Aspirine onschuldig?

Aspirine wellicht een omvangrijke en onvermoede doodsoorzaak

Aspirine wordt in vele landen voorgeschreven en is in Amerika al een middel dat sommigen uit zichzelf uit voorzorg gebruiken om hartziekten op afstand te houden. Onder het goedkeurende oog van de gezondheidsautoriteiten gebruiken we jaarlijks maar liefst 100 miljard pillen van dit je-weet-maar-nooitmiddel. Voor 37 procent zijn het gezonde mensen die deze middelen dagelijks innemen om gezond te blijven.

Aspirine is niet duur, vrij verkrijgbaar en wordt beschouwd als het magische beschermmiddel tegen hart- en vaatziekten, doodsoorzaak nummer een. Volgens voorstanders van het toegankelijke pilletje kan het de bloeddruk verlagen en het bloed verdunnen, waardoor het risico van een beroerte of een hartaanval daalt. Deze twee functies zijn tegenwoordig belangrijker dan de oorspronkelijke functie van pijnstiller, ontstekings- en koortsremmer. Het fijnste is nog dat het een relatief onschuldig medicijn lijkt te zijn.

De American Association of Poison Control Centers meldt in Amerika maar 59 sterfgevallen per jaar door aspirine, terwijl volgens wetenschappers de totale mortaliteit voor alle pijnstillers van het soort NSAID (non-steroid anti-inflammatory drugs, oftewel non-steroïde ontstekingsremmers), zoals aspirine, ibuprofen en naproxen, op ongeveer 7600 per jaar ligt1.

Hoe het ook zij, volgens artsen vormen deze cijfers een volstrekt acceptabel risico vergeleken met het getal van vele duizenden meer die anders door een hartziekte zouden overlijden. Onderzoekers komen ondertussen echter tot de ontdekking dat we allemaal ernstig – en fataal – misleid zijn door de geruststellingen van de medische stand. Aspirine is wellicht helemaal niet zo onschuldig, maar misschien wel een belangrijke doodsoorzaak in onze maatschappij, iets wat we nooit verwacht hadden.

Deze nieuwe bewering is gebaseerd op de bekende bijwerking die aspirine heeft op het maagdarmstelsel: het kan ernstige, en soms fatale bloedingen in het maagdarmkanaal veroorzaken. In een afzonderlijk onderzoek is tevens een nieuwe zorgwekkende bijwerking van aspirine ontdekt: het kan een belangrijke oorzaak zijn van beroertes bij ouderen. Omdat het op zo grote schaal gebruikt wordt, waarschuwen de onderzoekers dat dit kleine pilletje binnenkort hoge bloeddruk gaat inhalen als belangrijkste oorzaak van een beroerte.

De onderzoeken van nu

In het eerste nieuwe onderzoek schatten de onderzoekers dat aspirine jaarlijks de dood betekent voor 20.000 Amerikanen, en voor nog eens 100.000 een ziekenhuisopname, enkel en alleen vanwege maagdarmproblemen. Al die sterfgevallen en reacties worden niet opgemerkt als bijwerkingen van aspirines, zo luidt de ongelooflijke conclusie.
Deze alarmerende ontdekking werd gedaan door onderzoekers aan de Eastern Virginia Medical School die patiënten ondervroegen in een instelling die gespecialiseerd is in maagdarmproblemen. Het bleek dat een op de vijf patiënten aspirine of een andere NSAID-pijnstiller gebruikte, maar dat niet aan het behandelteam gemeld had omdat ze het niet van belang achtten. ‘Dat geeft al aan hoe wijdverbreid de foutieve opvatting is dat deze middelen er niet toe doen of geen kwaad kunnen, terwijl het chronisch gebruik ervan juist vaak ernstige en mogelijk fatale maagdarmbloedingen kan veroorzaken, met name onder ouderen en onder mensen met aandoeningen als artrose,’ aldus dr. David Johnson, een van de onderzoekers in Virginia.

Als deze schatting van sterfte- en ziektecijfers voor Amerika kloppen, kan dat betekenen dat er wereldwijd 100.000 mensen per jaar sterven aan aspirine en andere NSAID’s. Bovendien zullen er nog eens 500.000 mensen naar het ziekenhuis moeten vanwege een ernstige bijwerking van het middel, bijvoorbeeld door een reactie in het maagdarmkanaal2. Momenteel staat nog niet één van deze sterfgevallen te boek als een fataal gevolg van aspirine.

Al even zorgwekkend is het effect dat het middel heeft op mensen die ouder zijn dan 75 jaar. In plaats van hen te beschermen tegen een beroerte lijkt aspirine zo’n aanval juist te veroorzaken met als gevolg de dood of blijvende invaliditeit. Aan de Universiteit van Oxford is gebleken dat aspirine in de afgelopen 25 jaar zeven maal zoveel beroertes door hersenbloeding veroorzaakte onder oudere patiënten die aan een trial deelnamen. Volgens onderzoeksleider professor Peter Rothwell zal aspirine binnen afzienbare tijd hoge bloeddruk inhalen als hoofdoorzaak van beroerte door hersenbloeding, vooral onder mensen van 75 jaar en ouder.

‘Veel ouderen gebruiken uit zichzelf dagelijks aspirine om hun gezondheid te ondersteunen,’ zegt hij, ‘en in die gevallen, zo blijkt uit de trials, levert dat geen voordeel op. Wat ons onderzoek doet vermoeden is dat, met name bij hoogbejaarden, het risico van aspirine groter is dan het voordeel.’

Het onderzoeksteam van Rothwell beoordeelde van patiënten met een beroerte in de voorgeschiedenis de gegevens van 1981 tot 1985 en van 2002 tot 2006. Hoewel tussen die twee periodes het percentage beroertes door hoge bloeddruk gemiddeld met 65 procent was gedaald, bleef het percentage onder 75-plussers hetzelfde. Dit kwam vooral doordat er meer beroertes voorkwamen onder mensen die een bloedverdunner zoals aspirine gebruikten. De onderzoekers ontdekten dat het gebruik van deze middelen aanzienlijk gestegen was, vooral onder gezonde mensen die ze enkel als preventief middel gebruikten. In 1981 tot 1985 gebruikte maar 4 procent van de patiënten een bloedverdunner, maar dat percentage was gestegen tot 40 in de periode 2002-20063.

Eigenlijk waren de gevaren van aspirine al een tijdje bekend, maar niemand was bereid er iets mee te doen. Wetenschappers van de West Midlands Regional Health Authority in Birmingham, Engeland, luidden twaalf jaar geleden als een van de eersten de noodklok, toen ze onderzochten waardoor mensen in het ziekenhuis belanden met een bloedende maagzweer. Zij ontdekten destijds dat 12,8 procent van de 1121 door hen onderzochte patiënten regelmatig aspirine gebruikte. Regelmatig betekende in het onderzoek minimaal vijf dagen per week gedurende minimaal een maand.

Vergeleken met andere patiënten met hetzelfde gezondheidsprobleem, die niet regelmatig aspirine gebruikten, bleek dat bij mensen die de NSAID namen het risico van een ziekenhuisopname voor bloedende maagzweer 2,3 maal zo groot was bij een lage dosis van slechts 75 mg, en tot 3,9 maal zo groot bij de meer gebruikelijke dosis van 300 mg4. In Nederland wordt 100 mg aanbevolen als mensen het middel ter preventie tegen hartziekten willen gebruiken. In het onderzoek werden de patiënten niet gevolgd nadat de oorzaak van hun ziekenhuisopname was vastgesteld, maar een andere onderzoeksgroep volgde hen wel en kwam tot een verschrikkelijke conclusie. Van diegenen die in het ziekenhuis behandeld waren vanwege een ernstige bloeding of perforatie in het bovenste maagdarmkanaal, was 10 procent overleden.

De risicogroepen

De alarmerende situatie die we hiervoor beschrijven, werd ontdekt bij een analyse van twaalf onderzoeken die tussen 1980 en 2000 gepubliceerd zijn. Het grootste risico liepen de ouderen, en ongeveer twee keer zo veel mannen als vrouwen belandden uiteindelijk in het ziekenhuis5. Behalve leeftijd en geslacht is ook het gebruik van een combinatie van verschillende NSAID’s een risicofactor voor ernstige bijwerkingen in het maagdarmkanaal. Bij een afzonderlijk onderzoek waarin de patiëntendossiers uit databases in Engeland en Spanje werden bekeken, bleek dat 60 procent van de mensen die een schadelijke bijwerking van een NSAID in het maagdarmkanaal hadden gehad, ouder waren dan zestig jaar, 13 procent gebruikte verschillende NSAID’s als combinatie en 6 procent had onlangs een maagzweer gehad, hoewel mensen met een maagdarmprobleem helemaal geen NSAID’s horen te gebruiken6.

Waarschijnlijk de dodelijkste combinatie van geneesmiddelen in dit verband is die van een NSAID met een SSRI (selectieve serotonine-heropnameremmer), de meest gebruikte groep geneesmiddelen tegen depressie. Deze combinatie komt veel voor, met name onder mensen met artrose, die vaak een NSAID krijgen tegen hun gewrichtspijn en ontsteking, en een SSRI om de matige depressie die ze vaak hebben te verlichten. Als deze twee middelen tegelijk gebruikt worden, is het risico van een bloeding in het bovenste maagdarmkanaal 6,3 keer zo groot.

In alledaags taalgebruik betekent dit dat een patiënt de combinatie maar 82 keer hoeft te nemen en hij krijgt een ernstige bijwerking in het maagdarmkanaal. Uitgaande van dagelijks gebruik zou zo’n bijwerking dus binnen drie maanden optreden vanaf het begin van de behandeling. Die ontdekking werd gedaan door onderzoekers van de University of East Anglia. Zij voerden een meta-analyse uit van vier trials met in totaal 153.000 patiënten die ofwel een SSRI gebruikten of een NSAID, of een combinatie van de twee soorten geneesmiddel. Bij patiënten die alleen de SSRI gebruikten, was het risico van een reactie in het maagdarmkanaal 2,4 keer zo groot, bij alleen een NSAID 3,2 keer zo groot7. Zoals hoofdonderzoeker dr. Yoon K. Loke toelichtte: ‘Voordat ik dit onderzoek deed, werd ik helemaal niet bezorgd als ik patiënten zag die een combinatie van een SSRI en een NSAID gebruikten. Nu ik gezien heb dat het risico daarvan behoorlijk groter is, vind ik dat artsen de dossiers van hun patiënten moeten nazien om te kijken of ze deze middelen wel echt nodig hebben en of er veiliger alternatieven zijn.’

Al heel lang is bekend dat er maag- en darmproblemen kunnen optreden bij aspirine, ook al zijn de werkelijke ernst en mate van het probleem pas onlangs onthuld. De fabrikanten hebben geprobeerd het risico te verkleinen door ofwel ommantelde tabletten te maken waardoor de tablet de maag kan passeren naar de dunne darm om daar het medicijn af te leveren, ofwel gebufferde tabletten, die een mantel bevatten van een substantie die het maagzuur neutraliseert. In plaats van het risico van een bijwerking in het maagdarmkanaal daarmee te verlagen, blijken die coatings het echter juist te verhogen. Onderzoekers van de Boston University School of Medicine vroegen 550 ziekenhuispatiënten met een grote bloeding in de maag of bovenste darmkanaal naar hun aspirinegebruik.

Tot hun verrassing ontdekten ze dat mensen die regelmatig aspirine met een buffer-coating gebruikten, een iets hoger risico hadden om maagdarmproblemen te ontwikkelen dan mensen die gewone aspirines gebruikten. Bij een dosis hoger dan 325 mg was bij patiënten die de gebufferde tabletten gebruikten, de kans zeven keer zo groot dat ze een maagdarmprobleem kregen, tegenover bijna zes keer zo groot bij de gewone tabletten8.

Nog steeds wondermiddel?

Vreemd genoeg lijkt de algehele populariteit van aspirine niet te lijden onder dergelijke slechte nieuwsberichten. Misschien komt dat doordat aspirine nog steeds gezien wordt als een ‘wondermiddel’. Naar schatting worden er elk jaar 3500 onderzoeken met dit middel uitgevoerd en steeds komen onderzoekers weer met nieuwe gezondheidsproblemen die ermee op te lossen zouden zijn. Er is al beweerd dat het werkt tegen cataract (grauwe staar)9 en tegen kanker van de prostaat, de dikke darm, de alvleesklier, het bovenste maagdarmkanaal en de longen. Het zijn beweringen die meestal niet gerepliceerd konden worden (wat betekent dat in een ander onderzoek dezelfde werking gevonden wordt) zodat ze uiteindelijk ook weer in de vergetelheid zijn geraakt.

Dit alles, uiteraard, naast de meer traditionele en geaccepteerde toepassingen als koortsverlagend middel bij reumatische koorts, als ontstekingsremmer bij reumatoïde artritis (ontstekingsreuma) en artrose, en als pijnstillers bij alledaagse pijnen zoals hoofdpijn. Maar als de voordelen van regelmatig aspirinegebruik bij gezonde 75-plussers niet opwegen tegen de risico’s, zoals professor Rothwell uit Oxford aangeeft, moeten gezonde mensen van welke leeftijd dan ook het middel dan nog wel gebruiken? Nee, aldus Charles H. Hennekens, voormalig hoofd van de afdeling preventieve geneeskunde aan het Brigham en het Women’s Hospital in Boston.

Hij is een van de belangrijkste pleiters vóór aspirine, maar toch vindt ook hij dat gezonde mensen geen aspirine als voorzorgsmiddel moeten gebruiken omdat de risico’s daarvoor eenvoudig te hoog zijn. ‘Het risico dat een gemiddelde dertigjarige vrouw een hartaanval krijgt, is zeer klein en dat blijft nog zeker dertig jaar zo voor haar. Aspirinegebruik levert voor haar niets op, maar kan wel leiden tot maagdarmklachten of een gevaarlijke bloeding,’ zegt hij in een rapport voor de Food and Drug Administration.

Ook kinderen jonger dan twaalf jaar zouden geen aspirine meer mogen krijgen vanwege het reële gevaar dat ze het syndroom van Reye krijgen. Dat is een zeldzame, vaak fatale aandoening die vooral voorkomt bij kinderen die herstellen van een virale infectie en die in verband gebracht is met aspirinegebruik10.

Als gezonde mensen geen aspirine zouden moeten gebruiken, wil dat zeggen dat bijna 40 procent van het dagelijkse aspirinegebruik niet goed is of zelfs gevaarlijk. Het kan duizenden levens kosten zonder dat het reële voordelen oplevert. Toch moet aspirine nog onderdeel blijven van de dagelijkse medicatie van mensen met een hartprobleem, zegt de Amerikaanse en ook de Nederlandse hartstichting. Volgens de American Heart Foundation kunnen jaarlijks 5000 tot 10.000 van de 900.000 sterfgevallen door hartvaatziekten in de VS voorkomen worden door dagelijks aspirinegebruik. Daarbij wordt gerefereerd aan onderzoek waaruit valt op te maken dat aspirine levensverlengend werkt bij mensen die een beroerte of hartaanval hebben gehad of die opnieuw een geblokkeerde ader krijgen na een bypass-operatie of angioplastiek van het hart ter vervanging van geblokkeerde arteriën. Maar die positieve bevindingen moeten we stellen tegenover de recentere bevindingen dat het middel wellicht jaarlijks 20.000 Amerikanen het leven kost alleen al vanwege maagdarmproblemen; een aantal dat waarschijnlijk nog groter is als we ook de beroertes meerekenen.

Geen enkel middel kan echter als vervanging dienen voor een verstandige leefstijl. Een gezond voedingspatroon met veel groente en fruit, matige inspanning en een leven zonder stress en sigaretten doet meer voor zowel gezonde mensen als herstellende patiënten. Zoals Debra Bowen van de FDA het stelt: ‘Artsen zouden aspirine eigenlijk moeten beschouwen in de context van totale zorg, dus als onderdeel van een volledig behandelplan voor mensen met een verhoogd risico van een hartaanval of beroerte.’ Die opvatting wordt gedeeld door dr. Peter Coleman, adjunct-hoofd onderzoek van de Stroke Association in Engeland. Hij zegt: ‘Bij gezonde mensen zonder een verhoogd risico van een hartziekte of beroerte weegt de kans dat aspirine een beroerte voorkomt, waarschijnlijk niet op tegen de risico’s door negatieve bijwerkingen van aspirine.’

Er is geen middel in de geneeskunde dat zo dicht het idee van een wondermiddel naderde als aspirine, en nog met een mooi veiligheidslaagje ook. Maar gezien deze recente ontdekkingen blijft dat ideaal net zo onbereikbaar als het altijd al was.

Bryan Hubbard

 

Bronnen:
1Scand J Rheum Suppl, 1992; 21-24
2Proceedings of the Annual Scientific Meeting of the American College of Gastroenterology, 15 oktober 2007
3Lancet Neurology, 2007; 6: 487-493
4BMJ, 1995; 310: 827-830
5J Clin Epidemiol, 2002; 55: 1057-1063
6BMC Medicine, 2006; 4: 22
7Aliment Pharmacol Ther, 5 oktober 2007; doi: 10.1111/j.1365-2036.2007.03541
8Lancet, 1996; 348: 1413-1416
9Arch Ophthalmol, 1992; 110: 339-342
10BMJ, 2002; 325: 988


Het verhaal achter aspirine

In het merkenrecht neemt aspirine een bijzondere plaats in. Als ‘Aspirine’, met een hoofdletter, is het een beschermde merknaam eigendom van Bayer, de Duitse geneesmiddelengigant. Als ‘aspirine’ is het een generieke naam voor het middel, die gebruikt mag worden in landen waar Aspirine geen beschermde merknaam is. Er zijn ongeveer vijftig andere vrij verkrijgbare merken met aspirine, ofwel onder die naam ofwel onder de generieke naam acetylsalicylzuur of acetosalicylzuur.

Aspirine was de allereerste in de groep NSAID’s (non-steroidal anti-inflammatory drugs), toen Bayer het in 1899 op de markt bracht tegelijk met een andere ontdekking van dat bedrijf, heroïne. Het belangrijkste bestanddeel is acetylsalicylzuur dat gewonnen kan worden uit wilgenbast en uit het kruid Spirea. Hippocrates had het reeds ontdekt als pijnstiller en als koortsverlagend middel in de vijfde eeuw vóór Christus. In het scheikundig laboratorium van Bayer was het gelukt salicylzuur samen te voegen met de veelvoorkomende stof azijnzuuranhydride (aceetanhydride, vandaar de generieke naam van Aspirine).

Ondanks de populariteit en de wijdverbreide toepassing van het middel wist tot 1971 niemand hoe het werkte. In dat jaar ontdekte de Britse farmacoloog John Vane dat aspirine de productie onderdrukt van prostaglandines en tromboxanen, hormonen die verschillende fysiologische functies reguleren.

Wereldwijd consumeren we momenteel ongeveer 35 miljoen kilo aspirine per jaar; tegen de 100 miljard tabletten. Dat aantal neemt jaarlijks ook nog met 15 procent toe. Aspirine wordt nog steeds gezien als een onschuldige pijnstiller. Mede daardoor bleef het gebruik ervan groeien in de tijd dat sommige andere NSAID’s en COX-2-remmers te lijden hadden onder zorg- en angstwekkende berichtgeving.

Zo werd recent de COX-2 pijnstiller Vioxx van de markt gehaald nadat was ontdekt dat het hartproblemen kon geven, soms met fatale afloop. Het was aanleiding tot de grootste burgerlijke rechtszaak aller tijden totdat de fabrikant Merck een akkoord sloot en een genoegdoening van 4,85 miljard dollar betaalde.

Aspirine heeft genoeg bijwerkingen om mee te tellen. De meest voorkomende zijn maagbloeding en andere maagdarmproblemen, maar daar komen nog bij beroertes, bloedarmoede, maagzweren, leverschade, netelroos, benauwdheid, oorsuizen, chronische catarre (slijmvliesontsteking), hoofdpijn, verwardheid en te lage bloeddruk gevolgd door collaps (flauwvallen). Er zijn gevallen van mensen met astma die aan een ernstige aanval overleden nadat ze aspirine hadden genomen.


Helpt het echt tegen hartproblemen?

De populariteit van aspirine heeft meer van doen met de potentiële bescherming tegen hart- en vaatziekten dan met het pijnstillende effect, dat inmiddels veel beter is bij nieuwe middelen, zoals bij ibuprofen.

Ongeveer 37 procent van de 100 miljard aspirinepillen die jaarlijks worden geslikt, wordt genomen als preventief middel tegen hartziekten en beroertes, terwijl 23 procent van de gebruikers bestaat uit reumapatiënten die het middel nemen vanwege de ontstekingsremmende werking. Slechts 14 procent van de gebruikers doet dat om hoofdpijn te verdrijven.
De hoofdfunctie van ontstekingsremmer en koortsremmer begon het middel te verliezen toen dr. L.L. Craven, een huisarts in Californië, ontdekte dat het zijn hartpatiënten goed deed1. Recentere trials bevestigden deze rol als preventief middel, met name voor hartpatiënten.

In 1998 verbreedde de Amerikaanse geneesmiddelautoriteit de Food and Drug Administration (FDA) de toepassing van aspirine zodat die nieuwe rol erin opgenomen was, met name onder mensen die een hartaanval hadden gehad, een beroerte, pijn op de borst of een bypassoperatie of angioplastiek. Sindsdien hebben twee meta-analyses geconcludeerd dat aspirine het risico van hart- en vaatziekten verlaagt met 13 procent2, en dat van een hartaanval met maar liefst 32 procent3.

Ondanks die lovende aanbevelingen blijven er echter veel groepen voorzichtig en adviseren ze gezonde mensen aspirine niet te gebruiken als preventief middel voor-het-geval-dat. De Amerikaanse Preventive Service Task Force is nog steeds niet overtuigd en zegt van de meta-analyses dat ze onvoldoende bewijs leveren om een generaliserende uitspraak te doen4.

De Europese Society of Cardiology beveelt mensen met een verhoogd risico van hartziekten aan een zeer lage dagelijkse dosis te gebruiken van 75 mg aspirine per dag.
Even kritische stemmen klinken er over de vraag of aspirine werkelijk een beroerte kan voorkomen, ondanks het schijnbaar indrukwekkende research. De Antiplatelet Trialists’ Collaboration (een samenwerking van onderzoekers die trials uitvoeren met stollingsremmers) bereidde een aantal baanbrekende trials voor dat aspirine waarschijnlijk zou vestigen als een belangrijk middel ter preventie van een beroerte. Maar binnen een jaar bleken de bevindingen twijfelachtig.

Het Thrombosis Research Institute analyseerde de derde onderzoeksgroep van de ATC-trial, waarmee getest werd hoe effectief aspirine veneuze trombose en longembolieën (bloedpropjes die een longader afsluiten) voorkwam na een operatie. Het instituut verklaarde dat sommige conclusies van de ATC niet terecht waren en dat een aantal van de onderzoeken die in de meta-analyse waren opgenomen, niet voldeden aan de hoge richtlijnen voor onderzoek5. Bovendien hadden de onderzoekers van de ATC weinig tot geen aandacht besteed aan bijwerkingen zoals interne bloeding. Zonder die mee te rekenen, aldus het instituut, zijn de ware risico-rendementsverhoudingen niet te berekenen.

Geconfronteerd met die kritiek dempten de ATC-onderzoekers hun enthousiasme en concludeerden ze in plaats daarvan dat aspirine geen volledige oplossing bood, maar gezien moest worden als onderdeel van een behandeling met diverse maatregelen.

De onderzoeken van de ATC zijn een schoolvoorbeeld van de manier waarop de mythe van de helende werking van aspirine altijd de daadwerkelijke onderzoeksbevindingen een stap vóór blijft. Ondanks de legende is er maar een handjevol onderzoek dat de theorie ondersteunt dat aspirine hartziekten en beroertes kan voorkomen. Zelfs voor preventief gebruik door hartpatiënten is de onderliggende bewijsvoering minimaal.

De expertredactie van een prestigieus wetenschappelijk tijdschrift stelde ooit eens dat ‘aspirine even effectief lijkt te zijn als ieder ander enkelvoudig middel of combinatie van middelen’6, wat veel minder betekent dan de pleitbezorgers van aspirine geloven.

Bronnnen:
1 Mississippi Valley Med J, 1953; 75: 38-44
2 Arch Intern Med, 2000; 160: 3123-3127
3 Heart, 2001; 85: 265-271
4 Ann Intern Med, 2002; 136: 157-160
5 BMJ, 1994; 308: 1213-1217
6 BMJ, 1994; 308: 71-72

Wilt u dit artikel lezen?

Als abonnee kunt u dit artikel gratis lezen door in te loggen op uw account. Nog geen abonnee? Sluit nu een abonnement af.

Andere artikelen van Bryan Hubbard

De medicijnen zijn heerlijk

Het Laatste woord: De illusie van de goochelaar

Het laatste woord; Is het beter om niets te voelen?

Het laatste woord

Artsen weten wel beter

Marktwerking en zorg?

Veel politici spreken zich uit over marktwerking in de zorg. Volgens sommigen helpt concurrentie om kosten te beteugelen. Volgens anderen leidt het juist tot meer kosten en minder kwaliteit. De uitspraken van voor- en tegenstanders zijn niet altijd onderbouwd. Ten...

Gastcolumn: Emoties kun je als voedsel verteren

Er is de afgelopen jaren een gestage toename te zien van het aantal mensen dat psychische aandoeningen ontwikkelt.1 Dat is zorgelijk, maar eigenlijk ook relatief eenvoudig te veranderen. De kern van het probleem is dat veel mensen hun emoties niet adequaat kunnen...

De borsten

Zacht, rond, fier, stevig, klein, hangend, veranderd of zelfs afwezig na een operatie… Borsten zijn er in vele prachtige soorten en maten. Ze bestaan uit vetweefsel, bindweefsel, ligamenten én borstklieren; elke borst is gevuld met zo’n vijftien tot twintig lobben die...

Holistische hulp bij een kinderwens

Zwanger worden, het lijkt zo vanzelfsprekend. Toch heeft 1 op de 5 stellen vruchtbaarheidsproblemen - en dat worden er steeds meer. In haar praktijk begeleidt Ingrid Schoonveld vrouwen met een onvervulde kinderwens. Schoonveld werkte al jaren in de communicatiesector...

Beter naar je gevoel (leren) luisteren deel 2

In het eerste deel van dit tweeluik las je waarom het een uitdaging kan zijn om naar je gevoel te luisteren. In dit tweede deel gaan we in op het maken van gezonde voedingskeuzen, door een situatie te creëren waarin je op je gevoel kunt leren vertrouwen. Belangrijke...

Bryan Hubbard avatar

Over de auteur

Bryan Hubbard studeerde filosofie aan de universiteit van Londen. Hij is de echtgenoot van Lynne McTaggart en samen zijn zij directeur van twee uitgeverijen, WDDTY Publishing Ltd en New Age Publishing Ltd. Hij is uitgever van het maandblad What Doctors Don’t Tell You. ( Het moederblad van Medisch Dossier)
Lees meer artikelen van Bryan Hubbard