L-vorm bacteriën werden voor het eerst ontdekt in 1895 door laboratoriummedewerkers van wetenschapper Richard Pfeiffer. Zij beschreven een merkwaardig gevormde bacterie die geen celwand leek te hebben. Ernest Alnquist, een vriend van Louis Pasteur, lukte het zelfs om deze celwandloze bacteriën te kweken, maar een naam kregen ze uiteindelijk pas in 1941 van Emmy Klieneberger-Nobel, die ze vernoemde naar het Lister Institute in Bushley in het Engelse Worcestershire waar zij werkte.
Louis Dienes, verbonden aan de Harvard Medical School, ontdekte dat gezonde bacteriën L-vormen konden worden bij blootstelling aan antibiotica of hoge doses aminozuren, lithium, calcium of kwikzouten. Het viel Dienes op dat een L-vorm van omvang en vorm kon veranderen alvorens een grote ronde massa te worden, als een buitenaards wezen. Dienes was dan ook de eerste die andere wetenschappers waarschuwde voor het mogelijk vernietigende effect van penicilline omdat het L-vormen kon creëren.
Dienes bleef nauw contact houden met Harvard in de hoop dat zijn collega’s in L-vormen geïnteresseerd zouden raken. Maar tot zijn teleurstelling moest hij constateren dat zijn werk alleen hun aandacht wist te trekken toen het een expositie van aquarellen van zijn hand in een plaatselijk ziekenhuis betrof.