Ik ben 45 en heb al twaalf jaar ME. Vlak na het begin kreeg ik allerlei vervelende symptomen: ik werd allergisch voor verschillende etenswaren en geuren, kon niet goed nadenken, had totaal geen energie en leed aan algehele slapeloosheid. Mijn dokter schreef amitriptyline voor tegen de slapeloosheid, wat voor de meeste symptomen wel verlichting bracht. Maar ik gebruik dit geneesmiddel nu al tien jaar en het lijkt erop dat ik daardoor problemen met mijn blaas heb gekregen. Ik ‘moet’ de hele tijd heel erg, terwijl ik toch maar langzaam urineer en niet veel urine heb.
Het zou een bijwerking van de amitriptyline kunnen zijn, maar ik ben niet geneigd daarmee te stoppen omdat ik er toch wel baat bij lijk te hebben. Wat kan ik doen? Is er iets waarmee ik mijn blaasprobleem kan oplossen? – H.D., Wales
Amitriptyline (Sarotex, Tryptizol) wordt voornamelijk gebruikt voor de behandeling van endogene depressie, dit is een depressie zonder duidelijke externe oorzaak. Het behoort tot een categorie geneesmiddelen die tricyclische antidepressiva (TCAs) worden genoemd.
Deze middelen zijn ongeveer zestig jaar geleden voor het eerst ontwikkeld en ze staan erom bekend dat ze ‘vuil’ zijn (een term waarmee medische insiders aangeven dat een geneesmiddel beladen is met bijwerkingen). Als gevolg hiervan waren ze tot voor kort niet erg in de gratie bij psychiaters.
Toch is het wel begrijpelijk dat men u amitriptyline heeft gegeven voor de ME (myalgische encefalomyelitis of chronisch vermoeidheidssyndroom). TCAs verhogen namelijk de aanwezigheid van norepinefrine in het centrale zenuwstelsel en dat leidt op zijn beurt tot een betere pijnbeheersing, een belangrijke factor bij de behandeling van ME-klachten. Daarnaast heeft dit middel een slaapverwekkend effect, wat de slapeloosheid zou kunnen verhelpen, maar alleen op korte termijn.
Op de lange termijn verstoort het de diepe slaap en maakt het alle slaapproblemen alleen maar erger.
Uw arts had u echter een brochure moeten meegeven met de volgende dikgedrukte mededeling: ‘Als u een van de volgende ernstige bijwerkingen merkt, stop dan met het gebruik van amitriptyline en neem onmiddellijk contact op met uw huisarts of met de eerste hulp: een allergische reactie (moeite met ademhalen, dichtknijpen van de keel, opgezwollen lippen, gezicht of tong, netelroos), attaques, snelle of onregelmatige hartslag, een hartaanval, hoge bloeddruk (wazig zien, hoofdpijn), moeite met urineren, koorts met veel transpireren, stijve spieren of ernstige spierzwakte.’16 Daar hebt u zwart op wit de oorzaak van uw blaasklachten.
Een groot deel van de reguliere geneeskunde gelooft in het gebruik van geneesmiddelen om de bijwerkingen van andere geneesmiddelen op te heffen. Het gebruik van dergelijke zogeheten chaser drugs is dan ook wijdverbreid, maar dat maakt het nog niet tot goede geneeskunst. Waarom probeert u niet helemaal van de amitriptyline af te komen in plaats van iets te zoeken dat de bijwerkingen ervan neutraliseert?
Misschien moet u zoveel mogelijk teruggaan naar de uitgangssituatie om erachter te komen van welke ME-symptomen u precies last hebt. Dat u last hebt van overgevoeligheid voor bepaalde etenswaren en chemische stoffen is geen verrassing: bijna 50 procent van alle ME-patiënten heeft een allergie, vaak door wildgroei van Candida albicans in de darmen.
Wazig denken is ook een symptoom dat wijst op een verband met Candida. Dat moet natuurlijk wel bevestigd worden door een deskundige behandelaar. Nadere informatie is te verkrijgen bij de Candidiasis Stichting Nederland (www.candidiasis-stichting.nl).
Een goede strategie tegen Candida die u in eerste instantie zelf kunt uitvoeren is ervoor te zorgen dat er weinig suiker, tarwe en melkproducten in uw dagelijkse voeding voorkomen, maar misschien moet u ook anti-Candida-supplementen nemen zoals caprylzuur of een extract van grapefruitzaad. Lamberts, de Engelse fabrikant van voedingssupplementen, heeft sinds kort speciaal voor Candida het kruidenmengsel Candaway (kaneelschors, olijfblad, venkelzaad en kardemomolie) op de markt gebracht.
Zorg vervolgens dat u voldoende voedingsstoffen binnenkrijgt door dagelijks een supplement met multivitaminen en mineralen te gebruiken. Voedingsstoffen waaraan bij ME met name vaak een tekort ontstaat zijn ijzer, foliumzuur, vitamines B en magnesium.
In feite komen veel ME-klachten zoals vermoeidheid, tintelingen, gevoelloosheid en evenwichtsproblemen overeen met een tekort aan magnesium en B12. Voor magnesium geldt dat supplementen misschien niet genoeg zijn. Intraveneuze magnesiuminjecties zijn het heel effectief gebleken en geven wel 80 procent van alle patiënten met chronische vermoeidheid meer energie.17
Er is ook veel belangstelling voor NADH, een vorm van vitamine B3. Men denkt dat deze stof eventuele DNA-schade repareert en het geestelijk functioneren verbetert door meer serotonine en dopamine te produceren. NADH kan de vermoeidheid bij pakweg een derde van alle ME-patiënten terugdringen.18
Houdt uw darmen in de gaten. ME wordt vaak geassocieerd met weinig maagzuur en darmparasieten. Vermijd in het algemeen zoveel mogelijk giftige stoffen. Drink bij wijze van experiment eens alleen gedestilleerd water; een van onze lezers die ME heeft, heeft gemerkt dat haar symptomen daardoor drastisch afnamen, terwijl dat bij gewoon gefilterd water niet het geval was.
Aangezien ME ook kan worden veroorzaakt door een lekke darm, moet u ook daarop controleren. Behalve bij de Candidiasis Stichting Nederland kunnen ME-patiënten ook veel informatie vinden bij de ME Patiëntenvereniging .
BRONNEN:
1 Med Trop, 1998; 58: 9-12
2 Lancet, 1996; 347: 1654-1658
3 Parasitology Today, 1997; 13: 459-464
4 BMJ, 2001; 322: 316
5 Ind J Malariol, 1998; 35: 57-110
6 Lancet, 1999; 353: 1965-1967
7 Parasitology, 1993; 107: 95-106
8 J Pediatr Orthop, 1990; 10: 109-112
9 Orthop Rev, 1991; 20: 233-239
10 J Bone Joint Surg Br, 1985; 67: 588
11 Med J Malaysia, 1998; 53: 115-120
12 J Bone Joint Surg Am, 1995; 77: 1477-1489
13 J Bone Joint Surg Am, 2004; 86: 22-27
14 J Pediatr Orthop, 2005; 25: 98-102
15 Rev Chir Orthop Reparatrice Appar Mot, 2006; 92: 175-192
16 Prescription Drug Information for Consumers & Professionals
17 Lancet, 1991; 337: 757-760
18 Ann Allergy Asthma Immunol, 1999; 82: 185-191