Een van de mooiste filmrollen aller tijden is die waarvoor Sean Connery een Oscar won als Jimmy Malone, de geharde Chicagose politieagent in The Untouchables. Telkens als ik me in een David-tegen-Goliath-situatie bevindt (en dat komt nogal eens voor), denk ik aan de manier waarop Malone met zijn onsamenhangende troep ‘untouchables’ het won van de ogenschijnlijk onoverwinnelijke Chicagose gangster Al Capone met zijn enorme onderwereldorganisatie.
Onlangs deed die gelegenheid zich weer eens voor toen er een brief op onze deurmat viel met de aankondiging dat Orange, aanbieder van mobiele telefonie, van plan was een zendmast op te zetten aan de overkant van onze straat ten zuiden van Londen.
Pas later drong het tot ons door dat de plannen van Orange verder reikten dan onze straat alleen. De aankondigingen van nieuwe zendmasten bleven komen: de ene dag hier, de volgende daar. Orange had aanvragen ingediend voor acht plaatsingen, waarvan er vijf binnen zo’n 400 meter van elkaar zouden komen te staan. Alle bewoners van ons dorpje waren hun energie aan het verspillen met het aanvechten van de plaatsing die het dichtst bij hun eigen huis zou komen, maar niemand wist dat er om de hoek vaak nog een mast zou worden geplaatst. Orange had een verdeel-en-heersstrategie uitgezet.
In minder dan drie weken moesten we een ontvankelijk bezwaar indienen tegen alle acht plaatsingen voordat de aanvragen bij de gemeenteraad in stemming gebracht zouden worden. Gedurende die drie weken veranderde een klein groepje van ons, voornamelijk bestaande uit huisvrouwen, in een effectieve oorlogsmachine.
We namen contact op met woningcorporaties en de plaatselijke krant. We deelden voorbeeldbrieven en folders uit om onze buurtbewoners voor te lichten over het soort bezwaren dat als ontvankelijk werd gezien. Met de hulp van een sympathiek parlementslid uit onze streek stuurden we onze petities naar het parlement. We maakten houten containers die we oranje verfden en zetten die precies op de plaatsen neer waar de masten met basisstations zouden komen. Elke ochtend stond onze huisvrouwenbrigade bij scholen, huisartspraktijken en kerken met de petities en folders in hun hand.
Vervolgens richtten we het gevecht tegen Orange. Zoals Malone in de film tegen Eliot Ness zegt: de enige manier om te winnen van een vijand als Capone is door de aanval. ‘Als hij een mes trekt, trek jij een pistool. Als hij een man van je het ziekenhuis in laat slaan, laat jij er een van hem het lijkenhuis in slaan. Dat is de Chicagose wijze.’
Bij een bespreking met vertegenwoordigers van Orange vertelden we hun dat als ze hun aanvragen voor de plaatsing zouden intrekken, wij hen zouden helpen een goede plaats te vinden. Als ze dat niet zouden doen, zouden wij een nationale boycotcampagne starten (‘Zet Orange op rood’; ‘Geen Orange juice op woensdag’). We gaven hun voorbeeldjes mee van posterontwerpen die we gemaakt hadden en die al in de plaatselijke winkels hingen: Met veel oranje zodat ze leken op de advertenties van Orange zelf, met kindertekeningen van zieke kinderen onder een zendmast met de slogan: ‘The future’s bright… the future’s radiated’.
Binnen enkele dagen trok Orange zijn aanvragen in en stelden ze ons ervan in kennis dat ze zouden wachten tot ze onze alternatieven hadden bekeken. De les die hieruit valt te trekken is, dat je niet moet wachten tot een aanbieder van mobiele telefonie op de stoep staat, zoals vroeg of laat (waarschijnlijk vroeg) zal gebeuren gezien de ontwikkeling van de derdegeneratietechnologie. Het is beter preventief in de aanval te gaan. Neem contact op met de plaatselijke overheid en plan alvast waar de zendmasten voor mobiele telefonie mogen komen.
Stel ook duidelijk vast waar dat absoluut niet mag. Sta erop dat de verschillende providers de toegewezen plaatsen met elkaar delen. Luistert er niemand en wordt er toch een zendmast in uw buurt gezet, sla dan toe op hun pijnlijkste plek: in hun portemonnee.
Als de overheid de burgers niet beschermt tegen de dieverijen van hebberige bedrijven, is uw enige soelaas terugvechten. Op Chicagose wijze. Zoals Malone al zei: ‘Kom bij een schietgevecht niet aanzetten met een katapult.’
Lynne McTaggart