenen kan plaatsvinden. Het lichaam beschikt normaliter over een beschermingsmechanisme dat voorkomt dat gifstoffen de hersenen bereiken. Maar steeds vaker blijkt dat mobiele frequenties de bloed-hersenbarrière afbreken. ‘Een reeks onderzoeken toont aan dat de bloed-hersenbarrière steeds doorgankelijker wordt door de werking van gepulseerde hoogfrequentievelden van een zeer lage intensiteit, …..zoals die van de mobiele telefoon’, aldus het rapport.
Hoewel de onderzoeksuitkomsten elkaar dus nog wel eens tegenspreken – wat steeds wordt aangegrepen als argument voor de veiligheid van mobiele telefonie – vallen die tegenstellingen echter mee en is men het over het langetermijngebruik eigenlijk eens. En de fabrikanten zelf waarschuwen bovendien in de handleiding (maar wie leest die ooit) dat men de telefoon niet op het lichaam moet dragen, zelfs wanneer die is uitgeschakeld. Waarom zouden ze dat doen als ze helemaal veilig zijn?
Het grootste onderzoek tot dusver, het langverwachte INTERPHONE project, moet nog gepubliceerd worden maar nu al is duidelijk dat er veel reden is voor ongerustheid. Er zal iets moeten gebeuren. Zoals een actiegroep het formuleerde: de kennis is er, het probleem bestaat, dus we moeten nu in actie komen!
Joanna Evans
1 J Clin Oncol, 2009; Oct 13; online voorpublicatie
2 Environ Health Perspect, 2007; 115: 1-4
3 Pathophysiology, 2009; 16: 137-147
4 Public Health Rep, 2005; 120: 200-208
5 JAMA, 1998; 279: 1566-1570
6 Int J Oncol, 2009; 35: 5-17
7 J Occup Saf Ergon, 2007; 13: 63-71
8 Int Arch Occup Environ Health, 2006; 79: 630-639
9 Cellphones and Brain Tumours: 15 Reasons for Concern, Science, Spin and the Truth Behind INTERPHONE, at www.radiationresearch.org/pdfs/15reasons.asp
10 Occup Environ Med, 2005; 62: 390-394
11 Arch Environ Health, 2004; 59: 132-137
12 www.iarc.fr/en/research-groups/RAD/INTERPHONE8oct08.pdf
13 Hennies K et al. Mobile Telecommunications and Health. Hanover, Germany: ECOLOG-Institut für sozial-ökologische Forschung and Bildung GmbH, 2000
Het INTERPHONE project
Het INTERPHONE onderzoek is een miljoenenproject dat 13 landen omvat. Het ging in 1999 van start om vast te stellen of het gebruik van een mobiele telefoon het risico op kanker verhoogt. Het staat onder supervisie van de World Health Organization’s International Agency for Research on Cancer (IARC) en omvat een reeks case-control studies (waarbij patiënten vergeleken worden met een groep gezonde mensen) naar drie typen hersentumor: gliomen (kanker van de glia-cellen van de herseren), akoestisch neuromen (tumoren van de gehoorzenuw) en meningiomen (hersenvliestumoren) – en naar tumor van de parotis-(speeksel)klier.
Hoewel de gegevensverzameling voor dit onderzoek al in 2004 werd afgerond en de resultaten inmiddels deels gepubliceerd zijn, is publicatie van het totaaloverzicht van alle 13 landen steeds weer uitgesteld, in die mate dat het Europees Parlement het woord ‘betreurenswaardig’ reeds gebruikt heeft.
In mei vorig jaar heeft Dr. Christopher Wild, directeur van de IARC, in het openbaar verklaard dat het manuscript met alle informatie over gliomen en meningiomen momenteel ter intercollegiale beoordeling ligt bij een wetenschappelijk tijdschrift (de normale peer review).
Maar de uitkomst hiervan is nu al onderhevig aan felle discussie. Terwijl de Engelse krant The Daily Telegraph onlangs berichtte dat INTERPHONE het bewijs zal leveren dat permanent gebruik van de mobiele telefoon bij toenemende leeftijd meer kans op een tumor geeft, bestaat veel twijfel over de presentatie van de conclusies. Vooruitlopend op de resultaten in het uitgebreide rapport werd daarom in augustus vorig jaar door de International EMF Collaborative de samenvatting Cellphones and Brain Tumours: 15 Reasons for Concern, Science, Spin and the Truth Behind Interphone1 uitgebracht. De reden was dat de auteurs, onder wie L. Loyd Morgan van de Amerikaanse Bioelectromagnetics Society en Alasdair Philips van Powerwatch in Groot Brittannië, vreesden dat de verklaring in de media bij verschijnen van het INTERPHONE-verslag het publiek zou wijsmaken dat er niets is om je zorgen over te maken.
Vanwege eerdere ervaringen met door de industrie gesponsord onderzoek (zie hoofdtekst) was die vrees niet ongegrond. Analyse van de reeds gepubliceerde INTERPHONE uitkomsten had inderdaad al een aantal defecten in de onderzoeksopzet laten zien die de conclusies uitermate dubieus maken.
Hoewel sommige studies op zichzelf een verhoogd risico op hersenkanker hadden aangetoond, was de overkoepelende conclusie uit de tot dusver gepubliceerde 14 onderzoeken dat het gebruik van een mobiele telefoon hiertegen juist beschermt. Daaruit valt te concluderen, aldus het rapport, dat de onderzoeksopzet in wezen niet deugt. Vervolgens ontdekte men 11 belangrijke tekortkomingen hierin, zoals het gebruik van een draadloze telefoon niet meerekenen onder ‘blootstelling’ (hoewel die dezelfde microgolfstraling uitzendt als een mobiele telefoon), het niet onderzoeken van bepaalde typen tumoren, en het uitsluiten van patiënten met een hersentumor die te ziek waren om ondervraagd te worden of hieraan overleden waren, evenals kleine kinderen en jonge volwassenen (die juist kwetsbaarder zijn). Alles bij elkaar schept dit een vertekend beeld, met een positief beïnvloede onderzoeksuitkomst. Deze vertekening verkleint ogenschijnlijk het risico, zelfs in die mate dat het lijkt of gebruik van een mobiele telefoon juist beschermt tegen een hersentumor.
Het International EMF Collaborative rapport wijst er ook op dat ondanks de positieve vertekening zelfs het INTERPHONE onderzoek bij langer dan tien jaar mobiel telefoongebruik uitkomt op een significant verhoogd – en in één studie een bijna-significant verhoogd – risico op een hersentumor aan de kant van het hoofd waar de mobiele telefoon werd gebruikt.
Heel verontrustend, omdat men op grond van de opzet en interpretaties van dit onderzoek kan aannemen dat het risico in werkelijkheid vele malen groter is.
1 www.radiationresearch.org/pdfs/15reasons.asp
Niet alleen kanker
Behalve met kanker is er ook een samenhang gevonden tussen mobiel bellen en andere gezondheidsaandoeningen, waaronder:
• verminderde spermakwaliteit1;
• geheugenproblemen (weliswaar bij ratten, dus niet noodzakelijkerwijs bij mensen)2;
• verzwakte botten3;
• autisme4;
• symptomen van elektrosensitiviteit zoals vermoeidheid, stress, hoofdpijn, onrust, concentratiestoornissen en slaapproblemen5.
1 Fertil Steril, 2008; 89: 124-128
2 Bioelectromagnetics, 2008; 29: 219-232
3 J Cradiofac Surg, 2009; 20: 1556-1560
4 What Doctors Don’t Tell You vol. 18, no 9.
5 Environ Health, 2008; 7: 18
Tips voor veiliger gebruik
Volgens het rapport Cellphones and Brain Tumours: 15 Reasons for Concern, Science, Spin and the Truth Behind Interphone1 kunt u acht simpele maatregelen nemen om u en uw kinderen te beschermen tegen de straling van uw mobiele telefoon.
1. Draag bij het bellen een koptelefoon met een snoertje (geen draadloze, zoals een Bluetooth), zet het apparaat op de speaker-stand (als luidspreker) of stuur in plaats daarvan een sms (tekstbericht).
2. Draag het mobieltje nooit op uw lichaam (vooral niet in de zak van een broek of shirt), of gebruik een hoesje aan uw broekriem dat speciaal bedoeld is om het lichaam tegen straling te beschermen als stand-by staat.
3. Bel niet in een rijdende auto, trein of bus, of op het platteland als de zendmast ver weg staat. Daardoor wordt de straling van het mobieltje groter.
4. Gebruik het als antwoordapparaat; zet het uit totdat u wilt zien wie gebeld heeft en bel dan zonodig terug (met de stappen 1,2 en 3 in het achterhoofd).
5. Bel als dat kan met een vaste telefoon en niet met een draadloze.
6. Vermijd het gebruik binnen een gebouw, vooral als dat een metalen constructie heeft.
7. Laat kinderen nooit met hun mobieltje naast het bed of onder het hoofdkussen slapen.
8. Laat kinderen hun mobieltje alleen voor noodgevallen gebruiken.
En kies in het algemeen een mobiele telefoon met zo min mogelijk straling. Een overzicht daarvan is te vinden op www.ewg.org/cellphone-radiation, maar bedenk dat die lijst geldt voor de Amerikaanse markt.
1 www.radiationresearch.org/pdfs/15reasons.asp